Problemen opsporen en verhelpen
PROBLEEM
Het lampje knippert niet groen,
rood en uit in deze volgorde als
het apparaat voor het eerst wordt
ingeschakeld.
Abnormale pompdruk tijdens de
bediening.
Pomp beweegt tijdens
blokkering.
De pomp loopt niet.
58
OORZAAK
Signaaltoren
Slechte aansluiting of kabel.
Slechte signaaltoren.
Pomp
Pakkingen versleten of beschadigd.
Defecte keerkleppen.
Slecht functionerende keerkleppen.
Geen luchttoevoer naar de pomp.
Kogelventiel voor katalysatormateriaal
(B) is gesloten.
Menger verstopt.
Ultra-lite heeft uitgeharde vloeistof
binnenin.
Restrictor verstopt
OPLOSSING
Zorg dat de kabel is aangesloten of
vervang de kabel.
Vervang signaaltoren.
Vervang de pakkingen.
Reinig of vervang de keerkleppen.
Reinig of vervang de keerkleppen.
Schakel de lucht in of verhoog de
luchtdruk.
Open het kogelventiel.
Vervang of reinig de menger.
Reinig of vervang.
Reinig of vervang de restrictor.
3A2894T