De GPS gebruiken
Voorbereidingen treffen voor het gebruik van de
GPS-functie
Zet [GPS aan/uit] op [Aan] om GPS-gegevens te ontvangen (lengte- en
breedtegraad, hoogte, datum, tijd enzovoort).
De GPS-functie moet altijd actief zijn om GPS-gegevens te kunnen toevoegen
aan een opname (p.209), te kunnen vastleggen in de camera als log (p.211), te
kunnen opslaan op de SD-geheugenkaart als logbestand (p.213) en om het
klokje van de camera automatisch te kunnen gelijkzetten (p.216).
1
Selecteer [GPS] in het menu [W Instelling] met de
vierwegbesturing (23).
2
Druk op de vierwegbesturing (5).
Het scherm [GPS] verschijnt.
3
Selecteer [GPS aan/uit] met de vierwegbesturing (23).
4
Druk op de vierwegbesturing (5).
Er verschijnt een afrolmenu.
5
Selecteer [Uit] of [Aan] met de
vierwegbesturing (23).
Uit:
Aan: Er worden wel GPS-gegevens
8
• Als [GPS aan/uit] wordt ingesteld op [Aan], voert de camera regelmatig een
positiebepaling uit met behulp van GPS, zelfs als de camera wordt uitgezet.
Dit beperkt de levensduur van de batterij.
Geschatte levensduur van de batterij: ca. 60 uur.
(Wanneer er continu GPS-gegevens worden ontvangen met [GPS aan/uit]
ingesteld op [Aan], [Interval regist.] ingesteld op [15sec] en de camera
uitgeschakeld.)
• Zet [GPS aan/uit] op [Uit] voordat u de batterij vervangt.
208
Er worden geen GPS-gegevens
ontvangen
ontvangen
GPS
Uit
GPS aan/uit
Aan
GPS registreren
Uit
GPS-tijdsync.
Stop
MENU
OK
OK