FAXNUMMERS VAN BESTEMMINGEN
3
INVOEREN
Dit hoofdstuk legt uit hoe u faxnummers van bestemmingen kunt invoeren.
U kunt faxnummers van bestemmingen invoeren met de cijfertoetsen of door een eerder opgeslagen faxnummer te
bellen met het adresboek of een zoeknummer.
EEN FAXNUMMER INVOEREN MET DE
CIJFERTOETSEN
Let erop dat u het juiste nummer invoert.
Als het verkeerde nummer is ingevoerd...
Druk op de [WISSEN]-toets (
Een onderbreking invoeren tussen de cijfers van het nummer.
Voer na het gebruikte nummer een onderbreking in om vanuit een PBX te bellen (bijvoorbeeld na een "0") of na de
landcode van een internationaal nummer.
0312345678-
Scannen
Zenden
Faxen
Modus Wijzigen
Auto
A4
Afbeeldings-
instellingen
Geheugen TX
Direct TX
Automat. Ontvangst
Faxgeheugen:100%
Systeeminstellingen voor de fax (beheerder):
Dit wordt gebruikt om de lengte van de onderbrekingen in te stellen. De standaardinstelling is 2 seconden.
) om het nummer te wissen en voer het juiste nummer in.
Onderbreking
Volgend Adres
Adresboek
Subadres
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Instelling Onderbrekingstijd
Voer het faxnummer van een
bestemming in met de cijfertoetsen.
Druk op de [Onderbreking]-toets.
Een streepje "-" wordt ingevoerd wanneer u één keer op de
[Onderbreking]-toets drukt.
(pagina 179)
35