neutraalstand. Het wiel moet ophouden met
draaien of iets achteruit kruipen.
5.
Zet de gashendel op Snel. Het wiel moet stil
blijven staan of iets achteruit kruipen. Indien
nodig opnieuw afstellen.
6.
Draai de borgmoeren op de kogelverbindingen
vast
(Figuur
96).
Figuur 96
1. Dubbele moeren
2. Pompstang
3. Stelbout
WAARSCHUWING
De beveiliging van het elektrische
systeem werkt niet naar behoren als de
verbindingsdraad is gemonteerd.
• Maak de verbindingsdraad los van de
stekker van de kabelboom en sluit de
stekker aan op de stoelschakelaar als
u de afstelling hebt voltooid.
• Gebruik de machine nooit als de
verbindingsdraad is gemonteerd en
de stoelschakelaar is omgeleid.
7.
Nadat de neutraalstand van beide pompen is
afgesteld, schakelt u de machine uit.
8.
Maak de verbindingsdraad los van de stekker
van de kabelboom en sluit de stekker aan op
de stoelschakelaar.
g001066
4. Borgmoer
5. Kogelverbinding
6. Pompen
9.
Monteer de bevestigingsstang van de stoel en
laat de stoel neer.
10.
Haal de assteunen weg.
69