Inhoudsopgave
Advertenties
VOERTUIGSTALLING
STALLING
WAARSCHUWING
Ter voorkoming van ernstig letsel of de dood:
• Maak het voertuig niet schoon terwijl de motor
draait.
• Om
het
gevaar
uitlaatgassen te vermijden, mag de motor niet in
een gesloten ruimte worden gestart zonder
deugdelijke ventilatie.
• Verwijder de sleutel uit de contactschakelaar
wanneer u het voertuig stalt om te voorkomen
dat onbevoegden het voertuig gebruiken en
daarbij letsel oplopen.
VOERTUIGSTALLING
Volg de onderstaande procedures wanneer u uw
voertuig voor een langere periode wilt stallen.
Door deze procedures te volgen is uw voertuig na de
stallingsperiode met slechts minimale voorbereidingen
weer helemaal gebruiksklaar, wanneer het uit de
stalling komt.
1. Controleer de bouten en moeren op een stevige
bevestiging. Draai deze vast waar nodig.
2. Breng smeervet aan op de blanke metaaldelen van
het voertuig die kunnen gaan roesten, ook op alle
scharnier- en draaipunten.
3. De laadbak lossen.
4. Pomp de banden op tot een spanning die iets hoger
is dan normaal.
5. Ververs de motorolie en laat de motor enige tijd
draaien, om de olie gedurende ongeveer 5 minuten
door het motorblok en de inwendige bewegende
delen te laten circuleren.
6. Laat alle werktuigen neer tot op de grond en breng
smeervet aan op alle onbeschutte delen van
hydraulische cilinderstangen.
7. Haal de accu uit het voertuig. Bewaar de accu
conform de aanwijzingen voor de opslag van
accu's.
(Zie Controleren van de staat van de accu op
pagina 93.)
8. Stal het voertuig op een droge plaats, waar het
beschermd is tegen de elementen. Dek het voertuig
af.
9. Stal het voertuig overdekt op een droge plaats, die
bescherming biedt tegen zonlicht en overmatige
warmte. Wanneer het voertuig buitenshuis moet
worden gestald, moet het worden afgedekt met een
RTV-X1110
van
vergiftiging
door
waterdicht dekkleed. Zet planken onder de banden
om vocht weg te houden van de banden. Bescherm
de banden tegen direct zonlicht en overmatige
warmte.
BELANGRIJK :
• Stop de motor altijd eerst, voordat u het
voertuig wast. Laat de motor voldoende
afkoelen, voordat u begint met het wassen
van het voertuig.
• Niet wassen met een hogedrukreiniger voor
auto's.
• Dek het voertuig af nadat de demper en de
motor zijn afgekoeld.
HET VOERTUIG UIT DE
STALLING NEMEN
1. Controleer de bandenspanning en pomp de banden
op als ze zacht zijn.
2. Monteer de accu. Zorg ervoor dat de accu volledig
opgeladen is, voordat u deze monteert.
3. Controleer de riemspanning van de dynamo.
4. Controleer
alle
transmissie olie, hydraulische olie, remvloeistof,
motorkoelmiddel en andere bevestigde werktuigen).
5. Start de motor. Controleer alle meters. Wanneer
alle meters normaal functioneren en normale
waarden weergeven, kunt u het voertuig naar
buiten rijden. Parkeer het voertuig wanneer het
buiten staat en laat de motor ten minste 5 minuten
stationair draaien. Schakel de motor uit en loop
rond het voertuig voor een visuele inspectie, let
hierbij op tekenen van olie- of waterlekkages.
6. Geef de parkeerrem vrij wanneer de motor volledig
is opgewarmd en test de afstelling van de remmen
wanneer u wegrijdt. Stel de remmen af indien
nodig.
STALLING
vloeistofniveau's
(motorolie,
113
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
