Straaltippen
Straaltippen
Straaltippen
Bij het eerste gebruik van de straler kunt u een beter
begrip bekomen van de resultaten door te beginnen
met een kleine hoek (dichter bij 0° dan bij 90°) en
door de spuitmond op ongeveer 40 cm (16 inch) van
de toepassing te houden. Let op de resultaten en
verklein daarna de afstand, maak de hoek groter en
pas de straalregelaar aan.
Wanneer de straaldruk verhoogt, pas dan beetje bij
beetje het straalmiddeldoseerventiel aan en kijk de
DataTrak na die 7-10 pompcycli per minuut moet
behalen. Zie
DataTrak-besturing, page 9
OPMERKING: hoe zwaarder en kleiner het
OPMERKING:
OPMERKING:
straalmiddeldeeltje (d.w.z. 80 korrel) is, hoe
agressiever de resultaten zullen zijn.
334893E
Stralen op
Stralen
Stralen
Wanneer er wordt gestraald op een oppervlak hoger
dan de apparatuur, zorg er dan voor dat er een
straalslang op de grond ligt met een lengte gelijk
aan 10-20% van de hoogte. De slang op de grond
voorkomt dat ongebruikt straalmiddel in de slang de
interne leidingen van het paneel vult.
Bijvoorbeeld: Wanneer er wordt gestraald op 15 m
(50 ft), laat dan minstens 3 m (10 ft) straalslang op de
grond voordat de straalslang op straalhoogte komt.
.
op hogere
hogere oppervlakken
oppervlakken
op
hogere
oppervlakken
Bediening
17