1. De machine voorbereiden
De verbindingmethode bevestigen
Het apparaat ondersteunt netwerk- en lokale verbindingen.
Controleer hoe het apparaat is aangesloten, voordat u het printerstuurprogram-
ma installeert. Voer de installatieprocedure voor het stuurprogramma uit die
van toepassing is op deze verbindingsmethode.
Netwerkverbinding
Het apparaat kan worden gebruikt als een Windows-afdrukpoort of netwerk-
printer.
Het apparaat als een Windows-afdrukpoort gebruiken
U kunt netwerkverbindingen maken met gebruik van Ethernet, IEEE 802.11b en
IEEE 1394 (IPv4 bovenop 1394).
Welke poorten beschikbaar zijn, wordt bepaald door de combinatie van het
Windows-besturingssysteem en verbindingsmethode.
SmartDeviceMonitor voor
Client
- TCP/IP
- IPP
❖ Windows 95/98
Verbindingsmethode
Ethernet/ IEEE 802.11b
IEEE 1394 (IPv4 bovenop 1394)
SmartDeviceMonitor voor Client
SmartDeviceMonitor voor Client
- TCP/IP
- TCP/IP
- IPP
- IPP
Standaard TCP/IP
Standaard TCP/IP
LPR
LPR
Beschikbare poorten
SmartDeviceMonitor for Client-poort
Geen
SmartDeviceMonitor voor Client
- IPP
LPR
NL ZZZ035S
19