9-5. Storingen
Probleem
Geen lasuitgangsspanning; het apparaat werkt
totaal niet.
Geen lasuitgangsspanning; display werkt.
Onregelmatige of onjuiste lasuitgangsspanning.
Geen 115 V AC uitgangsspanning bij de duplex
stekkerdoos.
Geen 24 volt AC uitgangsspanning bij de
14-pens stekkerdoos voor de afstandsbediening.
Aantekeningen
OM−255 083 pagina 46
Zet de werkschakelaar aan (zie Hoofdstuk 4-8).
Controleer de netzekering(en) en vervang ze indien noodzakelijk; of reset de automatische
zekering (zie Hoofdstuk 4-8).
Controleer of de netvoeding goed is aangesloten (zie Hoofdstuk 4-8).
De netspanning is buiten het toegestane variatiebereik (zie hoofdstuk 4-7).
Kijk de afstandsbediening na, repareer hem of vervang hem.
Het apparaat is oververhit. Laat het apparaat afkoelen door de ventilator aan
(zie hoofdstuk 3-7).
Gebruik een laskabel van het juiste formaat en type (zie hoofdstuk 4-2).
Reinig alle laskoppelingen en draai ze vast.
Controleer of de polariteit juist is.
Reset beveiliging CB1 voor hulpapparatuur (zie hoofdstuk 4-5).
Reset beveiliging CB2 voor hulpapparatuur (zie hoofdstuk 4-5).
Oplossing