Ga naar
www.hp.com/go/upd
Installatiemodi UPD
Traditionele modus
Dynamische modus
Instellingen van de afdruktaak wijzigen voor Windows
Prioriteit van afdrukinstellingen
Wijzigingen die u in de afdrukinstellingen aanbrengt, hebben prioriteit afhankelijk van waar de
wijzigingen zijn aangebracht:
OPMERKING:
programma dat u gebruikt. In beheerde omgevingen kunnen beheerders afdrukbeleidsregels en -
beperkingen opleggen.
●
Dialoogvenster Pagina-instelling. Het dialoogvenster wordt geopend wanneer u klikt op
Pagina-instelling of een vergelijkbare opdracht in het menu Bestand van het programma
waarin u werkt. Als u hier wijzigingen aanbrengt, worden alle gewijzigde instellingen ergens
anders teniet gedaan.
●
Dialoogvenster Afdrukken: klik op Afdrukken, Afdrukinstellingen of op een soortgelijke
opdracht in het menu Bestand van het programma waar u in werkt om dit dialoogvenster te
openen. De instellingen die u wijzigt in het dialoogvenster Afdrukken hebben een lagere
prioriteit en hebben meestal geen invloed op de wijzigingen die u hebt aangebracht in het
dialoogvenster Pagina-instelling.
●
Dialoogvenster Printereigenschappen (printerdriver): Klik op Eigenschappen in het
dialoogvenster Afdrukken om de printerdriver te openen. Instellingen die zijn gewijzigd in het
dialoogvenster Printereigenschappen overschrijven doorgaans geen instellingen op andere
locaties in de afdruksoftware, maar worden toegepast als er geen tegenstrijdige opdracht wordt
verzonden bij een afdruktaak. U kunt de meeste afdrukinstellingen hier wijzigen.
●
Standaardinstellingen in de printerdriver. Met de standaardinstellingen in de printerdriver
worden de instellingen voor alle afdruktaken bepaald, tenzij de instellingen worden gewijzigd in
NLWW
voor meer informatie.
●
Kies deze modus wanneer u de driver installeert voor één computer. Zie
www.hp.com/go/upd.
●
Wanneer deze in Traditionele modus is geïnstalleerd, werkt de UPD als een
afzonderlijke printerdriver. De UPD werkt met een specifiek apparaat.
●
Als u voor deze modus kiest, moet u de UPD voor elke computer en voor elk
apparaat afzonderlijk installeren.
●
Als u voor deze modus kiest, dient u de UPD van internet te downloaden. Zie
www.hp.com/go/upd.
●
In de dynamische modus kunt u volstaan met de installatie van een enkele
driver. U kunt apparaten van HP dan op elke locatie detecteren en daarmee
afdrukken.
●
Gebruik deze modus als u de UPD installeert voor een werkgroep of om
individuele gebruikers eenvoudig toegang te bieden tot een reeks printers.
Namen van opdrachten en dialoogvensters kunnen variëren afhankelijk van het
Instellingen van de afdruktaak wijzigen voor Windows
39