27
3.10.3 Hot Start
Voor een betere ontsteking van de elektrode bij elektrodelassen wordt bij het
starten kortstondig een hogere stroom dan de ingestelde lasstroom I1 toegepast.
De hoogte van die hogere stroom wordt bepaald door de regeling van de Hot
Start. D.m.v. de druk-/draaiknop [18] kan de Hot Start traploos geregeld worden
tussen 0 % en 70 % van de ingestelde lasstroom I1 (bv. Hot Start 30 %,
lasstroom I1=100 A Hot Start=130 A).
3.11
Controlelampen
Controlelamp AFSTANDSBEDIENING [19]
Indien een afstandbediening aangesloten en actief is brandt
deze lichtdiode (LED).
Controlelamp IN WERKING [20]
De nullastspanning ligt aan het laspistool of elektrodetang.
Controlelamp TEMPERATUUR [21]
De (gele) lichtdiode LED brandt wanneer de maximale
grenswaarde van de temperatuur bereikt is. Zolang deze LED
brandt is het vermogendeel van het apparaat uitgeschakeld en
er is geen uitgangsspanning aanwezig om te lassen. Bij TIG-
lassen loopt bij het stilvallen van het apparaat de ingestelde
gasnastroomtijd af.
Na afkoeling van het apparaat gaat deze LED uit en kan er
automatisch opnieuw gelast worden.
Functiebeschrijving