Uitgiftedatum : 2015 Doc.-nr.: 730 2020 Lastek Belgium n.v., Herentals De inhoud van deze handleiding is eigendom van Lastek Belgium n.v., Herentals, en is te allen tijde voor wijzigingen vatbaar zonder verwittiging. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze handleiding mag gereproduceerd worden, in welke vorm...
Inhoudsopgave Productidentificatie Inleiding Voorwoord Algemene beschrijving Principe van het beschermgaslassen (MIG/MAG-lassen en CO -lassen) Werking van de EMIGMA PULS apparaten MIG/MAG normaallassen (conventioneel / traploos) 2.3.1 Traploos MIG/MAG lassen (conventioneel) met synergie-kenlijnen 2.3.1.1 Type vlamboog bij traploos lassen MIG/MAG Pulslassen 2.4.1 MIG-dubbelpulslassen Bedieningselementen en hun werking...
Pagina 5
Praktische gebruikstips Te lassen materialen Lasdraden Beschermgassen MIG/MAG-lastoortsen Lastoortstoebehoren 9.5.1 Kontakttips 9.5.2 Gasmondstukken 9.5.3 Draadgeleidingsspiralen 9.5.4 Positie en afstand van de lastoorts Veiligheidstips 10.1 Veiligheidsmaatregelen 10.2 Gevaren welke tijdens het lassen kunnen ontstaan 10.2.1 Brand en explosie 10.2.2 Schadelijke stoffen 10.2.3 Lawaai 10.2.4...
De in dit instructieboek gegeven informatie berust op de beste kennis en geweten; voor het gebruik neemt Lastek echter geen enkele aansprakelijkheid. Lastek houdt zich het recht voor, de uitvoering van dit lasapparaat te allen tijde aan te passen aan de nieuwste technische eisen.
Pagina 7
Lastek lasapparaten zijn alleen bestemd voor verkoop aan commerciële en Toepassingsgebied industriële gebruikers tenzij dit anders uitdrukkelijk schriftelijk door Lastek is bevestigd. Deze apparaten mogen alleen gebruikt worden door personen die opgeleid zijn in het gebruik van en onderhoud aan lasapparaten.
Principe van het beschermgaslassen (MIG/MAG-lassen en CO -lassen) Bij het lassen met beschermgas van metalen (MIG/MAG-lassen) brandt een vlamboog tussen het afsmeltende uiteinde van de lasdraad en het werkstuk. Als beschermgas wordt argon, koolstofdioxide ) of een menggas van deze of andere gassen gebruikt. De lasdraad wordt door een draadaanvoermotor van een spoel afgewikkeld en door de lastoorts tot aan de kontakttip aangevoerd.
MIG/MAG normaallassen (conventioneel / traploos) In deze schakelstand werkt de EMIGMA PULS uitsluitend als traploos regelbaar MIG/MAG- apparaat. Symbool: Werkingsprincipe en types vlamboog In tegenstelling tot het pulslassen wordt bij traploos lassen met een constantespanning-kenlijn gewerkt. Afhankelijk van het gekozen vlamboogvermogen en het gebruikte beschermgas worden toch zeer ver- schillende materiaalovergangen en daarmee verschillende vlamboogsoorten tot stand gebracht.
2.3.1.1 Type vlamboog bij traploos lassen Bij conventionele lasapparaten (fig. A): 1) Sproeiboog (1): bij hoog argonhoudende menggassen of inerte gassen 2) Lange boog (2) bij CO of menggassen met hoog CO gehalte apparaten in de stand “MIG- Bij EMIGMA PULS normaallassen (conventioneel)”...
MIG/MAG Pulslassen In de schakelstand "PULSEN" werkt het apparaat uitsluitend met pulsboog. De EMIGMA PULS apparaten zijn uitgebreid voorzien van hiervoor bestemde kenlijnen. Daardoor kunnen alle gebruikelijke materialen eenvoudig en uitstekend pulserend gelast worden. Symbool: Werkingsprincipe van de pulsboog: De pulsboog onderscheidt zich door het verloop van de gelijkstroom, die met een regelbare frequentie varieert tussen een lage grondstroomfase en een hoge pulsfase.
PULS.ARC U/I • Pulsboog: U/I-regeling • Zelfregelende pulsboog met de hoogste dynamiek • Verminderde warmte-inbreng • Ongevoelig voor externe storingen • Geoptimaliseerd voor handmatig lassen • Zeer betrouwbaar te hanteren • Hoge boogdruk, diepere inbranding • Goede bevochtiging van de naadflanken •...
Pagina 14
Voordelen bij MIG-dubbelpulsen: → zeer fraai lasnaaduitzicht → het lasnaaduitzicht is vergelijkbaar met dat van een TIG-lasnaad → het smeltbad is beter beheersbaar → de vlamboog is eenvoudiger te controleren → de grondnaad wordt door het hoger vermogen in de hoge stroomfase (PS2) correct uitgevoerd →...
Bedieningselementen en hun werking Het totaalbeeld van de bedieningselementen vindt men op blz. 69 e.v. 3.1 Bedieningsfront van het lasapparaat 3.1.1 Hoofdschakelaar S1 Door middel van de hoofdschakelaar met controlelamp wordt het apparaat ingeschakeld op de netspanning. Met de geïntegreerde controlelamp wordt aangegeven dat het apparaat bedrijfsklaar is. 3.1.2 Aansluitbus voor massakabel (X4/L-) Bus met bajonetaansluiting voor de massakabel- of werkstukaansluiting.
3.2.1 Aansluitstekker voor stuurleiding ( 7-polig ): dient voor het aansluiten van de stuurkabelstekker van het tussenkabelpakket naar de draadaanvoerkast. 3.2.2 Aansluitbus laskabel van de draadaanvoerkast (X3/L+): dient voor het aansluiten van de stroomkabel van het tussenkabelpakket naar de draadaanvoerkast. 3.2.3 Koelwateraansluitingen (voor de koeling van de lastoorts): dienen voor het aansluiten van de koelwaterslangen naar de draadaanvoerkast 3.2.4 Aansluitstekker voor stuurkabel van hulpapparaten (7- polig):...
MIG-PLUS 2: afstandsbediening met twee instellingen. B.v. één instelling voor het lasvermogen en een tweede instelling voor de booglengte (LBL) 3.3.4 Stekkerdoos Fast Track (7-polig) Deze standaard ingebouwde stekkerdoos dient voor het aansluiten van een Fast Track toorts. Door middel van een tweede toortsschakelaar en vier lichtdiodes op de toorts is het mogelijk om 4 vooraf opgeslagen werkpunten op te roepen.
3.5.1 Tabel met mogelijkheden Voor het oproepen van een geprogrammeerde kenlijn (synergische kenlijn) moeten steeds de drie keuzeschakelaars voor: beschermgas/materiaalsoort/draaddiameter in de juiste stand geplaatst worden. In bijlage bij deze handleiding vanaf blz. 77 is een volledige lijst van de te kiezen laskenlijnen met de daarbijhorende schakelaarinstellingen weergegeven.
3.5.6 Schakelaar “Gastest”: S25 Zolang de operator deze schakelaar indrukt is het gasventiel geopend en stroomt het gas uit de lastoorts. Alzo kan men de gasdruk en het debiet regelen zonder dat de draad loopt of dat er elektrische spanning op de lasdraad staat.
3.6.1 Keuzeschakelaar “WERKWIJZE” “2-takt / 2takt met kratervulling / 4-takt / 4-takt met kratervulling”: S3 Met deze schakelaar kan men de gewenste werkwijze kiezen. 3.6.1.1 2-Taktwerking (2T) Het lassen in 2-takt wordt aanbevolen voor het lassen van kortere lasnaden alsook voor het snel hechten en handmatig puntlassen.
3.6.1.2 2-Taktwerking met kratervulling (2TK) Het lassen in 2-takt wordt aanbevolen voor het lassen van kortere lasnaden alsook voor het snel hechten en handmatig puntlassen. Met het indrukken van de lastoortsschakelaar (takt 1) begint het Startprogramma van het lasproces: Als bescherming van de vlamboog loopt de gasvoorstroomtijd (t ) af.
3.6.1.3 4-Taktwerking (4T) Tijdens het 4-takt lassen vervalt het voortdurend ingedrukt houden van de lastoortsschakelaar en hierdoor kan de lastoorts langere tijd moeiteloos gebruikt worden. Met het indrukken van de lastoortsschakelaar (takt 1) begint het lasproces. Met behulp van het start-programma wordt de lasboog ontstoken en aansluitend loopt het ontstekingsprogramma: Als bescherming van de vlamboog loopt de gasvoorstroomtijd (t ) af.
3.6.1.4 4-Taktwerking met kratervulling (4TK) Tijdens het 4-takt lassen vervalt het voortdurend ingedrukt houden van de lastoortsschakelaar en hierdoor kan de lastoorts langere tijd moeiteloos gebruikt worden. Met het indrukken van de lastoortsschakelaar (takt 1) begint het lasproces. Met behulp van het start-programma wordt de lasboog ontstoken en aansluitend loopt het ontstekingsprogramma: Als bescherming van de vlamboog loopt de gasvoorstroomtijd (t ) af.
Werking “PUNTLASSEN” 3.6.1.5 Het lassen in de modus “PUNTEN” is aan te bevelen voor het lassen met een vast ingestelde punttijd. De punttijd wordt geregeld met behulp van de potentiometer “Lasenergie” en het digitale scherm A1. Door de toortsschakelaar in te drukken (takt 1) begint het Start-programma: Als bescherming van de vlamboog loopt de gasvoorstroomtijd (t )af.
3.6.2 Keuzeschakelaar Lasproces ”Beklede elektrode / MIG-normaal / MIG-puls / MIG- dubbelpuls”: S2 Door middel van de schakelaar S2 kiest men het gewenste lasproces uit de vier beschikbare lasprocessen namelijk: lassen met beklede elektrode, MIG normaal lassen, MIG-pulslassen en MIG- dubbelpulslassen.
beschermgas en materiaal gekozen werd kan men via de regelaar “lasvermogen S6 en de lasbooglengte S7 bijgeregeld worden. positie 1, positie 2, positie 3 en positie 4: men kan voor iedere schakelaarstand een werkpunt opslaan. het opslaan gebeurt d.m.v. de toets “Store” S4. Om op te slaan moet de toets ca. 2 seconden ingedrukt blijven.
Functie “Fast Track” 3.6.3.2 Door middel van een extra toortsschakelaar (Fast Track lastoorts = FT-toorts) kan men één tot vier werkpunten oproepen of instellen, vóór of tijdens het lassen. 3.6.4 Folietoets “Speciale parameters (SP)”: S5 Met behulp van deze toets S5 komt men in het ondermenu: “speciale parameters”. Om in dit ondermenu te geraken moet de toets langer dan 2 sec ingedrukt worden.
3.6.6 Lichtdiode “lassen”: H9 Deze diode brandt als het lasapparaat in werking is. 3.6.7 Lichtdiode “ondermenu”: H8 Deze diode brandt wanneer het apparaat zich in het ondermenu (“speciale parameters SP”) bevindt. 3.6.8 Lichtdiodes “Rt1 tot Rt4”: H1 – H4 Het gekozen werkpunt Rt1, Rt2, Rt3 of Rt4 wordt aangeduid door de lichtdiodes H1 tot H4. 3.6.9 Lichtdiode “puntlassen”: H11 Deze diode brandt wanneer de werking “puntlassen”...
De keuze van welke afstandsbediening en hoeveel regelingen op die afstandsbediening actief moeten zijn worden via de speciale parameter SP23 “afstandsbediening uitvoering” ingesteld. OPMERKING: de werking van de afstandsbediening gebeurt automatisch. Let erop dat de regelingen van “lasvermogen” en/of “lasbooglengte” op het bedieningspaneel van het apparaat buiten werking zijn als er met een afstandsbediening gewerkt wordt.
3.6.16 Controlevermeldingen Controleberichten Lamp Functie Verklaring in de net- Netschakelaar AAN/UIT Er staat netspanning op het apparaat, de sturing werkt schakelaar S1 (groen) H9 (geel) Laswerking AAN/UIT Duidt aan dat het lasapparaat in laswerking staat. Deze lamp brandt zolang het lasproces duurt d.w.z. vanaf het begin van het stromen van voorgas tot op het einde van het stromen van nagas Foutberichten Wanneer een foutmelding brandt dan wordt het apparaat geblokkeerd, d.w.z.
3.7 Speciale Parameters (SP) 3.7.1 Grafisch overzicht In het ondermenu Speciale Parameters (afkorting “SP”) zijn de belangrijkste lasparameters te veranderen en op te slaan. Fast Track/Tipptronik: ARC-II: Regelautomaat...
3.7.2 De belangrijkste speciale parameters Met de speciale parameters kan de gebruiker de basis machine-instellingen en lastechnische parameters veranderen en indien nodig aanpassen zoals bv.: de wijze van bediening op afstand via een afstandsbediening of via laspistool met regeling de correctiefactor voor het gebruikte tussenkabelpakket en de massakabel de tijdsduur van de kratervulling en de tijd van het nastromen van gas en vele andere parameters Men geraakt in de functie “speciale parameters”...
Pagina 34
Verklaring van de speciale parameters [0.0 – 20.0 sec] SP1: gasvoorstroomtijd [10 – 200 %] SP2: inloopsnelheid [50 – 150%] SP3: startstroom van de lasstroom [0.1 – 10.0 sec] SP4: starttijd: de duur dat de startstroom blijft [0.1 – 10.0 sec] SP5: upslope: tijd waarin startstroom naar lasstroom stijgt SP14:...
Pagina 35
Fast Track / Tipptronik Fast Track / Tipptronik: Fast Track ARC-II: Regelautomaat SP24: Functie SP24 Opmerking op het scherm Zonder Werkpunten / Jobs kunnen niet opgeslagen worden Fast Track Werkpunten / Jobs kunnen opgeslagen worden Werkpunten / Jobs kunnen niet opgeslagen worden Tipptronik Werkpunten / Jobs kunnen opgeslagen worden Fast Track: Werkpunten / Jobs (Rt1 …...
Pagina 36
SP21: ZwiPa lengte DV1 [50 – 100 – 150 %] correctiefactor voor lengte van tussenkabelpakket van draadkoffer 1 Instelling « 100 » betekent geen correctie van de in de databank opgeslagen las en synergie kenlijn SP22: ZwiPa lengte DV2 [50 – 100 – 150 %] correctiefactor voor lengte van tussenkabelpakket van draadkoffer 2 Instelling «...
Pagina 37
SP34: Lasbooglengte correctie (LBL) [1, 2] = LBL correctie via de spanning U = LBL correctie via de draadsnelheid VD ventilator SP27: [auto/on] AUTO: de ventilator draait enkel indien nodig ON: de ventilator draait altijd SP27: waterpomp [auto/on] AUTO: de ventilator draait enkel indien nodig ON: de ventilator draait altijd OPMERKING: de nalooptijd van de waterpomp en de ventilator hangt af van de lasstroom en lastijd...
Pagina 38
SP6: optie: veranderen van startfrequentie [50 - 150] SP31: optie: startfrequentiedynamiek [1 - 100 %] SP19: optie: hot-start elektrode, regeling in % van de ingestelde lasstroom [100 - 200 %] SP20: optie: Arc-force stroomverhoging om beklede elektroden niet te laten vastkleven [On/OFF] SP35: optie: hot-start tijd...
3.7.3 De speciale parameters voor Jobs Voor de functie “Jobs” bestaan er bijzondere speciale parameters. Men kan slechts vrij beschikken over de speciale parameters SP41, SP43, SP47, SP48-SP52 wanneer het automatisering-Optiebord AUT 01 in de proceskaart VK01 gestoken is (automatisering is niet van toepassing bij EMIGMA PULS ) [1 –...
Pagina 40
lasproces [1 – 3] SP45: de job wordt uitgevoerd met het geselecteerde lasproces. Op het apparaat kunnen de waarden enkel afgelezen, niet veranderd worden. 1 = conventioneel 2 = pulsen 3 = dubbelpulsen Opmerking: enkel in te stellen als SP40 op “2” gezet is. aanduidingsduur [5 –...
Pagina 41
[0 – 1] SP49: schakelaartype botsing 0 = opener 1 = sluiter [0 – 1] SP50: schakelaartype gaseinde 0 = opener 1 = sluiter [0 – 1] schakelaartype draadeinde SP51: 0 = opener 1 = sluiter SP52: Vd-schaalindeling [15, 20, 25, 30 m/min/10V] bepaalt de schaalwaarde van de spanningsuitgang van het optiebord AUT01 op de aangegeven draadsnelheidswaarde (betrokken op 10V), voorbeeld: een draadsnelheid van V...
Machinefuncties 4.1 Waterkoeling met bewaking De EMIGMA PULS is standaard voorzien van een waterkoelsysteem voor koeling van de lastoorts. De werking van de waterkoeling wordt constant door een doorstroommeter gecontroleerd. Bij een ontoereikende waterdoorstroming en daarmee een te lage waterdruk schakelt het apparaat de lasstroom automatisch uit.
4.4 Synergische besturing Via de geprogrammeerde en vast-opgeslagen gegevens wordt voor elk werkpunt altijd automatisch de passende start-, las- en eindprogramma's ter beschikking gesteld. Dankzij de synergische besturing hoeft de gebruiker hiervoor geen extra instellingen te doen. 4.5 Compensatie van netspanningvariaties Veranderende netspanningen van +/-10% hebben op de vooringestelde laswaarden geen invloed, dit betekent dat zij de ingestelde laswaarden niet veranderen.
Jobs 5.1 Wat zijn jobs? Een job is een vast gedefinieerd werkpunt met een achterliggende kenlijn, waarbij tevens het lasproces en de werkwijze volledig vastgelegd is. Vanaf de fabriek zijn geen jobs voorgeprogrammeerd. Die moeten door de gebruiker ofwel rechtstreeks aan het toestel of via een Laptop met de software opgemaakt worden. Hoe men jobs aan het toestel kan opstellen wordt in paragraaf 5.3.2 uitgelegd.
5.3.1 Handlassen met Jobs: Symbool: Oproepen van jobs: 1. Bij de positiekeuze “Handlassen met Jobs” verschijnt er een Jobnummer. indien er geen Job beschikbaar is verschijnt de foutmelding “ERR499”. 2. Door te draaien met regelaar S7 kan een Jobnummer geselecteerd worden. Let op: er kunnen enkel bestaande Jobs gekozen worden.
3. De lichttoets “Store” S’ indrukken. Dan verschijnt op scherm A1 de aanduiding “PrG” en in scherm A2 verschijnt het eerstvolgende vrije jobnummer. De lichttoets “Store” S4 brandt ook. Met behulp van regelaar S7 kan het gewenste jobnummer gekozen worden. Als er een plusteken (+) voor het jobnummer staat betekent het dat er op dat nummer reeds een job opgeslagen is.
Pagina 47
opgeslagen jobnummer weergegeven 2. toets S5 indrukken tot op scherm A1 “PrG” weergegeven wordt. 3. met S7 kan het nummer van de te kopiëren job gekozen worden. Enkel de vastgelegde jobnummers worden getoond. Bij een dubbelkoffermodel worden alleen de jobnummers getoond die gelden voor de desbetreffende draadkoffer.
Pagina 48
Verwijderen van een job: Tijdens het verwijderen van een job geven de LED's H1 – H4 de actuele bedieningsstap weer: H1 knippert : keuze van de te verwijderen job Verwijderen van een job 1. SP40 op 2 “jobs” en met keuzeschakelaar S1 “jobs kopiëren / verwijderen”...
Toebehoren 6.1 Standaardtoebehoren Bij watergekoelde uitvoeringen Watergekoelde lastoorts opm.: er zijn toortsen met een kabelpakket van 3 m, 4 m of 5 m in optie leverbaar Bij gasgekoelde uitvoeringen Gasgekoelde lastoorts opm.: er zijn toortsen met een kabelpakket van 3 m, 4 m of 5 m in optie leverbaar Netkabel: 5 meter lang Massakabel: 4 meter lang (optie) Reduceerventiel met inhouds- en gasdoorstroommeter (optie)
6.2.1 Afstandsbedieningen voor EMIGMA PULS MIG-ARC 1: Handmatige afstandsbediening Met 1 instelknop voor de instelling van de lasenergie of de booglengte Voor het eenvoudig en snel instellen van de lasenergie of de booglengte direct op de werkplek. De functies "ENERGIE" en "BOOGLENGTE" zijn identiek aan degene op bedieningspaneel van de draadaanvoerkast.
Inbedrijfstelling Lees het instructieboek voor inbedrijfstelling nauwkeurig en geheel door en voordat U met het werken met deze lasstroombron begint !! 8.1 Opstellen van het lasapparaat Stel het lasapparaat zo op dat de lasser voor het apparaat voldoende ruimte heeft om de bedieningsfuncties op het front van het apparaat af te lezen en te bedienen.
Voor ieder gebruik dient altijd de waterstand in de tank te worden gecontroleerd. Indien de waterstand lager is dan 3/4 van de tankinhoud, dan moet deze worden bijgevuld. Als koelwater is het koelmiddel van Lastek voorgeschreven. 8.7 Monteren van de lasdraad Lasdraadspoel met een maximale diameter van 300mm.
De benodigde hoeveelheid beschermgas hangt af van de draaddiameter, de grootte van het gasmondstuk, de hoogte van de lasstroom en de ter plaatse heersende ventilatie. Voor verdere informatie kan u de Lastek technische dienst of uw technisch adviseur contacteren en/of norm EN 14175: beschermgassen voor lassen en desbetreffende vakliteratuur raadplegen.
Raadpleeg hiervoor uw Lastek technisch adviseur. 9.5.3 Draadgeleidingsspiralen Draadspiralen moeten geschikt zijn voor de betreffende draaddiameter en materiaalsoort. Verschillende draadgeleidingsspiralen zijn beschikbaar. Raadpleeg hiervoor uw Lastek technisch adviseur. 9.5.4 Positie en afstand van de lastoorts De onderstaande gegevens zijn richtwaarden, waarmee de gebruiker goede resultaten bereiken kan.
10 Veiligheidstips Het werken met en onderhoud aan elektrische lasapparaten is altijd met mogelijke gevaren verbonden. Personen die met zulke installaties niet vertrouwd zijn, kunnen zichzelf of anderen schade veroorzaken. Daarom moet het bedieningspersoneel op de hieruit voortvloeiende gevaren en de maatregelen om deze schade te voorkomen, gewezen worden. Onafhankelijk hiervan moet de gebruiker van het lasapparaat zich voor het gebruik van het lasapparaat laten informeren over de veiligheidsvoorschriften.
Belangrijk: Een geluidsniveau boven 85 dB(A) kan schade veroorzaken aan de gehoororganen en het zenuwsysteem. Daarom moet bij overschrijden van deze waarde altijd een gehoorbescherming gebruikt worden. 10.2.4 Optische straling Door licht kunnen de ogen verblind worden. Ultraviolette straling kan leiden tot verblinding en verbranding van de ogen (lasogen) en verbranding van de huid.
Pagina 57
Ook bij de bediening en omgang met lasstroombronnen zelf kunnen fouten gemaakt worden. Daarom moet dit instructieboek door alle gebruikers van dit apparaat zorgvuldig worden doorgelezen. Het instructieboek dient dusdanig bewaard te worden, zodat zij te allen tijde door de lassers en het onderhoudspersoneel geraadpleegd kunnen worden.
Indien de koelwaterstand in het reservoir minder als 3/4 hoogte zijn, dan moet koelwater worden toegevoegd. Als koelwater dient te worden gebruikt: het geteste Lastek koelmiddel. Aanvullend dient ook de zeef in de buitenliggende watertank gecontroleerd te worden en indien noodzakelijk schoongemaakt te worden.
Bij het niet nakomen van deze voorschriften of in geval van schade wordt de gebruiker van het apparaat ter verantwoording geroepen. Gebruik derhalve de mogelijkheid van een onderhoudscontract met Lastek om de voordelen met betrekking tot een storingsvrije productie en kwaliteit te gebruiken.
Beschrijving van de storing, oorzaak en oplossing van de storing. Indien de onderstaand beschreven maatregelen ter opheffing van de storing geen resultaat hebben, dan dient U de technische dienst van Lastek te raadplegen. Belangrijk!! Werkzaamheden aan een elektrisch apparaat mogen alleen door goed hiervoor opgeleide vakmensen worden uitgevoerd.
Pagina 61
Oorzaak Oplossing Er werd een fout in de motorprint geconstateerd Storing melden en techn. dienst Lastek verwittigen ERR 101: print vervangen (DV1) ERR 201: print vervangen (DV2) Vermelding “ERR 102 (ERR 202)” op digitale schermen A1/A2: storing (motor / encoder)
Pagina 62
Gasslang geknikt of anderszins beschadigd Controleren en eventueel vervangen Gasventiel in de draadkast is defect Controleren technische dienst Lastek verwittigen De lasdraad spoelt niet goed af Oorzaak Oplossing De rem op de draadspoel is te strak of te los Rem opnieuw afstellen...
Pagina 63
Geen lasstroom alhoewel lichtdiode “lassen” H9 brandt Oorzaak Oplossing Massakabel is niet aangesloten Verbinding herstellen Lastoorts is defect (verbinding verbroken) Lastoorts verwisselen Lastoorts wordt te heet Oorzaak Oplossing Aansluitingen van het koelwater zijn verwisseld Aansluitingen omwisselen Watercirculatie is verstopt Reinigen Koelmiddel is verontreinigd Koelmiddel vervangen Slecht lasresultaat (teveel lasspatten, onrustige lichtboog, poriën in de las enz.)
Pagina 67
Draadaanvoerkast: RK 2 W Pos. Benaming Deel Opmerking Print motorsturing DVK01 Print bedieningseenheid COM01 Print bedieningseenheid „materiaal/draad/gas“ COM02 Draadaanvoermotor Draadaanvoereenheid zonder motor Draadaanvoer met motor, encoder en centrale aansluiting Toets „gas“ groen Toets „draadaanvoer“ groen Apparaatstekker „seriële bus“ 7-polig Lasstroomaansluiting: inbouwstekker Lastoorts-centrale aansluiting Steekcontact voor afstandsbediening 17-polig...
Pagina 68
Draadaanvoeraggregaat zonder motor Positie Benaming Deel Opmerking Draadinloopnippel (standaard) kunststof Draadinloopnippel (optie) messing Aandrijfwielen zie hfdst 6.2 Capillairbuis tot 1,2 mm ø draadelektrode messing Capillairbuis tot 1,6 mm ø draadelektrode staal Steunbuis voor teflonziel tot 4mm messing buitendiameter (*) W = wisselstuk; S= sleetonderdeel...
Overeenkomstig de EG Richtlijn 2006/42/EG Art.1, alinea 2 vallen de bovengenoemde producten uitsluitend in het toepassingsgebied van de richtlijn 2006/95/EG betreffende elektrische bedrijfsmiddelen voor gebruik binnen welbepaalde spanningsgrenzen. De fabrikant is verantwoordelijk voor deze verklaring Lastek Belgium Nv Toekomstlaan 50 2200 Herentals Geleverd door: Luc Driesen, Technisch Directeur...
Pagina 74
BIJLAGEN bij de handleiding en gebruiksaanwijzing EMIGMA 300 PULS / 400 / (stand 05/2013) Inhoud A. Overzichtstabel van de speciale parameters Tabel Grafische folie B. Tabellen met lasprogramma’s A1. Overzichtstabel van de speciale parameters Fabrieks- Nauwkeurig- SP.. Benaming Bereik Invloed heid instelling SP1 Gasvoorstroomtijd...
Pagina 76
A2. Overzichtstabel Fast Track / Tipptronik ARC-II: Regelautomaat...
Pagina 77
B1. Tabel met lasprogramma’s De EMIGMA PULS apparaten zijn met de volgende kenlijnen voorgeprogrammeerd Draaddiameter Beschermgas Materiaal Lasproces Schakelaarpositie AlMg 5 Puls-II, conventioneel A1,0 // Ar // AlMg AlMg 5 Puls-UI, conventioneel B1,0 // Ar // AlMg AlMg 5 Puls-II, conventioneel A1,2 // Ar // AlMg AlMg 5 Puls-UI, conventioneel...
Pagina 78
Draaddiameter Beschermgas Materiaal Lasproces Schakelaarpositie Ar 92/8 CO A0,8 // 92/8CO // Fe C-Staal (SG 2 / G3Si1) Puls-II, Conventioneel Ar 92/8 CO B0,8 // 92/8CO // Fe C-Staal (SG 2 / G3Si1) Puls-UI, Conventioneel Ar 92/8 CO A1,0 // 92/8CO // Fe C-Staal (SG 2 / G3Si1) Puls-II,...
Pagina 79
Draaddiameter Beschermgas Materiaal Lasproces Schakelaarpositie Ar 98/2 CO A0,8 // 98/2CO // CUSI3 CuSi 3 Conventioneel Ar 98/2 CO A1,0 // 98/2CO // CUSI3 CuSi 3 Puls-II, Conventioneel CuAlNi5 Puls-II A0,8 // Y1 // CUSI3 CuAlNi5 Puls-II A1,0 // Y1 // CUSI3 Ar 82/18 CO A1,2 // 82/18CO // E71T-1 (Z3)
Pagina 80
17 INDEX 2 Taktwerking 2 Taktwerking met kratervulling (2TK) 4 Taktwerking (4T) 4 Taktwerking met kratervulling (4TK) Aansluitingen op de achterkant van het apparaat Aansluitstekkers op de voorkant van de draadaanvoerkast Afstandsbediening Algemene beschrijving Bedieningselementen achterzijde Bedieningselementen en aanduidingen in de draadaanvoerkast Bedieningselementen en hun werking Bedieningselementen op het front van de draadaanvoerkast Bedieningselementen voorzijde...
Pagina 81
Lasmodi Leverancier Machinefuncties 42 MIG/MAG Pulslassen MIG/MAG-lassen - principe MIG/MAG-normaallassen – conventioneel / traploos 10 MIG-dubbelpulslassen Onderdelen en wisselstukken Onderhoudswerkzaamheden Opbouw EMIGMA PULS 72 Overzichtstabel Speciale Parameters SP Overzichtstabel Speciale Parameters SP grafische folie 80 Praktische gebruikstips Productidentificatie Puntlassen Fast Track Fast Track Speciale Parameters SP 32 Stekkeraansluitingen op de achterkant van de draadaanvoerkast...