Stel een bestandsnaam in voor het doorsturen van ontvangen gegevens
Selecteer uit het vervolgmenu met items voor de bestandsnaam.
Selecteer het selectievakje "Tekens" om een gewenste tekststring toe te voegen en voer de string in "Voorinstelling
van teken" in, waarbij maximaal 64 enkelbyte tekens worden gebruikt.
Selecteer het artikel dat moet worden gebruikt als bestandsnaam onder
"Bestandsnaaminstellingen".
Item
Serienummer
Naam afzender
Datum & tijd
Sessiepaginateller
Unieke identificatie
Tekens
Voorinstelling van teken
Instelling om te bepalen of het transactierapport moet worden afgedrukt
Selecteer of het transactierapport wordt afgedrukt, wanneer ontvangen gegevens worden doorgestuurd.
Specificeer de bestandsnaam in "Instelling Afdrukken Transactierapport".
Item
Instelling Afdrukken
Transactierapport
Door Serienummer te selecteren wordt het serienummer van de eenheid aan de
bestandsnaam toegevoegd.
Door Naam Afzender te selecteren wordt de naam van de afzender aan de bestandsnaam
toegevoegd.
Door Datum & tijd te selecteren worden de datum en tijd aan de bestandsnaam toegevoegd.
Door Sessiepaginateller te selecteren wordt de teller aan de bestandsnaam toegevoegd.
Door Unieke identificatie te selecteren wordt de unieke identificatie aan de bestandsnaam
toegevoegd.
Selecteer dit selectievakje om een tekenstring aan de bestandsnaam toe te voegen en voer
de tekststring in "Voorinstelling van teken" in, waarbij maximaal 64 tekens worden gebruikt.
Voer een te gebruiken tekststring in "Tekens" in, waarbij maximaal 64 tekens worden
gebruikt.
Instellingen
Altijd Afdrukken,
Afdrukken bij fouten, Niet
Selecteer een printstijl van het transactierapport.
afdrukken
Beschrijving
Beschrijving
114
FAXFUNCTIES