7.4 Vereisten voor plaatsing van een
touchscreen
Opmerking:
De prestaties van het touchscreen kunnen worden beïnvloed door
de omgeving rond de installatie, met name touchscreen-displays die
bovendeks zijn geïnstalleerd, waar ze bloot worden gesteld aan de
elementen kunnen de volgende problemen hebben:
• Oververhitting van het touchscreen - als het display is gemonteerd op
een plaats waar hij langdurig is blootgesteld aan direct zonlicht, kan het
touchscreen heet worden.
• Incorrecte werking van het touchscreen — blootstelling aan langdurige
regen en/of water kan ertoe leiden dat het display reageert op 'valse
aanrakingen', die worden veroorzaakt door regen/water dat het scherm
raakt.
Wanneer als gevolg van de vereiste locatie blootstelling aan deze
elementen wordt verwacht, wordt u geadviseerd het volgende in
overweging te nemen:
• een afstandsbediening te installeren, bijvoorbeeld de RMK-10, en het
display op afstand te bedienen — voor displays met alleen touchscreen.
• het touchscreen te vergrendelen en in plaats daarvan de fysieke
knoppen te gebruiken — voor HybridTouch -displays.
• een beschermkap van een accessoirefabrikant te bevestigen, om
blootstelling aan direct zonlicht en de hoeveelheid water dat op het
display komt te verminderen.
7.5 Vereisten voor de plaatsing van draadloze
apparatuur voor optimale prestaties
Alle draadloze apparaten in uw systeem moeten zo zijn geplaatst, dat de
betrouwbaarheid van het zenden en ontvangen van draadloze signalen is
gegarandeerd.
Er is een aantal factoren die van invloed kunnen zijn op de kwaliteit van de
draadloze verbinding. Fysieke obstakels en bepaalde scheepsconstructies
en -materialen kunnen bijvoorbeeld een negatieve uitwerking hebben op het
36
draadloze signaal. Het is daarom belangrijk dat de draadloze prestaties
van het product worden gecontroleerd op de gewenste locatie voordat u
gaten boort voor de montage.
De constructie en materialen van het schip
Monteer producten waar mogelijk op oppervlakken van glasvezelversterkt
kunststof (bijv. glasvezelhars, of schuim), of op droge houten schotten.
Geleidende materialen in het signaalpad kunnen een significant effect
hebben op de prestaties van het draadloze signaal. Reflecterende
oppervlakken zoals metalen oppervlakken, sommige soorten glas en zelfs
spiegels kunnen de kwaliteit aanzienlijk verminderen en het draadloze
signaal zelfs blokkeren. Installatie op plaatsen dicht in de buurt van
dergelijke materialen dient te worden vermeden. Monteer draadloze
producten NIET direct op geleidende materialen. Dit heeft betrekking op
alle montageoppervlakken en behuizingen/pods.
Voorbeelden van geleidende materialen zijn onder andere, maar niet
beperkt tot:
• carbonvezel, kevlar, of aramide (waaronder zeilen van deze materialen)
• aluminium
• staal
Bij installaties met geleidende materialen monteert u het draadloze product
met behulp van een accessoire voor mastmontage of een dekmontageset,
indien aanwezig. De afstand tot het geleidende materiaal dient ten minste
10 cm (3,9 in) te zijn om het aardingseffect van geleidende materialen te
minimaliseren. Dit geldt zowel voor zenders als voor displays. Als het
verplaatsen van het product het probleem oplost, overweeg dan een gat
voor de antenne achter de unit te maken (nadat de positie van het product
zeker is en het product is gemonteerd).
Het draadloze signaal kan ook negatief worden beïnvloed op plaatsen waar
het draadloze signaal door een schot gaat waardoor ook voedingskabels
lopen.
Bemanningsleden (vooral als ze nat zijn) kunnen de draadloze signalen
eveneens hinderen als zij door het signaal tussen de draadloze sensor en de
betreffende displays lopen.
De signaalsterkte controleren en optimaliseren
U dient mogelijk te experimenteren met de plaats van uw draadloze
producten om een optimaal draadloos signaal en een ononderbroken
signaalpad te realiseren.