Regeling
Regeling, koude buitenlucht
Als de omgevingstemperatuur (kanaal T1) onder de
ingestelde temperatuur zakt in kanaal A7, stopt de
warmtepomp en wordt 03 weergegeven in kanaal
S1. Zowel het extra relais als het uitvalrelais worden
dan tegelijkertijd geactiveerd.
Als de omgevingstemperatuursensor een temperatuur
registreert die ten minste 2,1 °C hoger is dan de in
kanaal A7 ingestelde temperatuur, start er een time
counter.
Als deze counter de 45 minuten heeft bereikt, worden
zowel het extra relais als het uitvalrelais gedeactiveerd
om een comfortabelere temperatuur voor de start
van de compressor te bewerkstelligen.
Als er nog eens 15 minuten zijn verstreken, is het de
compressor toegestaan te starten en wordt het extra
relais een paar seconden later ook weer geactiveerd.
Het uitvalrelais blijft echter gedeactiveerd.
Als de omgevingstemperatuur op een bepaald mo-
ment tijdens de gehele 60 minuten uitkomt onder
kanaal A7 + 2,1 °C, wordt de counter gereset. De
counter begint pas weer te tellen als de temperatuur
weer voldoende hoog is.
utelufttemp.
Utelufttemperatur
A
B
NIBE™ F2300
1
2
B = Ingestelde temperatuur voor koude buitenlucht (ka-
naal A7).
A = Ingestelde temperatuur voor koude buitenlucht +
2,1 °C.
1. De omgevingstemperatuur (kanaal T1) zakt onder de
ingestelde temperatuur in kanaal A7 (B). De warmte-
pomp stopt en beide relais worden geactiveerd.
2. De omgevingstemperatuur is 2,1 °C boven de inge-
stelde temperatuur in kanaal A7 (A). De time counter
start vanaf 0.
3. De omgevingstemperatuur zakt onder A. De timer
wordt gereset en gestopt.
4. De omgevingstemperatuur komt weer boven A. De
time counter start opnieuw (vanaf 0.
5. De time counter heeft tot 45 minuten geteld. Beide
relais worden gedeactiveerd.
6. De time counter heeft tot 60 minuten geteld. Het is
de compressor toegestaan weer te starten.
Voorzichtig!
Het is de omgevingstemperatuur van de warm-
tepomp die bepalend is.
3
4
5
Hoofdstuk 7 |
6
Bediening - Inleiding
27