Dit symbool duidt tips aan om het gebruik van het product te vergemakkelijken. Keurmerk De F2300 is voorzien van het CE-merk en voldoet aan IP24. Het CE-keurmerk houdt in dat NIBE garandeert dat het product voldoet aan alle relevante, uit EU-richtlijnen voortvloeiende wet- en regelgeving ten aanzien van het product.
Zorg er bij solderen in de buurt van de eenheid voor dat het soldeerresidu de lekbak niet beschadigt. Als er tijdens solderen soldeerresidu in de eenheid komt, kunnen er kleine gaten in de bak komen die tot waterlekkage leiden. Laat, NIBE™ F2300 Hoofdstuk 1 | Belangrijke informatie...
- Gebruik geen vulflessen (charging bottles). Dit type flessen veran- dert de samenstelling van het koudemiddel, waardoor de prestaties van het systeem verslechteren. - Bij het bijvullen van koudemiddel moet het koudemiddel altijd in vloeibare vorm uit de fles komen. Hoofdstuk 1 | Belangrijke informatie NIBE™ F2300...
Condenswater moet via een afvoer of iets vergelijk- baars worden weggevoerd (zie pagina 8). Wees bij de installatie voorzichtig, zodat u geen krassen veroorzaakt op de warmtepomp. Plaats de F2300 niet direct op het gazon of een andere niet-stevige ondergrond. NIBE™ F2300 Hoofdstuk 2 |...
De opvangbak van condenswater wordt gebruikt om het condenswater te verzamelen of weg te voeren van de Als de ondergrond dit toestaat, is het het eenvoudigste warmtepomp. om een pallettruck te gebruiken om de F2300 te verplaat- sen naar de definitieve locatie. Voorzichtig! Voorzichtig!
Pagina 11
Eventueel kan de caisson direct on- der de warmtepomp worden geplaatst. Leg de leiding vanaf de F2300 schuin naar beneden aan. De uitlaat van de leiding voor condenswater moet zich De leiding voor het condenswater moet zijn uitgerust met op een vorstvrije diepte bevinden.
Installatiegebied De afstand tussen de F2300 en de muur van de woning moet ten minste 400 mm zijn. De vrije ruimte boven de F2300 moet ten minste één meter zijn. Fritt utrymme bakom 600 mm Min. avstånd vid användning av flera F2300 Fritt utrymme framför...
55 °C en een uitgaande temperatuur voorkomen. van ongeveer 65 °C vanuit de warmtepomp. De F2300 is niet voorzien van externe afsluiters op de De oplaadpomp kan ook rechtstreeks vanaf de F2300 waterzijde. Deze moeten worden geïnstalleerd om toe- worden geregeld, via klemmenstrook (X3), waarbij reke- komstige service te vereenvoudigen.
Zie www.nibenl.nl voor meer koppelingsopties. Bij koppeling met een F2300, wordt een minimaal beschik- baar systeemvolume met een capaciteit van ten minste 20 liter per kW op de warmtepomp aanbevolen. Hoofdstuk 4 | Aansluiting van de leidingen NIBE™...
De laadpomp voor de F2300 kan worden aangesloten op een aparte voeding of een klemmenstrook (X3). LET OP! Als de F2300 niet gevoed wordt terwijl de laadpomp is aangesloten op klemmenstrook (X3), is er een kans op bevriezing...
De ingaande voedingskabel wordt in de fabriek aangeslo- ten op de klemmenstrook -X1. Buiten de warmtepomp is er ongeveer 1,8 m kabel beschikbaar. Tijdens de installatie moeten de verbindingen op de ach- terkant van de warmtepomp worden gemonteerd. Hoofdstuk 5 | Elektrische aansluitingen NIBE™ F2300...
Aansluiten externe regelspanning Laadpomp Om de F2300 in staat te stellen de laadpomp (GP12) te Voorzichtig! regelen, moet deze worden aangesloten op de klemmen- Markeer alle elektrische schakelkasten met strook X3:1(PE), 3(L) en 4(N). De pompactiviteit is afhan- waarschuwingsstickers voor externe spanning.
A5, zie het hoofdstuk "Bediening - water in de F2300. De transfer van elektriciteitskabel naar Kanaalomschrijving". verwarmingskabel moet plaatsvinden achter de inlaat De externe bijverwarming is via klemmenstrook J5:C, NO naar de opvangbak van condenswater.
De aansluiting met het extra relais wordt gemaakt zoals Externe indicatie van een hoofdalarm hieronder afgebeeld. De F2300 is uitgerust met een contact voor de externe indicatie van een hoofdalarm. Deze functie wordt inge- schakeld bij alle soorten van bestaande alarmen. Max.
6 Inbedrijfstelling en afstelling Voorbereidingen Softstarter Zorg ervoor dat de warmtepomp niet kan worden De F2300 is uitgerust met een softstart (AA10) die de beschadigd tijdens transport. ingaande stroom voor de compressor beperkt. Controleer voor inbedrijfstelling of het verwarmings- Compressorverwarming circuit gevuld en goed ontlucht is.
1. Communicatiekabel, klemmenstrook (AA21:J1 of AA21:J2) of thermostaat, klemmenstrook (X5) moet zijn aangesloten. 2. Schakel de isolatorschakelaar in. 3. Zorg ervoor dat de F2300 is aangesloten op de stroombron. 4. Controleer of de motorbeveiliging (FC2) is ingescha- keld. 5. Controleer of de led op de fasevolgordesensor (BA1) rood verlicht is.
10% lager uit. Het temperatuurverschil komt overeen met het schema hieronder (+1- 2 K). Bij buitentemperaturen onder 28 °C F2300-14 F2300-20 Hoofdstuk 6 | Inbedrijfstelling en afstelling NIBE™ F2300...
De F2300 kan ook worden in- en uitgeschakeld via signa- Zie het hoofdstuk “Bediening” - “Kanaalom- len van andere regelapparatuur of een thermostaat. Als schrijving”...
Ventilator aan, lage snelheid Waarde: 01 Ventilator aan, hoge snelheid Geeft de huidige waarde weer. Verhogen/verlagen van de waarde met behulp van de plus- of minknop. Hoofdstuk 7 | Bediening - Inleiding NIBE™ F2300...
60 minuten uitkomt onder tepomp die bepalend is. kanaal A7 + 2,1 °C, wordt de counter gereset. De counter begint pas weer te tellen als de temperatuur weer voldoende hoog is. utelufttemp. Utelufttemperatur NIBE™ F2300 Hoofdstuk 7 | Bediening - Inleiding...
Na twee minuten start de compressor weer (als de druk omlaag is gegaan). Als dit niet het geval is, wordt er een constant hoge- drukalarm afgegeven (alarm 06). Hoofdstuk 7 | Bediening - Inleiding NIBE™ F2300...
Compressor uit. Bijvoorbeeld 3 x F2300 in hetzelfde systeem worden Compressor aan. toegewezen aan de adressen 1, 2 en 3. De F2300 die Compressor geblokkeerd als gevolg van een alarm warm water levert, moet worden ingesteld op 1. Compressor start over nn minuten.
Pagina 32
Stoptemperatuur, de ingestelde waarde van de omge- vingstemperatuur als het uitvalrelais is geactiveerd, de F2300 stopt. Als de stoptemperatuur is ingesteld tussen 0 en -20 °C, wordt de aanvoertemperatuur lineair be- perkt tot -10 °C / 65 °C tot -20 °C / 63 °C (zie diagram op pagina 39).
Controleer alle externe schakelaars. Voorzichtig! Onjuiste instelling in het NIBE-binnendeel. Aangezien de F2300 kan worden aangesloten Zie de handleiding van het binnendeel. op een groot aantal verschillende externe eenhe- den, moeten ook deze worden gecontroleerd. Hoge kamertemperatuur Externe schakelaar voor het wijzigen van de geacti- veerde kamerverwarming.
Korte bedrijfstijden Weergegeven als 16 in kanaal S1. Controleer het aansluitverschil voor de thermo- staat. Controleer de starttemperatuur van warm water in een NIBE-binnendeel. Controleer de laadstroom en het vuilfilter dat gedeeltelijk ver- stopt kan zitten. De heetgastemperatuur is hoger dan 135 °C. Weer- gegeven als 17 in kanaal S1.
11 Technische gegevens Afmetingen en aansluitingen 1345 Ø 1455 Fritt utrymme bakom 600 mm Min. avstånd vid användning av flera F2300 Fritt utrymme framför Hoofdstuk 11 | Technische gegevens NIBE™ F2300...
De geluidsdrukniveaus worden verder beïnvloed door Geluidsdrukniveaus muren, stenen, verschillen in bodemniveaus enz. Deze De F2300 wordt normaal gesproken naast een wand van moeten dan ook puur als richtwaarden worden be- een huis geplaatst. Dat levert een geluidsverdeling in een schouwd.
Pagina 41
7/45. stroomleverancier voordat u de apparatuur aanschaft. Nominale stroming overeenkomstig DT=10 K bij 7/45. Werkgebied Tijdens kortere tijden zijn lagere werktemperaturen aan de waterzijde toegestaan, bijv. tijdens opstarten. NIBE™ F2300 Hoofdstuk 11 | Technische gegevens...
Pagina 43
NIBE™ F2300 Hoofdstuk 11 | Technische gegevens...
Pagina 44
Hoofdstuk 11 | Technische gegevens NIBE™ F2300...
Pagina 45
NIBE™ F2300 Hoofdstuk 11 | Technische gegevens...
Pagina 46
Aan/Uit Return line temp. Retourleiding, temperatuursensor Softstart Softstarter Supply line temp. Aanvoerleiding, temperatuursensor Supply voltage Ingaande voeding/spanning Temperature sensor, Hot gas Temperatuurvoeler, heet gas Temperature sensor, Suction gas Temperatuurvoeler, aanzuiggas Thermostat input Thermostaatingang Hoofdstuk 11 | Technische gegevens NIBE™ F2300...
Softstartrelais, 22 Geleverde componenten, 10 Spanningaansluiting, 18 Geluidsdrukniveaus, 37 Statuskanalen, 29 Stoptemperatuur, 22 Storingen in comfort, 31 Het ontwerp van de warmtepomp, 12 Symbolen, 2 Componentenlijst elektriciteitskast, 14 Lijst met onderdelen, 12–13 Locatie onderdelen, 12 NIBE™ F2300 Hoofdstuk 12 | Index...
Pagina 48
Inspectie van de installatie, 5 Serienummer, 4 Symbolen, 2 Veiligheidsmaatregelen, 3 Veiligheidsmaatregelen, 3 Verstoringen van comfort Problemen oplossen, 31 Verwijderen van de afdekking aan de zijkant , 11 Voorbereidingen, 22 Vullen en ontluchten van het verwarmingssysteem, 22 Hoofdstuk 12 | Index NIBE™ F2300...