Uitleg display
C0
F0
S1
Compressor: C0
Toont de huidige status van de compressor.
C0
Compressor uit, circulatiepomp uit
C
Knippert als het starten van de compressor wordt
verhinderd door tijdsvoorwaarden of een hoge re-
tourtemperatuur.
C1
Compressor aan, circulatiepomp aan
CC
Compressor uit, circulatiepomp aan
CD
Bezig met ontdooien
Ventilator: F0
De ventilator heeft twee snelheden, hoog en laag. De
ventilator wordt geregeld door de omgevingstemperatuur.
De lagere snelheid wordt gebruikt als de omgevingstem-
peratuur te hoog is om de output te beperken. De venti-
lator loopt niet tijdens ontdooien. Bij een omgevingstem-
peratuur die lager is dan de temperatuur in de onderstaan-
de tabel, wijzigt de ventilatorsnelheid naar hoog.
Type
14 kW
20 kW
F0
Ventilator uit
F1
Ventilator aan, lage snelheid
F2
Ventilator aan, hoge snelheid
26
Hoofdstuk 7 |
Bediening - Inleiding
H0
01
Omgevingstemperatuur (°C)
20
20
Verwarming: H0
De compressorverwarming is altijd actief als de compres-
sor is uitgeschakeld.
De verwarmer van de opvangbak van condenswater is
tijdens ontdooien aangesloten als de omgevingstempera-
tuur lager of gelijk is aan 2,5 °C.
De kraagverwarmer is tijdens ontdooien aangesloten als
de temperatuur onder 2 °C komt, als het in kanaal A14
is toegestaan en als de compressor loopt. Deze verwarmer
start ook op bij iedere derde keer ontdooien.
H0
Compressorverwarming uit
Verwarming opvangbak van condenswater uit
Kraagverwarmer uit
H1
Compressorverwarming aan
H2
Verwarming opvangbak van condenswater aan
H3
Compressorverwarming aan
Verwarming opvangbak van condenswater aan
H4
Kraagverwarmer aan
H5
Compressorverwarming aan
Kraagverwarmer aan
H6
Verwarming opvangbak van condenswater aan
Kraagverwarmer aan
H7
Compressorverwarming aan
Verwarming opvangbak van condenswater aan
Kraagverwarmer aan
Kanaal: S1
Geeft het huidige kanaal weer. Wijzigen van kanalen met
behulp van de plus- of minknop.
Waarde: 01
Geeft de huidige waarde weer. Verhogen/verlagen van
de waarde met behulp van de plus- of minknop.
NIBE™ F2300