4.2
Toepassingsspecifieke instellingen
4.2.1
Voorbereidende werkzaamheden
8013711/YWL2/V3-0/2016-08| SICK
Wijzigingen en correcties voorbehouden
Voor een correcte meting moet het meetsysteem eerst op de desbetreffende inwendige
kanaaldiameter worden ingesteld. Hiervoor zijn de volgende stappen nodig:
Uitgezonden lichtbundel focusseren
●
De lichtvlek op de reflector moet, rekening houdend met het meettraject en de
toegestane afwijkingshoek, binnen het optisch actieve reflectievlak liggen.
Meetsysteem op een deeltjesvrij traject normaliseren
●
Apparaatspecifieke en afstandsafhankelijke invloeden op het meetsysteem moeten
worden geëlimineerd. Het deeltjesvrije traject moet overeenkomen met het meettraject
(afstanden tussen de optische grensvlakken van zend-ontvangsteenheid en reflector
moeten gelijk zijn).
▸
Bouw het meetsysteem buiten de meetplaats in een donkere en zo stofvrij mogelijke
omgeving met aanwezige spanningsvoorziening op.
Er zijn twee mogelijkheden:
– gebruik van de optie afstelbok
Afb. 35: Opbouw op stofvrij traject met afstelbokken (weergegeven voor DUSTHUNTER T100)
Zend-ontvangsteenheid
Reflector
Afstelbok
Bij de DUSTHUNTER T50 moet de reflector volgens
afstelbok"in de houder aan de afstelbok worden geplaatst.
INBEDRIJFSTELLING EN PARAMETRERING
(zie "Overig", pagina
125)
A
A =afstand flens - flens
Afb. "Montage reflector DHT-R5x aan
GEBRUIKSAANWIJZING | DUSTHUNTER T
4
61