3
MONTAGE EN INSTALLATIE
3.3.7
Interface- en I/O-module (optie) inbouwen
56
GEBRUIKSAANWIJZING | DUSTHUNTER T
De interfacemodules en de moduledragers voor I/O-modules moeten op de rail in de MCU
worden gestoken
(zie "Indeling van de onderdelen in de MCU (zonder spoelluchttoevoer, met
opties)", pagina
50) en met de leiding met connector op de bijbehorende aansluiting op de
processorkaart worden aangesloten
pagina
51). De I/O-modules moeten vervolgens op de moduledragers worden gestoken.
De interfacemodules moeten door middel van de netwerkleiding van de klant met het lokale
netwerk worden verbonden. Voor het aansluiten van de I/O-modules moeten de klemmen
op de moduledrager worden gebruikt.
Pinbezetting AO-module
Afb. 33: Pinbezetting analoge-uitgangsmodule
Moduledrager
Pinbezetting AI-module
Afb. 34: Pinbezetting analoge-ingangsmodule
Moduledrager
(zie "Aansluitingen van de MCU-processorkaart",
+ -
+ -
AO 1
+ -
+ - AI 1
AO 2
AI 2
8013711/YWL2/V3-0/2016-08| SICK
Wijzigingen en correcties voorbehouden