1. Afstand van 7,6 cm bij
punt A is juist
2. Afstand van 8,3 cm bij
punt B is juist
10.
U kunt de stelmoer op de hefinrichting van
het voorste maaidek draaien om deze nog
nauwkeuriger in te stellen
Opmerking:
Om te verhogen draait u de
schroef rechtsom en om te verlagen draait u de
schroef linksom.
Opmerking:
Als het afstelbereik van de
koppelingen van het voorste maaidek niet groot
genoeg is om de maaihoogte goed in te stellen,
kunt u de enkelpuntsafstelling gebruiken om het
afstelbereik te vergroten.
1. Stelmoer
2. Contramoer
Figuur 96
3. Meet hier vanaf de punt
van het mes tot aan het
harde oppervlak
4. Meet bij punt A en B aan
beide zijden
(Figuur
97).
Figuur 97
3. Afstelling achterste
maaidek
4. Afstelling voorste maaidek
11.
Om het enkelpuntssysteem af te stellen, moet
u de 2 bouten onderaan de maaihoogteplaat
losdraaien
g009196
1. Bouten aan de onderzijde van de maaihoogteplaat
12.
Als het maaidek te laag is, draai dan de stelbout
van het enkelpuntssysteem vast door deze
rechtsom te draaien. Als het maaidek te hoog is,
draai dan de stelbout van het enkelpuntssysteem
los door deze linksom te draaien
Opmerking:
enkelpuntssysteem losser of vaster tot de
montagebouten van de maaihoogteplaat ten
minste ⅓ van de lengte in de sleuven kunnen
bewegen. Hierdoor ontstaat er ruimte voor de
hoogteafstelling op de 4 maaidekkoppelingen.
g035398
1. Stelbout van enkelpuntssysteem
13.
Draai de 2 bouten aan de onderzijde van de
maaihoogteplaat vast
67
(Figuur
98).
Figuur 98
Draai de stelbout van het
Figuur 99
(Figuur
98).
g027345
(Figuur
99).
g017036