Veilig kinderen vervoeren in de Model 3
Plaatsen van kinderzitjes met
gordelbevestiging
Volg altijd de gedetailleerde aanwijzingen van
de fabrikant van het kinderzitje. Volg deze
algemene richtlijnen voor kinderzitjes met
gordelbevestiging:
•
Controleer of het kinderzitje geschikt is
voor het gewicht, de lengte en de leeftijd
van het kind.
•
Zorg dat het kind niet te dikke kleding
draagt.
•
Leg geen voorwerpen tussen het kind en
het kinderzitje.
•
Verstel vóór aanvang van iedere rit de
riemen van het kinderzitje voor ieder kind.
1.
Plaats het kinderzitje op de geschikte
zitplaats en trek de veiligheidsgordel
volledig uit. Plaats en bevestig het
kinderzitje volgens de instructies van de
fabrikant van het kinderzitje.
2.
Laat de gordel strak oprollen, zorg dat er
geen speling overblijft door het zitje bij
het oprollen van de gordel stevig in de
stoel van de auto te drukken.
Opmerking: De veiligheidsgordels van de
Model 3 zijn uitgerust met gordelspanners
die automatisch worden vergrendeld in
noodgevallen, zoals en noodstop of
aanrijding.
40
ISOFIX/i-Size kinderzitjes plaatsen
De buitenste zitplaatsen achterin van de
Model 3 zijn uitgerust met ISOFIX/i-Size
verankeringspunten. Deze verankeringspunten
bevinden zich tussen de zitting en de
rugleuning. De exacte locatie van elk
verankeringspunt wordt aangegeven met een
markering (hieronder afgebeeld) op de
rugleuning, direct boven het betreffende
verankeringspunt.
Om een ISOFIX/i-Size-kinderzitje te plaatsen,
dient u zorgvuldig de instructies van de
fabrikant van het kinderzitje te lezen en te
volgen. In deze instructies wordt beschreven
hoe u het kinderzitje op de
verankeringspunten schuift totdat het zitje
hoorbaar vastklikt. Mogelijk moet u het
kinderzitje stevig tegen de rugleuning drukken
om het goed te bevestigen.
Model 3 Owner's Manual