Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Resol DeltaSol SLL Handboek pagina 39

Inhoudsopgave

Advertenties

8
KoEL
8
oSYK
Optie systeemkoeling
pUSH
Instelbereik: OFF / ON
Fabrieksinstelling: OFF
oBoILK
Optie boilerkoeling
Instelbereik: OFF / ON
Fabrieksinstelling: OFF
tV AAN KoEL
Inschakeltemperatuurversch.
Instelbereik: 1,0 ... 30,0 K
Fabrieksinstelling: 20,0 K
tV UIt KoEL
Uitschakeltemperatuurversch.
Instelbereik: 0,5 ... 29,5 K
Fabrieksinstelling: 15,0 K
oAoW
pUSH
BACK
pUSH
a
oAoW
Optie afvoer van overtol-
OK
lige warmte
Keuze: ON / OFF
Fabrieksinstelling: OFF
OFF
ON
d
e
f
8 Koelfuncties
Er kunnen verschillend koelfuncties worden geactiveerd: de systeemkoeling, de boi-
lerkoeling en de afvoer van overtollige warmte.
Aanwijzing
Als de temperatuur bij de boilersensor 95 °C bereikt, worden alle koelfunc-
ties geblokkeerd. De herinschakelhysterese bedraagt -5 K.
Aanwijzing
Als één van de koelfuncties of de vorstbeveiliging is geactiveerd, staat de
drainback-optie niet ter beschikking.
Systeemkoeling
De systeemkoeling dient om het zonne-energiesysteem gedurende langere tijd be-
drijfsklaar te houden. Deze negeert de maximumtemperatuur van de boiler om het
collectorveld en het warmtedragend medium op dagen met sterke zoninstraling
thermisch te ontlasten.
Als de boilertemperatuur de ingestelde maximumtemperatuur van de boiler over-
schrijdt en het inschakeltemperatuurverschil tV AAN is bereikt, blijft de zonne-
pomp ingeschakeld of wordt deze ingeschakeld. De zonnelading wordt zolang uitge-
voerd tot het temperatuurverschil onder de ingestelde waarde tV UIt daalt of de
ingestelde temperatuurlimiet van de collector wordt bereikt.
In 2-boilersystemen kan de volgorde van de boilers worden ingesteld.
Bij actieve systeemkoeling knippert ☼ in het display.
Aanwijzing
De functie staat alleen ter beschikking als de collectorkoelfunctie, de af-
voer van overtollige warmte en de drainback-optie niet zijn geactiveerd.
Boilerkoeling
Als de boilerkoelfunctie wordt geactiveerd, koelt de regelaar de boiler gedurende
de nacht af om deze voor de zonnelading de volgende dag voor te bereiden.
Als de ingestelde maximumtemperatuur van de boiler is bereikt en de collector-
temperatuur onder de boilertemperatuur daalt, wordt het systeem weer ingescha-
keld om de boiler te koelen.
De referentietemperatuurverschillen zijn tV AAN KoEL en tV UIt KoEL.
Afvoer van overtollige warmte
De afvoer van overtollige warmte dient om in geval van sterke zoninstraling de ont-
stane overtollige warmte af te voeren naar een externe warmtewisselaar (bv. Fan
Coil) om de collectortemperatuur binnen het bedrijfsbereik te houden.
Er kan gekozen worden of de afvoer van overtollige warmte via een extra pomp
of een klep wordt geactiveerd (OTPOM ON = uitvoering pomp, OTPOM OFF =
uitvoering klep).
39

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave