Samenvatting van Inhoud voor Resol DeltaSol BX Plus
Pagina 1
1.05 Handboek voor de vakman Montage Aansluiting Bediening Fouten opsporen Systeemvoorbeelden Hartelijk dank voor de aankoop van dit RESOL-apparaat. Handboek Lees deze handleiding zorgvuldig door om optimaal gebruik te kunnen maken van dit apparaat. Bewaar deze handleiding zorgvuldig. www.resol.com...
Pagina 2
Veiligheidsrichtlijnen Doelgroep Aanwijzing Aanwijzingen worden aangegeven met een Neem deze veiligheidsrichtlijnen precies in acht om Deze handleiding is uitsluitend bedoeld voor geauto- informatiesymbool. gevaren en schade voor mensen en waardevolle voor- riseerde vakmensen. werpen uit te sluiten. Elektrotechnische werkzaamheden mogen alleen Î...
Installatie Kopties Montage Monteer het apparaat uitsluitend in droge binnen- Zonne-energie ruimten. Bypass schroef De regelaar moet via een extra inrichting met een CS-bypass scheidingsafstand van minimaal 3 mm alpolig resp. met Externe warmtewisselaar een ontkoppelinrichting (zekering) conform de gel- Buiscollector dende installatievoorschriften van het net gescheiden Doeltemperatuur...
Elektrische aansluiting WAARSCHUWING! Elektrische schok! Bij geopende behuizing liggen Aanwijzing spanningsvoerende onderde- Het aansluiten van het apparaat op de voe- len bloot! ding is altijd de laatste stap van de werk- Î Koppel telkens voordat zaamheden! u de behuizing opent, De regelaar is voorzien van in totaal 5 relais, waaraan het apparaat alpolig verbruikers, bv.
CS10 en sloten, bv. : GND. Verbind hiervoor de op de sensor met GND • RESOL Groot display GA3 / Smart Display SD3 aangeduide aansluiting met het massa-verzamelklem- menblok GND en de met CS aangeduide aansluiting •...
14. verwarming activeren Een in de handel verkrijgbare SD-kaart wordt niet Als de regelaar één of meerdere verwarmingscircuits meegeleverd en kan ook bij RESOL worden verkre- 2. Sensoren aanmelden aanstuurt, kunnen deze nu worden ingesteld. gen. Als volumemeetonderdelen, stromingsschakelaars,...
Bediening en functie Menuopties selecteren en waarden instellen Knoppen In de normale bedrijfsmodus van de regelaar start het De regelaar wordt bediend via de 7 knoppen naast het display die de volgende functies hebben: display met het hoofdmenu. Als enkele seconden lang niet op een knop wordt gedrukt, gaat de displayver- Knop ❶...
Pagina 10
ingestelde waarde (nog niet bevestigd) instelkanaal Als uit verschillende keuzemogelijkheden meerdere actief deel inactief deel tegelijkertijd kunnen worden gekozen, worden deze Als waarden onderling zijn vergrendeld, hebben deze met selectievakjes weergegeven. Als een optie is geko- een beperkt instelbereik, afhankelijk van de instelling zen, verschijnt er een x in het selectievakje.
timer instellen toevoegen van een tijdvenster: Als de optie timer wordt geactiveerd, verschijnt een weekschakelklok, waarmee tijdvensters voor de aan- De tijdvensters kunnen in stappen van telkens 15 min. sturing van de functie kunnen worden ingesteld. worden ingesteld. Eerst verschijnt er een overzicht met de bestaande Om een actief tijdvenster in te stellen, gaat u als volgt instellingen.
Pagina 12
Verwijderen van een tijdvenster: Om een actief tijdvenster te verwijderen, gaat u als volgt te werk: Î Leg het tijdstip, vanaf waar een tijdvenster wordt verwijderd, vast met de knop ❸. Î Verplaats de cursor met de knoppen ❷ en ❹ naar het gewenste einde van het tijdvenster.
Menustructuur De ter beschikking staande menuopties en in- hoofdmenu stelwaarden zijn variabel en afhankelijk van reeds status gedane instellingen. De onderstaande afbeelding zonne-energie zonne-energie is slechts een voorbeelddeel van het totale menu installatie ter verduidelijking van de menustructuur. basisinstelling basisinstelling verwarming opties systeem...
Eerste inbedrijfstelling Als het systeem hydraulisch is gevuld en bedrijfsklaar 1. taal: is, moet de regelaar op de voeding worden aangeslo- Î Stel de gewenste menutaal in. ten. De regelaar doorloopt een initialisatiefase, waarbij de navigatieknoppen rood branden. Bij de eerste inbedrijfstelling of na een reset van de re- gelaar start na de initialisatiefase het inbedrijfstellings- menu.
Pagina 15
Î Stel de gewenste energie-eenheid in. 4. Zomer- / wintertijdomschakeling: 8. Het inbedrijfstellingsmenu afsluiten: Î Activeer of deactiveer de automatische zo- Na de systeemkeuze volgt een veiligheidsvraag. Als mer- / wintertijdomschakeling. deze wordt bevestigd, worden de instellingen opge- slagen. Î Druk om de veiligheidsvraag te bevestigen op de knop ➄.
Basissystemen en hydraulische uitvoeringen Systeem Uitvoering De instelling van het zonne-energie-basissysteem behoort tot de belangrijkste instellingen en wordt al in het inbedrijfstellingsmenu gevraagd. Eerst wordt het systeem aan de hand van het aantal boilers en collectorvelden gecontroleerd, dan de hy- draulische uitvoering.
Hauptmenü (hoofdmenu) Status Installatie In het menu status / installatie wordt de status van In het statusmenu van de regelaar bevinden zich bij In dit menu kunnen de verschillende menuopties wor- elke menuoptie de betreffende statusmeldingen. de gekozen opties weergegeven. den gekozen.
Meldingen Meldingen Storings- Weergave Controlefunctie Oorzaak code 0001 !sensorstoring! Sensorbreuk Sensorkabel onderbroken 0002 !sensorstoring! Sensorkortsluiting Kortsluiting in sensorkabel ∆T te hoog 0011 !∆T te hoog! Collector 50 K > als te laden boiler 0021 !nachtcirculatie! Nachtcirculatie Toew. 23:00 en 05:00 col. > 40 °C In het menu status / meldingen worden storings- en 0031 !VL/TL verwisseld!
Zonne-energie Meet-/verbruikswaarden Alsbv. S1 wordt geselecteerd, wordt een submenu ge- In het menu status / meet-/verbruikswaarden In dit menu kunnen alle instellingen voor het zon- opend, waarin de minimale en maximale waarde wor- worden alle actuele meetwaarden alsmede verschil- ne-energie-gedeelte van de installatie worden gedaan. den weergegeven.
Pagina 30
Eerst kan het systeem aan de hand van het aantal boi- De overige menuopties in zonne-energie / basisin- lers en collectorvelden worden gekozen. Het betref- stelling worden aan het gekozen systeem aangepast. fende aantal wordt in het display grafi sch weergegeven. Het voorbeeld toont systeem 6 met 3 boilers en 2 collectorvelden („oost- /westdak“).
Pagina 31
Boiler (1 / 2 / 3 / 4) Bij systemen met 2 of meer boilers worden in plaats van de menuoptie boiler gescheiden menuopties voor elke boiler (boiler 1 tot boiler 4) weergegeven. Voor elke boiler kan een eigen ∆T-regeling, een ge- wenste en een maximale temperatuur, de voorrang (bij systemen met meerdere boilers), een hysterese, een stijging, een minimale looptijd en het minimumto-...
Pagina 32
oplaadlogica Na het verstrijken van de circulatietijd wordt de lading gestopt en observeert de regelaar de collec- tortemperatuur gedurende de pendelpauzetijd pen- delpauze. Als de collectortemperatuur met 2 K stijgt, start een nieuwe pendelpauze om een verdere ver- warming van de collector mogelijk te maken. Als de collectortemperatuur niet voldoende stijgt, wordt de in de prioriteit volgende boiler opnieuw voor de duur Bij systemen met 2 of meer boilers kunnen in dit menu...
opties zonne-energie De menuoptie relaiskeuze wordt in alle opties In dit menu kunnen extra functies voor het zon- An het einde van elk submenu bij een keuzefunctie staan weergegeven. Deze wordt in de afzonderlijke functie- ne-energiegedeelte van de installatie worden gekozen de opties functie en functie wissen.
Bypass De bypassfunctie dient om energieverliezen van de boiler direct na het inschakelen van de lading te voor- komen. Het in de buisleidingen aanwezige, nog koude warmtedragende medium wordt via een bypass langs de boiler geleid. De lading wordt pas gestart als de toevoerleiding voldoende is verwarmd.
Pagina 35
CS-bypass De functie CS-bypass is een verdere mogelijkheid Het relais wordt ingeschakeld als de instralingswaarde om het zonnecircuit aan te sturen. Om de CS-bypas- voor de tijdsvertraging overschreden blijft. Als de zon- sfunctie te kunnen gebruiken, moet een CS10-instra- nelading wordt ingeschakeld of de instralingswaarde lingssensor zijn aangesloten.
Buiscollectorfunctie De functie buiscollectorfunctie dient om een op- brengstverlaging door een ongunstige sensorposi- tie, bv. bij buiscollectoren, te verkleinen. De functie wordt binnen een instelbaar tijdvenster actief. Deze schakelt de pomp van het collectorcircuit gedurende de instelbare looptijd tussen de instelbare stilstandIntervalen om de vertraagde temperatuurre- gistratie te compenseren.
Doeltemperatuur Als de functie doeltemperatuur wordt gekozen, wijzigt de werking van de toerentalregeling. De re- gelaar handhaaft het minimumtoerental tot de tem- peratuur bij de toegewezen sensor de ingestelde doeltemperatuur heeft overschreden. Pas dan start de standaard-toerentalregeling. Als de temperatuur bij de toegewezen sensor met de ingestelde waarde stijging wijzigt, wordt het pomptoerental overeen- komstig aangepast.
Bijverwarmingsonderdrukking De functie bijverwarmingsonderdrukking dient om de bijverwarming van een boiler te onderdrukken als deze zojuist een zonnelading ondergaat. Deze functie wordt actief als een voorafgaand gekozen boiler een zonnelading ondergaat. „Zonnelading“ betekent dat de boilerlading alleen voor het doeleinde van energiewinning en niet voor koeldoeleinden en dergelijke wordt uitgevoerd.
Stand-by-functie De collectorkoelfunctie wordt door de regelaar als zonnelading behandeld, er gelden de gedane instellin- In het menu stand-by worden verschillende koelfunc- gen, bv. vertraging, minimale looptijd, enz. ties aangeboden die dienen om de zonne-energie-in- stallatie bij sterke zoninstraling langer bedrijfsklaar te Naast de stand-by-functie staat een boilerkoeling ter houden.
Pagina 40
Externe warmtewisselaar op zonne-energie Deze functie dient om laadcircuits met elkaar te ver- binden die door een gezamenlijke warmtewisselaar van elkaar zijn gescheiden. Het toegewezen relais wordt ingeschakeld als één van de ingestelde boilers een zonnelading ondergaat en een temperatuurverschil tussen de sensor van de be- treffende boiler en de zonnevoorloop bestaat.
Drainback-optie Door de drainback-optie stroomt het warmtedra- gend medium terug de voorraadbak in als een zonne- oogst niet mogelijk is. Aanwijzing: In drainback-systemen zijn extra compo- Boosterpomp nenten zoals een voorraadbak noodzakelijk. Activeer de drainback-optie alleen als alle S4/TR vereiste componenten vakkundig zijn geïn- stalleerd.
tweelingpomp De functie tweelingpomp regelt in systemen met twee gelijkwaardig bruikbare pompen de gelijkmatige verdeling van hun looptijd. Als het toegewezen relais de ingestelde looptijd Relais Referentierelais heeft overschreden, wordt bij de volgende inschake- ling het gekozen referentierelais geactiveerd. Alle eigenschappen worden overgenomen.
Pagina 43
Afvoer van overtollige warmte Aanwijzing: De afvoer van overtollige warmte dient om in geval van sterke zoninstraling de ontstane overtollige collector-temperatuuroverschrijding warmte af te voeren naar een externe warmtewisse- moet tenminste 10 K lager worden ingesteld laar (bv. fan coil) om te voorkomen dat de collectoren dan de noodtemperatuur voor de collector.
Volumestroombewaking De volumestroombewaking dient om de func- tiestoringen die de doorstroming belemmeren, te herkennen en eventueel de betreffende boiler te blok- keren. Zo moet schade aan de installatie, bv. door het drooglopen van de pomp, worden voorkomen. Om gebruik te kunnen maken van de volumestroom- bewaking, moeten zowel een referentierelais als ook een boiler worden toegewezen.
Pagina 45
Drukbewaking Aanwijzing: De drukbewaking dient om over- of onderdruktoe- De drukbewaking staat alleen ter beschik- standen in de installatie te herkennen en eventueel king als een Grundfos Direct Sensor™ van betroffen installatiedelen uit te schakelen. Zo moet het type RPD wordt gebruikt. schade aan de installatie worden voorkomen.
Functiecontrole Voor- en terugloop verwisseld Mogelijke oorzaken zijn: Deze functie dient om het verwisselen van voor- en • te laag pompvermogen terugloop alsmede een onjuist geplaatste collector- • geblokkeerde installatiecomponenten sensor te herkennen en te melden. Hiervoor wordt • doorstromingsstoring in het collectorveld tijdens de inschakelfase van de zonnepomp de collec- •...
Installatie De menuoptie relaiskeuze wordt in alle opties An het einde van elk submenu bij een keuzefunctie In dit menu kunnen alle instellingen voor het gedeelte weergegeven. Deze wordt in de afzonderlijke functie- staan de opties functie en functie wissen. van de installatie dat niet met zonne-energie te maken beschrijvingen daarom niet meer vermeld.
Pagina 49
parallelrelais Aanwijzing: De functie parallelrelais dient om een gekozen relais altijd met een gekozen referentierelais samen Als een relais zich in de handbediening te schakelen. Zo kan bv. een klep met een eigen relais bevindt, wordt het gekozen parallelrelais niet parallel met de pomp worden aangestuurd.
Warmte-uitwisseling Sensor De functie warmte-uitwisseling dient om warm- warmtebron te van een warmtebron aan een warmteput over te dragen. Het toegewezen relais wordt geactiveerd als aan alle inschakelvoorwaarden wordt voldaan: • het temperatuurverschil tussen de toegewezen sensoren heeft het inschakeltemperatuurverschil Relais Sensor warmteput overschreden •...
Pagina 52
Vaste brandstofketel De functie vaste brandstofketel dient om warmte Sensor brandstofketel uit een vaste brandstofketel over te dragen aan een boiler. Het toegewezen relais wordt geactiveerd als aan alle inschakelvoorwaarden wordt voldaan: • het temperatuurverschil tussen de toegewezen Relais sensoren heeft het inschakeltemperatuurverschil overschreden Sensor boiler •...
Circulatie Eis + timer Het relais wordt ingeschakeld als aan de inschakel- voorwaarden van beide bovenstaande uitvoeringen Sensor wordt voldaan. Relais circulatie De functie circulatie dient om een circulatiepomp te regelen en aan te sturen. Voor de aansturingslogica staan 5 uitvoeringn ter be- schikking: •...
Pagina 54
installatie / opties / nieuwe functie / circulatie Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling relais Relaiskeuze systeemafhankelijk systeemafhankelijk eis, thermisch, tijdschakelklok, therm.+timer, type Uitvoering thermisch eis+timer Sensor Toewijzing sensor circulatie systeemafhankelijk systeemafhankelijk Taan Inschakeltemperatuur 10 … 59 °C 40 °C Tuit Uitschakeltemperatuur 11 …...
Verhoging terugstroom De functie verhoging terugstroom dient om warm- te uit een warmtebron over te dragen aan de terug- stroom van het verwarmingscircuit. Het toegewezen relais wordt geactiveerd als aan bei- Sensor de inschakelvoorwaarden wordt voldaan: warmtebron Relais • het temperatuurverschil tussen de toegewezen sensoren heeft het inschakeltemperatuurverschil overschreden Sensor...
Pagina 56
∆t -functie Functieblok Referentierelais Het aan het functieblok toegewezen relais wordt inge- Er kunnen maximaal 5 referentierelais worden gekozen. schakeld als het ingestelde inschakeltemperatuurver- In de menuoptie modus kan worden gekozen of de schil (∆T(x)ein) is bereikt. Het wordt weer uitgescha- referentierelais in serie (AND) of parallel (OR) moe- keld als het ingestelde uitschakeltemperatuurverschil ten worden geschakeld.
Pagina 57
installatie / opties / nieuwe functie / functieblok Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling relais Relais systeemafhankelijk systeemafhankelijk thermostat a Thermostaat a Ja, nee Th-a aan Inschakeltemperatuur thermostaat a -40 … +250 °C +40 °C Th-a uit Uitschakeltemperatuur thermostaat a -40 … +250 °C +45 °C sensor Sensor thermostaat a...
Instralingsschakelaar De functie instralingsschakelaar dient om een re- lais afhankelijk van een gemeten instralingswaarde in en uit te schakelen. Het toegewezen relais wordt ingeschakeld als boven de ingestelde instralingswaarde voor de ingestelde duur wordt gebleven. Als onder de ingestelde instra- lingswaarde voor de ingestelde duur wordt gebleven, wordt het relais uitgeschakeld.
10.1 Eisen Onder deze menuoptie kunnen tot 2 verwarmingsei- sen worden geactiveerd en ingesteld. Ingestelde eisen staan in de betreffende opties van het verwarmingsmenu als keuzemoge- lijkheid in de relaiskeuze ter beschikking. Zo kunnen meerdere opties dezelfde warmtebron vereisen. Als bijvoorbeeld aan Eis 1 het potentiaalvrije maak- verwarming / eisen contactrelais R5 wordt toegewezen, staat daarna bij Instelkanaal...
Pagina 60
Zomerstand kelaar worden ingesteld. De betreffende ingang moet Verwarmingskarakteristieken van tevoren in het menu in-/uitgangen (zie handlei- Met het kanaal modus kan worden ingesteld hoe het ding regelaar) ook op schakelaar worden ingesteld. verwarmingscircuit in de zomerstand wordt gezet: Alleen ingangen, waarvoor schakelaar is ingesteld, worden in het kanaal Sen.
Pagina 62
Schoorsteenvegerfunctie Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling De schoorsteenvegerfunctie dient om de schoorst- weekdagen Keuze uit weekdagen alle dagen, maandag…zondag, verder eenveger alle noodzakelijke metingen zonder menu- timer Instelling tijdvenster 00:00 … 23:45 bediening mogelijk te maken. verlaging Verlaging 1 … 20 K Als de schoorsteenvegerfunctie is geactiveerd, kan de relais Relaiskeuze RTH...
10.3 opties Onder deze menuoptie kunnen extra functies voor de De menuoptie vraag voor de relaiskeuze wordt in An het einde van elk submenu bij een keuzefunctie verwarming worden gekozen en ingesteld. alle opties voor de verwarming weergegeven. Deze staan de opties functie en functie wissen. wordt in de afzonderlijke functiebeschrijvingen daar- Onder nieuwe functie kunnen verschillende voor- om niet meer vermeld.
thermische desinfectie Op grond van de fl exibele regellogica is de exacte duur van een desinfectiecyclus niet voorspelbaar. Om een precies tijdstip voor de desinfectie vast te leggen, kan de starttijdvertraging worden gebruikt. Als de starttijdvertraging starttijd wordt geactiveerd, kan een tijdstip voor de thermische desinfectie met Deze functie dient om de vorming van legionella in starttijdvertraging worden ingesteld.
Bedrijfswaterverwarming Modus thermisch Het toegewezen verzoekrelais wordt ingeschakeld als de temperatuur bij de toegewezen Sensor 1 onder de ingestelde inschakeltemperatuur daalt. Als de tem- peratuur bij de toegewezen sensor 1 de ingestelde uitschakeltemperatuur overschrijdt, wordt het relais uitgeschakeld. De bedrijfswaterverwarming dient om door een Als de optie timer wordt geactiveerd, verschijnt een Modus Boiler eis voor een bijverwarming de bedrijfswaterboiler te...
Warmteverbruiksmeter Als de optie volumestroom-sensor wordt gedeac- tiveerd, voert de regelaar een warmteverbruiksmeting met een vaste doorstromingswaarde als berekenings- grondslag uit. De doorstroming moet bij een pomp- toerental van 100 % op de fl owmeter worden afge- lezen en in het instelkanaal doorstroming worden ingevoerd.
Firmware-updates kopiëren energie-eenh. Energie-eenheid Wh, BTU De telkens nieuwste software kan opwww.resol.de/ fabrieksinstelling terug naar fabrieksinstelling Ja, nee fi rmware worden gedownload. Als een SD-kaart wordt geplaatst, waarop een fi rmware -update is opgeslagen, verschijnt de vraag Update? in het display.
Pagina 69
"RESOL" op het eerste niveau van de SD- lingen opslaan. menuoptie kaart verwijderen… .
Handbediening Aanwijzing: Na het uitvoeren van de controle- en ser- vicewerkzaamheden moet de bedrijfsmodus weer op Auto worden gezet. Een normale werking is anders niet mogelijk. In het menu handmatige modus kan de bedrijfs- Voor elk relais kan ook afzonderlijk een bedrijfsmo- modus van alle relais in de regelaar en in aangesloten dus worden gekozen.
Gebruikerscode 16.1 Modules In het menu bedienercode kan een gebruikerscode In dit submenu kunnen tot 2 externe modules worden worden ingevoerd. Elk cijfer van de viercijferige code aangemeld. moet afzonderlijk worden ingevoerd en bevestigd. Na Uit alle aangesloten en door de regelaar erkende mo- de bevestiging van het laatste cijfer volgt een automa- dules kan worden gekozen.
16.2 Ingangen in- / uitgangen / ingangen Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling S1 … S9 Keuze sensoringang schakelaar, KTY, Pt500, RTA11M, type Keuze van het sensortype Pt1000 Pt1000, geen offset Sensor-offset -15,0 … +15,0 K 0,0 K Imp.1 Submenu impulsingang In dit submenu kan voor elke sensoringang worden impuls, schakelaar, KTY, Pt500, ingesteld welk sensortype is aangesloten.
16.3 Uitgangen Om de schakelfrequentie bij HR-pompen te verlagen, Als de aansturing pWM wordt gekozen, verschijnen beschikt de regelaar over een naloopfunctie die auto- de instelkanalen uitgang en profi el. Onder Uitgang matisch actief wordt als het toerentalregelingssignaal kan één van de twee PWM-uitgangen worden gekozen. niet door het relais wordt afgegeven.
16.4 pWM-profielen pWM A (bv. fabrikant WILo) pWM C (bv. fabrikant Laing) Max rpm Min rpm Stop Start duty % 95 100 PWM % No PWM pWM B (bv. fabrikant Grundfos) pWM D (bv. fabrikant WILo) Solar PM Profile 10 15 20 25 30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 PWM % PWM %...
Pagina 75
pWM E (bv. fabrikant Grundfos) OEM STANDARD PROFILE OEM SOLAR PM-Profile Max Speed Std PWM PWM_IN % PWM_IN 0 t/T [%] pWM F (bv. fabrikant Laing) Max rpm Min rpm Stop Start duty % No PWM 75% 80%...
Fouten opsporen Als een storing optreedt, wordt via het display van de regelaar een melding weer- WAARSCHUWING! Elektrische schok! gegeven. Bij geopende behuizing liggen spanningsvoerende onderde- len bloot! Î Koppel telkens voordat u de behuizing opent, het apparaat alpolig los van het net! De regelaar is beveiligd met eenzekering.
Pagina 77
De pomp loopt warm, maar er is geen warmtetransport van de collector naar de De pomp wordt blijkbaar laat ingeschakeld. boiler, de voor- en terugloop zijn even warm; eventueel ook borrelen in de leiding. Inschakeltemperatuurverschil Zit er lucht in het systeem? Ontlucht het systeem;...
Pagina 78
De zonnepomp werkt niet, hoewel de collector duidelijk warmer is dan de boiler. De boilers koelen 's nachts af. Draait de pomp van het collectorcir- Displayverlichting aan? cuit 's nachts? Indien niet, druk dan op de knop ➄. Gaat de displayverlichting aan? Controleer de regelfunctie Geen stroom: zekeringen con- troleren / Vervangen en stroom-...
Pagina 79
Loopt de warmwatercirculatie zeer lang? Gebruik een circulatiepomp met schakelklok en uitschakelthermostaat (energie-efficiënte circulatie). Schakel de circulatiepomp uit en sluit de afsluiters voor één nacht; worden de boilerverliezen Controleer de pompen van het kleiner? bijverwarmingscircuit op werking 's nachts en defecte terugslagklep; is het probleem verholpen? De terugslagklep in de warm- watercirculatie - ok...
Smart Display SD3 / Groot display GA3 tuursensoren, omgevingstemperatuursensoren en sen- soren voor buisinstallatie als ook complete sensoren VFD 2-40 digitaal artikelnr.: 130 001 00 Het RESOL Smart Display SD3 is ontworpen voor de met dompelhuls. eenvoudige aansluiting op RESOL-regelaars via de RE- SOL VBus ®...
Pagina 81
RESoL EM artikelnr.: 145 440 80 signaal af als een storing optreedt. Bovendien beschikt maal 6 RESOL-regelaars verzamelen. Met het grote volledig grafi sche display krijgt u een overzicht van alle de AM1 over een relaisuitgang die de verbinding met een gebouwenautomatiseringssysteem mogelijk maakt.
Zo kan vanuit elk netwerkstation toegang verkregen worden tot de regelaar en de installatie met de RESOL Ser- viceCenter-software worden uitgelezen. De interfa- ceadapter VBus / LAN is geschikt voor alle regelaars ®...
Voor het gebruik buiten het auteursrecht om is toe- ceerde tekeningen en teksten uit, deze dienen slechts als voorbeeld. Als gegevens stemming nodig van de firma RESOL – Elektronische Regelungen GmbH. Dit uit deze handleiding worden gebruikt of toegepast, dan gebeurt dit uitdrukkelijk geldt in het bijzonder voor reproducties/kopieën, vertalingen, microfilms en de...