Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Resol DeltaSol MX Handboek
Resol DeltaSol MX Handboek

Resol DeltaSol MX Handboek

Voor complexe solar- en verwarmingsinstallaties
Inhoudsopgave

Advertenties

DeltaSol
Systeemregelaar voor
complexe solar- en
verwarmingsinstallaties
Handboek voor de vakman
Installatie
Bediening
Functies en opties
Fouten opsporen
Het internetportaal voor eenvoudige en veilige
toegang tot uw installatiegegevens – www.vbus.net
Hartelijk dank voor de aankoop van dit RESOL-apparaat.
Lees deze handleiding zorgvuldig door om optimaal gebruik te kunnen maken van dit apparaat.
Bewaar deze handleiding zorgvuldig.
MX
®
vanaf Firmware-versie 2.02
nl
Handboek
www.resol.com

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Resol DeltaSol MX

  • Pagina 1 Fouten opsporen Het internetportaal voor eenvoudige en veilige toegang tot uw installatiegegevens – www.vbus.net Hartelijk dank voor de aankoop van dit RESOL-apparaat. Handboek Lees deze handleiding zorgvuldig door om optimaal gebruik te kunnen maken van dit apparaat. Bewaar deze handleiding zorgvuldig.
  • Pagina 2: Voorschriften

    Veiligheidsrichtlijnen Doelgroep Neem deze veiligheidsrichtlijnen precies in acht om gevaren en schade voor men- Deze handleiding is uitsluitend bedoeld voor geautoriseerde vakmensen. sen en waardevolle voorwerpen uit te sluiten. Elektrotechnische werkzaamheden mogen alleen uitgevoerd worden door elektro- monteurs. De eerste inbedrijfstelling dient te worden uitgevoerd worden door de fabrikant Voorschriften van de installatie of door een door hem benoemd vakkundig persoon.
  • Pagina 3: Inhoudsopgave

    DeltaSol ® De DeltaSol MX is de meest veelzijdige systeemregelaar voor complexe solar- Eenvoudige combinatie en parametrisatie van voorgeprogrammeerde, opties voor ® en verwarmingssystemen in ons programma. Deze is bij uitstek geschikt voor het meerdere miljoenen hydraulische varianten. samen regelen van solar- met niet-solargedeelten. Inhoud overzicht ....................
  • Pagina 4: Overzicht

    • 14 relaisuitgangen en 12 ingangen voor temperatuursensoren pt1000, voor afstandsbediening, bedrijfsmodusschakelaars of potentiaalvrije schakelaars te pt500 of KtY gebruiken), 3 impulsingangen V40 (ook voor Pt1000-, Pt500-, KTY-temperatuursen- • Max. 5 uitbreidingsmodules via de RESoL VBus (in totaal 45 sensoren ® soren, afstandsbediening, bedrijfsmodusschakelaars of potentiaalvrije schakelaars te...
  • Pagina 5: Opties

    opties Installatie Solar Installatie Verwarming Montage Bypass Parallelrelais Thermische desinfectie WAARSCHUWING! Elektrische schok! CS-bypass Mengkraan Bedrijfswaterverwarming Bij geopende behuizing liggen spanningvoerende onder- Externe warmtewisselaar Zone lading SWW-voorverwarming delen bloot! Vacuümcollector Storingsrelais Î Koppel telkens voordat u de behuizing opent, Gewenste temperatuur Warmte-uitwisseling het toestel op alle polen los van het net! Vorstbeveiliging...
  • Pagina 6 Hoofdstuk 2.2...
  • Pagina 7: Elektrische Aansluiting

    Elektrische aansluiting Gebruik het toestel niet wanneer u zichtbare beschadigingen vaststelt! WAARSCHUWING! Elektrische schok! De regelaar is in totaal voorzien van 14 relais' waarop de verbruikers, bijv. pompen, Bij geopende behuizing liggen spanningvoerende onder- kleppen e.a., kunnen worden aangesloten: delen bloot! Relais 1 …...
  • Pagina 8: Datacommunicatie / Bus

    De aansluiting vindt plaats aansluiting met klem CS10. met willekeurige polariteit op de met VBus gemarkeerde klemmen. De met pWM / 0-10 V gemarkeerde klemmen zijn stuuruitgangen voor hoogeffi- Via deze databus kunnen één of verschillende RESOL VBus -modules worden aan- ® ciëntiepompen.
  • Pagina 9: Stapsgewijze Instelling

    Stapsgewijze instelling De DeltaSol MX is een regelaar die de gebruiker een groot aantal functies 4. Installatie-opties activeren ® biedt. Tegelijkertijd laat de regelaar de gebruiker heel veel vrijheid bij de configu- Voor het deel van de installatie dat niet tot het zonne-energiedeel behoort, is het ratie. Voor het realiseren van een complexe installatie is daarom een zorgvuldige mogelijk om tot en met 16 opties te selecteren, te activeren en in te stellen.
  • Pagina 10: Bediening En Functie

    Bediening en functie Menuopties selecteren en waarden instellen In de normale werking van de regelaar bevindt het display zich in het hoofdmenu. Knoppen Als 1 minuut lang niet op een knop wordt gedrukt, gaat de displayverlichting uit. Na De regelaar wordt bediend via de 7 knoppen naast het display die de volgende nog eens 4 min gaat de regelaar naar het startscherm (zie hoofdstuk 47).
  • Pagina 11 ingestelde waarde (nog niet bevestigd) Instelkanaal Als uit verschillende keuzemogelijkheden maar één kan worden gekozen, worden deze met keuzerondjes weergegeven. Als een optie is geselecteerd, is dit keuze- rondje ingevuld. minimale waarde maximale waarde actueel opgeslagen waarde Waarden en opties kunnen op verschillende manieren worden ingesteld: Getallenwaarden worden met een schuifbalk ingesteld.
  • Pagina 12: Timer Instellen

    timer instellen Als de optie timer wordt geactiveerd, verschijnt een weekschakelklok, waarmee tijdvensters voor de aan- sturing van de functie kunnen worden ingesteld. In het kanaal dagkeuze kunnen de dagen van de week individueel of als frequent gekozen combinaties wor- den geselecteerd.
  • Pagina 13 Tijdsspanne kopiëren: tijdsspanne wijzigen: om reeds ingestelde tijdsspannen voor een andere Om een tijdsspanne te wijzigen gaat u als volgt te werk: dag / een andere combinatie te kopiëren gaat u als volgt te werk: Î selecteer de tijdsspanne die moet worden gewij- zigd.
  • Pagina 14: Opties Instellen

    opties instellen om reeds ingestelde tijdsspannen voor een dag of een combinatie te resetten gaat u als volgt te werk: Î selecteer de gewenste dag / de gewenste combi- natie. Î roep de reset op en bevestig de veiligheidsvraag In menu's opties kunnen opties geselecteerd en ingesteld worden. Onder nieuwe functie…...
  • Pagina 15 Op die wijze is een snel overzicht van reeds opgeslagen functies gewaarborgd. In instelkanaal functie kan een reeds opgeslagen optie tijdelijk worden gedeacti- Een overzicht van welke sensor aan welke component en welk relais aan welke veerd resp. opnieuw worden geactiveerd. In dat geval blijven alle instellingen be- functie is toegewezen, bevindt zich in het menu status.
  • Pagina 16: Submenu Uitgang Keuze

    Submenu uitgang keuze Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling Submenu uitgang keuze is in vrijwel alle opties opgenomen. Deze wordt daarom relais Optie relais ja, nee niet meer vermeld in de afzonderlijke functiebeschrijvingen. relais Relaiskeuze systeemafhankelijk systeemafhankelijk In dit submenu kunnen de geselecteerde functies Relais- en / of signaaluitgangen PWM / 0-10 V Optie PWM / 0-10 V ja, nee...
  • Pagina 17 toerentalregeling In instelkanaal toerental kan de snelheidsregeling voor de uitgang geactiveerd of gedeactiveerd worden. Wanneer Ja ingesteld wordt, verschijnen kanalen min., max. en adapter. Met instelkanaal min. kan voor de uitgang een relatief minimumtoerental voor een aangesloten pomp geconfigureerd worden. Met instelkanaal max. kan voor de uitgang een relatief maximumtoerental voor een aangesloten pomp geconfigureerd worden.
  • Pagina 18: Blokkeerbeveiliging

    optie relais Blokkeerbeveiliging Wanneer optie relais geactiveerd wordt, kan aan de uitgangskeuze een relais toe- Om het blokkeren van pompen bij langdurige stilstand te voorkomen, beschikt de gewezen worden. regelaar over een blokkeerbeschermingsfunctie. De optie kan in submenu uitgang keuze geactiveerd worden. De instellingen voor optie blokkeerbesch. kunnen in optie 0 - 10 V menu basisinstelling / blokkeerbesch.g (zie hoofdstuk 89) uitgevoerd worden.
  • Pagina 19: Inbedrijfstelling

    Inbedrijfstelling 1. taal: Î Stel de gewenste menutaal in. Als het systeem hydraulisch is gevuld en bedrijfsklaar is, moet de regelaar op de voeding worden aangesloten. De regelaar doorloopt een initialisatiefase, waarbij de navigatieknoppen rood bran- den. Bij de inbedrijfstelling of na een reset van de regelaar start na de initialisatiefase 2.
  • Pagina 20: Het Inbedrijfstellingsmenu Afsluiten

    Basissystemen De regelaar is voorgeprogrammeerd voor 13 solar basissystemen. De keuze vindt 7a. Schema (wanneer 6 = schema): plaats afhankelijk van het aantal warmtebronnen (collectorvelden) en koudebronnen Î Stel het schemanummer van het gewenste schema (boiler, zwembad). De fabrieksinstelling is systeem 1.1.1. De instelling van het zonne-energie-basissysteem behoort tot de belangrijkste instel- lingen en wordt al in het inbedrijfstellingsmenu gevraagd.
  • Pagina 21: Overzicht Van De Relais- / Sensorbezetting

    overzicht van de relais- / sensorbezetting Systeem 1.2 1 Systeem 1.1 1 Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren zonnepomp R1; A collector 1 zonnepomp R1; A collector 3WK boiler 2 boiler onder boiler 1 onder boiler 2 onder R1;...
  • Pagina 22 Systeem 1.2 2 Systeem 1.2 3 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector zonnepomp boiler 1 R1; A collector zonnepomp R1; A boiler 1 onder zonnepomp boiler 2 R2; B boiler 1 onder 2WK boiler 1 boiler 2 onder 2WK boiler 2 boiler 2 onder...
  • Pagina 23 Systeem 1.3 1 Systeem 1.3 2 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 zonnepomp R1; A collector 1 zonnepomp boiler 1 R1; A boiler 1 onder 2WK boiler 1 boiler 1 onder zonnepomp boiler 2 R2;...
  • Pagina 24 Systeem 1.3 3 Systeem 1.4 1 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 zonnepomp R1; A collector 1 zonnepomp R1; A boiler 1 onder 3WK boiler 1 boiler 1 onder 2WK boiler 1 boiler 2 onder 3WK boiler 2 boiler 2 onder...
  • Pagina 25 Systeem 1.4 2 Systeem 1.4 3 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 zonnepomp R1; A collector 1 zonnepomp boiler 1 R1; A boiler 1 onder 3WK boiler 1 boiler 1 onder zonnepomp boiler 2 R2;...
  • Pagina 26 Systeem 1.5 1 Systeem 1.5 2 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 zonnepomp R1; A collector 1 zonnepomp R1; A boiler 1 onder 2WK boiler 1 boiler 1 onder 3WK boiler 1 boiler 2 onder 2WK boiler 2 boiler 2 onder...
  • Pagina 27 Systeem 1.5 3 Systeem 2.1 1 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 zonnepomp boiler 1 R1; A collector 1 pomp collector 1 R1; A boiler 1 onder zonnepomp boiler 2 R2; B boiler onder pomp collector 2 R2;...
  • Pagina 28 Systeem 2.1 2 Systeem 2.2 1 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 2WK collector 1 collector 1 pomp collector 1 R1; A boiler onder 2WK collector 2 boiler 1 onder pomp collector 2 R2;...
  • Pagina 29 Systeem 2.2 2 Systeem 2.2 3 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 pomp collector 1 R1; A collector 1 2WK collector 1 boiler 1 onder pomp collector 2 R2; B boiler 1 onder 2WK collector 2 boiler 2 onder 2WK boiler 1...
  • Pagina 30 Systeem 2.2 4 Systeem 2.2 5 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 2WK collector 1 collector 1 2WK collector 1 boiler 1 onder 2WK collector 2 boiler 1 onder 2WK collector 2 boiler 2 onder zonnepomp R3;...
  • Pagina 31 Systeem 2.3 1 Systeem 2.3 2 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 zonnepomp boiler 1 R1; A collector 1 pomp collector 1 R1; A boiler 1 onder pomp collector 2 R2; B boiler 1 onder zonnepomp boiler 2 R2;...
  • Pagina 32 Systeem 2.3 3 Systeem 2.3 4 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 2WK collector 1 collector 1 pomp collector 1 R1; A boiler 1 onder 2WK collector 2 boiler 1 onder pomp collector 2 R2;...
  • Pagina 33 Systeem 2.3 5 Systeem 2.4 1 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 2WK collector 1 collector 1 pomp collector 1 R1; A boiler 1 onder 2WK collector 2 boiler 1 onder pomp collector 2 R2;...
  • Pagina 34 Systeem 2.4 2 Systeem 2.4 3 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 zonnepomp boiler 1 R1; A collector 1 pomp collector 1 R1; A boiler 1 onder pomp collector 2 R2; B boiler 1 onder zonnepomp boiler 2 R2;...
  • Pagina 35 Systeem 2.4 4 Systeem 2.4 5 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 2WK collector 1 collector 1 2WK collector 1 boiler 1 onder 2WK collector 2 boiler 1 onder 2WK collector 2 boiler 2 onder zonnepomp R3;...
  • Pagina 36 Systeem 3.1 1 Systeem 3.1 2 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 pomp collector 1 R1; A collector 1 2WK collector 1 boiler onder pomp collector 2 R2; B boiler onder 2WK collector 2 collector 2 pomp collector 3 R3;...
  • Pagina 37 Systeem 3.2 1 Systeem 3.2 2 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 pomp collector 1 R1; A collector 1 pomp collector 1 R1; A boiler 1 onder pomp collector 2 R2; B boiler 1 onder pomp collector 2 R2;...
  • Pagina 38 Systeem 3.2 3 Systeem 3.2 4 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 2WK collector 1 collector 1 2WK collector 1 boiler 1 onder 2WK collector 2 boiler 1 onder 2WK collector 2 boiler 2 onder zonnepomp R3;...
  • Pagina 39 Systeem 3.2 5 Systeem 3.3 1 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 2WK collector 1 collector 1 pomp collector 1 R1; A boiler 1 onder 2WK collector 2 boiler 1 onder pomp collector 2 R2;...
  • Pagina 40 Systeem 3.3 2 Systeem 3.3 3 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 zonnepomp boiler 1 R1; A collector 1 2WK collector 1 boiler 1 onder zonnepomp boiler 2 R2; B boiler 1 onder 2WK collector 2 boiler 2 onder zonnepomp boiler 3...
  • Pagina 41 Systeem 3.3 5 Systeem 3.3 4 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 pomp collector 1 R1; A collector 1 2WK collector 1 boiler 1 onder pomp collector 2 R2; B boiler 1 onder 2WK collector 2 boiler 2 onder 3WK boiler 1...
  • Pagina 42 Systeem 3.4 1 Systeem 3.4 2 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 pomp collector 1 R1; A collector 1 pomp collector 1 R1; A boiler 1 onder pomp collector 2 R2; B boiler 1 onder pomp collector 2 R2;...
  • Pagina 43 Systeem 3.4 3 Systeem 3.4 4 Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Sensoren Relais; pWM / 0-10 V collector 1 zonnepomp boiler 1 R1; A collector 1 2WK collector 1 boiler 1 onder zonnepomp boiler 2 R2; B boiler 1 onder 2WK collector 2 boiler 2 onder zonnepomp boiler 3...
  • Pagina 44: Hoofdmenu

    Systeem 3.4 5 Hoofdmenu In dit menu kunnen de verschillende menuopties worden gekozen. Sensoren Relais; pWM / 0-10 V Dit zijn: collector 1 2WK collector 1 • Status • Solar boiler 1 onder 2WK collector 2 boiler 2 onder zonnepomp R3;...
  • Pagina 45: Menustructuur

    Menustructuur Hoofdmenu Status Solar Solar Installatie Basisinstelling Basisinstelling Verwarming Systeem Opties WVM (warmteverbruiksmeter) Functiecontrole Collector Basisinstellingen … Boiler SD-kaart Laadlogica Installatie Handmatige modus Opties opties Bedienercode Parallelrelais parallelrelais Ingangen / module Verwarming Mengkr Uitgang Gez. relais Zone lading Ref. relais CV kringen Storingsrelais Naloop...
  • Pagina 46: Status

    Status Installatie In menu status / installatie wordt de statusinformatie voor alle geactiveerde so- In het statusmenu van de regelaar bevinden zich bij elke menuoptie de betreffende lar-keuzefuncties weergegeven. statusmeldingen. Verwarming Met de knoppen ❷ en ❹ kan door de statusmenu's gebladerd worden. In het menu status / verwarming worden de status van de geactiveerde vragen ❷...
  • Pagina 47: Startscherm

    Solar Storings- Weergave Controlefunctie Oorzaak code In dit menu kunnen alle instellingen voor het zonne-energie-gedeelte van de instal- 0001 !sensorstoring! Sensorbreuk Sensorkabel onderbroken latie worden gedaan. Menu solar bestaat uit de volgende submenu's: 0002 !sensorstoring! Sensorkortsluiting Kortsluiting in sensorkabel • Basisinstelling Collector 50 K >...
  • Pagina 48 Boiler (1 / 2 / 3 / 4 / 5) Hier beschikt elk collectorveld over een 2-weg ventiel. De boilers worden via een pomplogica aangestuurd. Zie hoofdstuk 21 voor een overzicht van de systemen solar / basisinstelling / boiler (1 / 2 / 3 / 4 / 5) en hun uitvoeringen.
  • Pagina 49 Bij systemen met meerdere boilers en een verschillende nominale / maximale tem- peratuur van de boilers worden alle boilers eerst op de nominale boilertempera- Laadlogica tuur, daarna op de maximale boilertemperatuur geladen (conform hun prioriteit en met inachtneming van de pendellogica). Als één van de boilers zijn nominale boilertemperatuur niet bereikt, omdat het vereiste temperatuurverschil bijv.
  • Pagina 50: Volgbelading

    meer uitgevoerd. Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling Volgbelading max. Maximumtoerental 20 … 100 % 100 % Bij de successievelijke lading wordt de met hogere prioriteit ingestelde boiler tot adapter Optie adapter ja, nee aan de gewenste temperatuur geladen. Wanneer deze bereikt wordt, begint het Optie geïnverteerde omgekeerd ja, nee...
  • Pagina 51 Bypass De bypassfunctie is bestemd om warmteverlies direct na het inschakelen van het solarcircuit te voorkomen. Het in de buisleidingen aanwezige, nog koude warmte- dragende medium wordt via een bypass langs de boiler geleid. De lading wordt pas gestart als de toevoerleiding voldoende is verwarmd. type pomp type klep type klep (omgekeerd)
  • Pagina 52 CS-bypass Externe warmtewisselaar solar / opties / nieuwe functie… / ext. WW Solar / opties / nieuwe functie… / CS-bypass Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling uitgang Uitgangkeuze systeemafhankelijk systeemafhankelijk collector Collectorveld systeemafhankelijk systeemafhankelijk boiler Boilerkeuze systeemafhankelijk alle boilers...
  • Pagina 53: Vacuümcollectorfunctie

    Als de optie gewenste temperatuur wordt gekozen, wijzigt de werking van de Vacuümcollectorfunctie toerentalregeling. De regelaar handhaaft het minimumtoerental tot de temperatuur bij de toegewezen sensor de ingestelde gewenste temperatuur heeft overschreden. Wanneer op de referentiesensor van de doeltemperatuur de doeltempera- tuur met 5 K overschreden wordt, wordt het toerental van de primaire pomp met 10 % verhoogd.
  • Pagina 54: Vorstbeveiliging

    2 en 3-collectorsystemen Vorstbeveiliging Bij systemen met 2 of 3 collectorvelden wordt de vacuümcollectorfunctie meerde- re keren aangeboden. Tijdens de zonne-energielading van een collectorveld is de vacuümcollectorfunctie voor dit collectorveld inactief. Gewenste temperatuur solar / opties / nieuwe functie… / vorstbeveiliging Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling...
  • Pagina 55: Naverwarmingsonderdrukking

    Aanwijzing parallelrelais Omdat voor deze functie alleen de beperkte hoeveelheid warmte van de boiler ter beschikking staat, dient de vorstbeschermingsfunctie alleen in gebieden te worden toegepast, waar slechts enkele dagen per jaar tempe- raturen rond het vriespunt worden bereikt. Aanwijzing Bij systemen met 2 of 3 collectorvelden worden dan ook 2 of 3 gescheiden menu's weergegeven.
  • Pagina 56 Koeling type systeemkoeling Als de uitvoering systeemkoeling (sys.-koel.) wordt gekozen en het inschakeltem- peratuurverschil wordt overschreden, worden de boilers ook verder geladen als hun maximumtemperatuur is bereikt, echter alleen tot aan de noodtempera- tuur van de boiler. De boilers worden zolang verder geladen tot deze allemaal hun noodtemperatuur hebben bereikt of tot het uitschakeltemperatuurverschil is bereikt.
  • Pagina 57: Drainback-Optie

    Drainback-optie In een drainbacksysteem stroomt het warmtedragend medium naar een opvangbak als er geen solaropwarming plaatsvindt. De drainback-optie initieert het vullen van het systeem als de zonnelading begint. Als de drainback-optie is geactiveerd, kunnen die onderstaand beschreven instellingen worden gedaan. Aanwijzing In drainback-systemen zijn extra componenten zoals een voorraadbak solar / opties / nieuwe functie…...
  • Pagina 58 tweelingpomp De functie tweelingpomp regelt in systemen met 2 gelijkwaardig bruikbare pom- pen de gelijkmatige verdeling van hun looptijd. Als de toegewezen uitgang de ingestelde looptijd overschreden heeft, wordt bij de volgende inschakeling het gekozen referentierelais geactiveerd. Alle eigenschap- pen worden overgenomen. Wanneer ook het referentierelais de looptijd heeft overschreden, wordt bij de vol- gende inschakeling weer de oorspronkelijke uitgang geactiveerd.
  • Pagina 59 Restwarmteafvoer In de menuoptie type kan worden gekozen of de restwarmteafvoer via een extra pomp of een klep wordt geactiveerd. type pomp De toegewezen uitgang wordt met 100 % ingeschakeld, wanneer de collectortem- peratuur de ingestelde collector-temperatuuroverschrijding bereikt. Wanneer de collectortemperatuur 5 K onder de ingestelde collector overtem- peratuur daalt, wordt de uitgang weer uitgeschakeld.
  • Pagina 60: Drukbewaking

    Debietcontrole Drukbewaking solar / opties / nieuwe functie… / debietcontrole Aanwijzing Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling De drukmeting werkt alleen, wanneer een Grundfos Direct Sensor™ van sensor Toewijzing debietsensor systeemafhankelijk type RPD / RPS wordt gebruikt. ref.relais Relaiskeuze referentierelais systeemafhankelijk solar / opties / nieuwe functie…...
  • Pagina 61: Functiecontrole

    onderdrukbewaking Functiecontrole Als de druk van de installatie onder de instelbare waarde aan daalt, verschijnt er een storingsmelding. Als voor de onderdrukbewaking de optie uitschakeling is geactiveerd, wordt in geval van een storing tevens het zonne-energiesysteem uitgeschakeld. Als de instelbare waarde uit is bereikt of wordt overschreden, wordt het systeem weer ingeschakeld.
  • Pagina 62: Nachtcirculatie

    Nachtcirculatie In het kanaal boiler kan worden gekozen welke boiler moet worden bewaakt. Deze functie dient om het afkoelen van de boiler door thermische druk in het zonne- Mogelijke oorzaak voor het ongewenst overschrijden van de maximumtemperatuur circuit te detecteren en te melden. De melding wordt actief als tussen 23:00 en 5:00 van de boiler is een defecte klep.
  • Pagina 63: Expertmenu Zonne-Energie

    type systeemkoeling afgeteld. Als 0 wordt ingesteld, wordt de functie gedeactiveerd. Als de uitvoering systeemkoeling (sys.-koel.) wordt gekozen en het inschakeltempe- Aanwijzing ratuurverschil wordt overschreden, worden de boilers ook verder geladen als hun Parameter vakantiedagen is via toets ➆ toegankelijk. De resterende maximumtemperatuur is bereikt, echter alleen tot aan de noodtemperatuur van de vakantiedagen worden weergegeven in het statusmenu.
  • Pagina 64: Installatie

    parallelrelais Installatie installatie / opties / nieuwe functie… / parallelrelais In dit menu kunnen alle instellingen voor het gedeelte van de installatie dat niet met Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling zonne-energie te maken heeft, worden gedaan. uitgang Uitgangkeuze systeemafhankelijk systeemafhankelijk Het is mogelijk om tot en met 16 opties te selecteren en in te stellen.
  • Pagina 65: Zoneopwarming

    Mengkraan Zoneopwarming installatie / opties / nieuwe functie… / mengkr installatie / opties / nieuwe functie… / zone lading Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling mengkr dicht Uitgangskeuze Mengkring dicht systeemafhankelijk systeemafhankelijk uitgang Uitgangkeuze systeemafhankelijk systeemafhankelijk menkgr open Uitgangskeuze Mengkring open...
  • Pagina 66: Storingsrelais

    Storingsrelais Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling DTaan Inschakeltemperatuurverschil 1,0 … 30,0 K 6,0 K DTuit Uitschakeltemperatuurverschil 0,5 … 29,5 K 4,0 K DTgewenst Gewenst temperatuurverschil 1,5 … 40,0 K 10,0 K Maximumtemperatuur van de te Tmax 10 … 95 °C 60 °C laden boiler Minimumtemperatuur van de te...
  • Pagina 67 Aanwijzing sensor ketel Zie hoofdstuk 12 voor informatie over het instellen van de timer sensor mengkran Vaste brandstofketel uitgang optioneel sensor boiler De functie vaste brandstofketel dient om warmte uit een vaste brandstofketel over te dragen aan een boiler. De toegewezen uitgang wordt geactiveerd, wanneer aan alle inschakelvoorwaarden voldaan is: installatie / opties / nieuwe functie…...
  • Pagina 68: Circulatie

    Circulatie • thermisch • timer • thermisch + timer • vraag • vraag + timer Als één van de uitvoeringen wordt gekozen, verschijnt de bijbehorende instelpa- rameter. thermisch installatie / opties / nieuwe functie… / circulatie De temperatuur bij de gekozen sensor wordt bewaakt. De toegewezen uitgang Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze...
  • Pagina 69: Retourverhoging

    Retourverhoging De functie retourverhoging dient om warmte uit een warmtebron over te dra- gen aan de retour van het verwarmingscircuit. De toegewezen uitgang wordt geactiveerd, wanneer aan alle inschakelvoorwaarden voldaan is: • het temperatuurverschil tussen de toegewezen sensoren heeft het inschakel- temperatuurverschil overschreden • het temperatuurverschil tussen de toegewezen sensoren is niet lager dan het installatie / opties / nieuwe functie…...
  • Pagina 70: Referentie-Uitgang

    Functieblok Naast de voorgedefinieerde opties zijn functieblokken beschikbaar die samenge- voegd zijn uit thermostaat-, timer-, verschilfuncties en referentie-uitgang. Hiermee kunnen andere componenten resp. functies worden gerealiseerd. Voor de functieblokken kunnen sensoren en vrije uitgangen toegewezen worden. Reeds gebruikte sensoren kunnen worden gebruikt zonder hun regelfunctie te be- invloeden.
  • Pagina 71 Modus oR Wanneer er ten minste één referentie-uitgang ingeschakeld is, is er voldaan aan de Referentie- uitgang DT-S3>S4* Tha- S3* Thb-S4* timer schakelvoorwaarde voor de referentie-uitgangfunctie. Functie Wanneer er geen referentie-uitgang ingeschakeld is, is er niet voldaan aan de scha- kelvoorwaarde voor de referentie-uitgangfunctie.
  • Pagina 72: Retour Bijmenging

    Instralingsschakelaar Retour bijmenging installatie / opties / nieuwe functie… / instralingsschak. installatie / opties / nieuwe functie… / ret.bijmenging Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling uitgang Uitgangkeuze systeemafhankelijk systeemafhankelijk menkgr open Uitgangskeuze Mengkring open systeemafhankelijk systeemafhankelijk instr.
  • Pagina 73: Verwarming

    Met een mengklep wordt zonnewarmte uit de boiler bij de VK-retour gemengd Verwarming en op die manier ter beschikking gesteld aan het verwarmingscircuit. De regelaar vergelijkt de temperatuur in het midden van de boiler met de temperatuur op de VK-retour. Als de temperatuur in de boiler met het inschakeltemperatuur- verschil hoger ligt dan de temperatuur in de VK-retour, wordt de mengklep aan- gestuurd om zonnewarmte uit de boiler bij de VK-retour te mengen.
  • Pagina 74 Aanwijzing Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling Zodat de gezamenlijke relais' in de verwarmingscircuits en optionele interval Bewakingsinterval 10 … 600 s 30 s functies beschikbaar zijn, moeten de activering en instelling van de geza- hyst. Hysterese voor correctie 0,5 … 20,0 K 1,0 K menlijke relais' als eerste worden uitgevoerd.
  • Pagina 75: Verwarmingscircuits

    Wanneer de optie minimale looptijd wordt geactiveerd, kan een minimale optie 0 - 10 V looptijd voor de vraag worden ingesteld. Wanneer optie 0 - 10 V wordt geactiveerd, verschijnt submenu 0 - 10 V en kan aan de vraag een 0 - 10 V-uitgang worden toegewezen. Aanwijzing Wanneer de 0-10 V-vraag voor de sanitaire warmwaterbereiding wordt De regelaar kan met deze optie warmtegenerators met een 0 - 10 V-interface mo-...
  • Pagina 76 Submenu verwarmingssysteem Maximale aanvoertemperatuur ≥ Nominale aanvoertemperatuur ≥ Minimale aan- voertemperatuur In submenu verwarmingssysteem kan een modus voor de verwarmingscircuit- regeling geselecteerd en ingesteld worden. Er zijn 5 modi beschikbaar: Als de buitentemperatuursensor uitvalt, wordt een storingsmelding gegenereerd. • Constant Voor de duur van de uitval geldt in modus karakteristiek en juist de maximale • Karakteristiek voorlooptemperatuur -5 K als nominale voorlooptemperatuur.
  • Pagina 77 Verwarmingskarakteristieken Om de afwijking van de kamertemperatuur ten opzichte van de ingestelde nominale kamertemperatuur te berekenen, heeft de regelaar een kamerthermostaat nodig. De instellingen daarvoor kunnen in parameter Kth (1 … 5) uitgevoerd worden. Selecteer daarvoor sensor in instelkanaal type. Er wordt rekening gehouden met de instellingen van alle geactiveerde kamerther- mostaten.
  • Pagina 78 Aanwijzing Zie hoofdstuk 12 voor informatie over het instellen van de timer. Met parameter modus kan tussen de volgende verlagingsmodi worden gekozen: dag / nacht: de Nachtmodus wordt uitgevoerd met een verlaagde nominale aan- voertemperatuur (nachtcorrectie). Aan elke kamerthermostaat kan tevens een relais worden toegewezen. Het relais dag / uit: het verwarmingscircuit en de optioneel geactiveerde naverwarming wor- schakelt in, wanneer de ingestelde kamertemperatuur niet wordt gehaald.
  • Pagina 79: Naverwarming

    Bediening vanop afstand Met parameter bediening vanop afstand kunnen verschillende soorten afstands- bedieningen op de regelaar geactiveerd worden. Î Om een App te gebruiken, moet modus op App ingesteld worden. Wanneer een app wordt gebruikt, kan de bedrijfsmodus zowel in het regelaarmenu als in de app ingesteld worden.
  • Pagina 80: Schoorsteenvegerfunctie

    Als solar uit geactiveerd wordt, wordt de naverwarming verhinderd, wanneer een geselecteerde boiler met zonne-energie geladen wordt. Wanneer vraag geselecteerd wordt, moet eerst in menu verwarming / gez. relais een aanvraag geactiveerd en ingesteld worden. Wanneer Instelwaarde opgeroepen Wanneer optie ingestelde temperatuur geactiveerd wordt, vindt de naverwar- wordt, wordt menu verwarming / gez.
  • Pagina 81: Vorstbeveiligingsfunctie

    Vorstbeveiligingsfunctie Wanneer optie timer geactiveerd wordt, kan een tijdsspanne ingesteld worden, binnen welke de koeling actief is. De vorstbeveiligingsfunctie in het verwarmingscircuit is bestemd om een inactief verwarmingscircuit bij een plotselinge temperatuurdaling te activeren om dit tegen Wanneer optie dauwpuntschak. geactiveerd wordt, kan een ingang voor een vorstschade te beschermen.
  • Pagina 82 verwarming / CV kringen / nieuw verwarmingscircuit… / intern resp. Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling module 1 … 5 bediening va... Submenu Bediening op afstand modus Afstandsbedieningsmodus BAS, Fern, App Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling Toewijzing ingang bedrijfskeuzes- verwarmings- BAS sens.
  • Pagina 83: Opties

    Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling schoorsteen- Uitschakeltemperatuur restwarm- Optie Schoorsteenveger ja, nee Tuit 20 … 90 °C 50 °C veger teafvoer vorstbevei- Nominale aanvoertemperatuur Optie vorstbescherming ja, nee Tvoorloop g... 5 … 90 °C 50 °C liging restwarmteafvoer...
  • Pagina 84: Thermische Desinfectie

    thermische desinfectie verwarming / opties / nieuwe functie… / th. desinfectie Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling vraag Relaiskeuze vraag systeemafhankelijk systeemafhankelijk circul.pomp Optie circulatiepomp ja, nee uitgang Uitgangskeuze circulatiepomp systeemafhankelijk systeemafhankelijk sensor Toewijzing sensor desinfectie systeemafhankelijk systeemafhankelijk interval Bewakingsinterval 0 …...
  • Pagina 85: Modus Thermisch

    Wanneer optie nalooptijd wordt geactiveerd, verschijnt een ander instelkanaal, Als de optie BAS uit is, kan de tapwateropwarming via de bedrijfskeuzeschakelaar waarmee de nalooptijd kan worden ingesteld. Als de optie nalooptijd is geacti- van de automatische modus op Uit worden ingesteld. veerd, blijft het laadpomprelais de ingestelde duur ingeschakeld, nadat het geëiste verwarming / opties / nieuwe functie…...
  • Pagina 86: Voorverwarming Tapwater

    Voorverwarming tapwater Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling hysterese Hysterese toerentalaanpassing 0,5 … 10,0 K 5,0 K vertraging Tijdsvertraging 1 … 10 s DT-functie Activering DT-functie ja, nee DTaan Inschakeltemperatuurverschil 1,0 … 50,0 K 5,0 K DTuit Uitschakeltemperatuurverschil 0,5 … 49,5 K 3,0 K sens.
  • Pagina 87 De regelaar gaat terug naar het statusmenu van de estrik-droging. De actuele fase Als de nominale aanvoertemperatuur na de eerste 24 uur resp. na de betreffende wordt op het display weergegeven en de resterende tijd wordt afgeteld (dd:hh). stijgingstijden niet wordt bereikt, of als deze permanent wordt overschreden, wordt Tijdens dit proces knippert het toetskruis groen.
  • Pagina 88: Wvm (Warmteverbruiksmeter)

    Verwarming / estrikdroging en in het instelkanaal debiet worden ingevoerd. Daarnaast moet een relais wor- den toegewezen. De warmteverbruiksmeting vindt plaats als het toegewezen relais Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling is ingeschakeld. CV kringen Selectie verwarmingscircuit VK1 … 7 systeemafhankelijk In het instelkanaal medium moet het warmtedragend medium worden gekozen.
  • Pagina 89: Basisinstellingen

    Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling andere Optie andere weergave ja, nee weergave Overdrachtwaarde (alleen bij overdracht de eerste configuratie of na een WVM-reset) eenheid Andere eenheid kolen, gas, olie, CO factor Omrekeningsfactor 0,0000001 … 100,0000000 0,5000000 Kies Functie wissen en bevestig de veiligheidsvraag met Ja om een opgeslagen funct.
  • Pagina 90: Sd-Kaart

    . Aanwijzing De regelaar herkent firmware-updates alleen als deze in een map net de naam RESoL op het eerste niveau van de SD-kaart zijn opgeslagen. ÎMaak op de SD-kaart een map aan met de naam RESoL en pak het gedownloade ZIP-bestand uit in deze map.
  • Pagina 91: Handbediening

    SD-kaart Aanwijzing Na voltooiing van de controle- en onderhoudswerkzaamheden moet de Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling bedrijfsmodus weer op auto worden gezet. De normale werking is niet kaart verwijderen… Kaart veilig verwijderen mogelijk in de handmatige modus. inst. opslaan Instellingen opslaan handmatige modus inst.
  • Pagina 92: Ingangen / Module

    Ingangen / module 16.2 Ingangen In dit submenu kan voor elke sensoringang worden ingesteld welk sensortype is In menu ingangen / module kunnen externe modules worden aan- en afgemeld, aangesloten. Er kan worden gekozen uit: en sensor-offsets worden ingesteld. • S1 … S12: Schakelaar, Fern (afstandsbediening), BAS (bedrijfsmo- dusschakelaar), Pt1000, Pt500, KTY, Geen 16.1...
  • Pagina 93 Aanwijzing ingangen / module / ingangen Wanneer een sensor als temperatuursensor aan een functie werd toege- Instelkanaal Betekenis Instelbereik / keuze Fabrieksinstelling wezen, zijn sensortypen Schakelaar, Fern, BAS, Impuls en Geen voor S1 … S12 Keuze sensoringang de betreffende ingang niet meer beschikbaar. Schakelaar, Fern, BAS, KTY, type Keuze van het sensortype...
  • Pagina 94: Fouten Opsporen

    1097 2000 1347 3172 1117 2079 1366 3275 Aanwijzing 1136 2159 100 212 1385 3380 Voor antwoorden op vaak gestelde vragen (FAQ) zie www.resol.com. 1155 2242 105 221 1404 3484 1175 2327 110 230 1423 3590 1194 2413 115 239...
  • Pagina 95 De pomp loopt warm, maar er is geen warmtetransport van de collector naar De pomp wordt blijkbaar laat ingeschakeld. de boiler, de voor- en terugloop zijn even warm, eventueel ook borrelen in de leiding. Inschakeltemperatuurverschil DTaan te groot gekozen? Zit er lucht in het systeem? Ontlucht het systeem, breng de systeemdruk minimaal op de stati- DTaan en DTuit overeenkomstig...
  • Pagina 96 De zonnepomp werkt niet, hoewel de collector duidelijk warmer is dan de boiler. Zit de boilerisolatie dicht tegen de wanden aan? Displayverlichting aan? Indien niet, druk dan op de knop ➄. Vervang de isolatie of versterk deze. Gaat de displayverlichting aan? Geen stroom: zekeringen controle- Zijn de aansluitingen van de boiler ren / vervangen en stroomtoevoer...
  • Pagina 97: Toebehoren

    toebehoren Datalogger DL3 Smart Display SD3 / SDFK, Groot display GA3 Het dient als visualisering van de door de regelaar afgege- Voor visualisatie via VBus.net, incl. SD-kaart, stekkervoe- ven collector- en boilertemperatuur en van de energieop- ding, netwerk- en VBus -kabel.
  • Pagina 98: Index

    Index 0-10 V-ketelaansturing ......................75 Gegevensregistratie ......................90 Aanmelding van externe modules ................... 92 Gespreide lading ........................50 Afstandsbediening ......................76, 79 Gewenste temperatuur, optie zonne-energie ............... 54 App ............................79 Gewenste temperatuur van de boiler ................48 Gezamenlijke relais' ......................73 Bedienercode ........................
  • Pagina 99 Nachtmodus......................... 78 Tapwater voorrang, verwarmingscircuit ................. 80 Nachtverlaging ........................76 Technische gegevens ......................4 Naverwarmingsonderdrukking ..................55 Thermische desinfectie ...................... 84 Naverwarming, verwarmingscircuit ................. 79 Thermostaatfunctie ......................70 Nominale voorlooptemperatuur ..................76 Timer ............................. 12 Noodtemperatuur collector .................... 48 Tweelingpomp ........................
  • Pagina 100: Opmerkingen

    Voor het gebruik buiten het auteursrecht om is toestemming tekeningen en teksten uit, deze dienen slechts als voorbeeld. Als gegevens uit deze nodig van de firma RESOL – Elektronische Regelungen GmbH. Dit geldt in het bijzon- handleiding worden gebruikt of toegepast, dan gebeurt dit uitdrukkelijk op eigen risi- der voor reproducties/kopieën, vertalingen, microfilms en de opslag op elektronische...

Inhoudsopgave