Deze paragraaf beschrijft de instrumenten en instrumentborden die worden verkocht door Volvo Penta als acces-
soires voor uw motor.
Voltmeter
Koelvloeistoftemperatuur
Brandstofniveau
Laden
Tijdens het varen moet de laadspanning liggen op cir-
ca 4V. Met de motor afgezet is de spanning circa V.
Koelvloeistoftemperatuur
De temperatuurmeter moet tijdens het varen normaal
een waarde aangeven tussen 75–95°C. Bij een te
hoge koelvloeistoftemperatuur wordt het akoestisch
alarm automatisch ingeschakeld.
BELANGRIJK! Bij alarm: Breng het toeren-
tal omlaag naar stationair (vrije stand). Als de
temperatuur niet zakt, moet de motor worden
afgezet. Onderzoek en verhelp de storing.
Alarmdisplay
De alarmdisplay geeft u een visuele waarschuwing
als er een alarm ontstaat. De waarschuwingslampjes
gaan in volgorde branden als de motor wordt gestart.
Controleer of alle lampen functioneren en of ze uit-
gaan als de motor is gestart.
Als er een storing ontstaat, gaat het desbetreffende
lampje op de alarmdisplay branden, de LCD-display
in de toerenteller toont een waarschuwingsbericht en
het geluidsalarm klinkt.
NB! De waarschuwingslampjes mogen nooit gaan
branden tijdens het varen.
Instrumenten
Alarmdisplay
7