Stalling
1.
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak,
zet de motor af, stel de parkeerrem in werking en
verwijder het sleuteltje uit de contactschakelaar.
2.
Verwijder vuil en vet van de gehele machine,
inclusief de buitenkant van de cilinder,
de koelribben van de cilinderkop en de
ventilatorbehuizing.
Belangrijk:
U kunt de machine met een mild
reinigingsmiddel en water wassen. Doe dit
niet met een hogedrukreiniger. Reinigen met
een hogedrukreiniger kan het elektrische
systeem beschadigen of noodzakelijk vet
op wrijvingspunten wegspoelen. Gebruik
niet te veel water in de buurt van het
bedieningspaneel, de verlichting, de motor
en de accu.
3.
Controleer de remmen; zie
controleren (bladz.
4.
Geef het luchtfilter een onderhoudsbeurt; zie
Onderhoud van het luchtfilter (bladz.
5.
Smeer het voertuig; zie
6.
Ververs de motorolie en vervang het filter;
zie
Motorolie verversen (bladz. 34)
motoroliefilter vervangen (bladz.
7.
Controleer de bandenspanning; zie
Bandenspanning controleren (bladz.
8.
Spoel de brandstoftank om met verse, schone
dieselbrandstof.
9.
Verwijder de accu uit het chassis.
Opmerking:
U mag de accukabels niet
aansluiten op de accupolen tijdens stalling.
Belangrijk:
De accu moet volledig
opgeladen zijn om te voorkomen dat
deze bevriest en beschadigd raakt bij
temperaturen beneden 0°C. Een volledig
opgeladen accu kan ongeveer 50 dagen
worden gestald bij temperaturen beneden
4 °C zonder tussentijds te worden opgeladen.
Bij temperaturen boven 4 °C moet u om de
30 dagen het waterpeil in de accu controleren
en de accu opladen.
10.
Controleer alle bouten, schroeven en moeren
en draai deze vast. Repareer of vervang
beschadigde delen.
11.
Werk alle krassen en beschadigingen van de
lak bij.
Bijwerklak is verkrijgbaar bij een erkende
servicedealer.
12.
Stal de machine in een schone, droge garage of
opslagruimte.
De remmen
46).
33).
Smering (bladz.
30).
en
Het
35).
23).
13.
Verwijder het contactsleuteltje en bewaar dit op
een veilige plaats buiten het bereik van kinderen.
14.
Dek de machine af om deze te beschermen en
schoon te houden.
50