(1) Waarde afhankelijk van het vermogen en type van de regelaar
(2) Zet alle parameters terug naar fabrieksinstelling, behalve :
- Calibratieparameters (vb. na autotuning)
- Gewijzigde Functies, toegekend aan in- en uitgangen
(3) Zet alle parameters terug naar fabriekinstellingen, ook calibratie- en functies toegekend aan in- en uitgangen
(4) Fouthistoriek wordt gewist
(5) Enkel de parameters, gewijzigd t.o.v. de fabrieksinstellingen, worden gevisualiseerd en kunnen aangepast
worden. Handig indien men niet meer zeker is welke parameters allemaal gewijzigd werden.
Dit hoofdstuk omvat de beschrijving van de basisparameters, welke selecteerbaar zijn zodra U de frequentieregelaar
onder spanning zet. Via parameter Pr.160 heeft U toegang tot alle parameters.
De meest voorkomend gebruikte functies en parameters welke niet behoren tot de zogenaamde «basisparameters»
worden verder besproken in Hoofdstuk 11 – zie Pag.90.
Indien U naast de titel de vermelding
enkel invloed heeft in deze mode.
Indien geen specifieke vermelding staat bij de parameter, heeft deze invloed in alle modes.
6.1
Koppel boost (parameter Pr.0)
Deze parameter laat toe om de uitgangsspanning bij lage frequenties te verhogen om het startkoppel en motorkoppel
te verhogen bij lage frequenties.
Deze functie is handig in toepassingen waar U hoog startkoppel nodig of werkt bij lage snelheden.
Deze parameter is enkel functioneel indien de regelaar in V/f mode staat en niet in algemene flux vektor mode (
) of geavanceerde flux vektor mode (
Hoofdstuk 7, Pag.71, voor FR-D700 serie of Hoofdstuk 8, Pag.74, voor FR-E700 serie.
Pr.
Naam
Koppel
0
boost
______________________________________________________________________________________________
,
Serie
Standaardwaarde
Afhankelijk van vermogen :
FR-D700
6/4/3/2 %
Afhankelijk van vermogen :
FR-E700
6/4/3/2 %
,
ziet, betekent dit dat de parameter
) – Zie Autotuning procedure voor deze modes –
Verhoog deze telkens met 0,5%. Indien de
waarde te hoog is, kan de motor
oververhitten. Een richtlijn is 10%
maximaal.
Verhogen van deze waarde leidt ook tot
een verhogen van de stroom bij lage
frequenties en kan, indien te hoog, de
regelaar trippen (overstroom,
overbelasting).
Base frequency (= basisfrequentie) wordt
ingesteld via parameter Pr.3 , zie hierna
besproken.
Bereik
0 – 30 %
Beschrijving
Stelt de spanning in bij
0 Hz als % van de
nominale spanning
Pagina 51