(3) Alarm : Motoruitgang wordt niet afgeschakeld. U kan een alarm via een uitgang kenbaar maken door aan de
uitgangen via parameters Pr.190 of Pr.192 (FR-D700) of Pr.190 tot Pr.192 (FR-E700) de waarde "98" toe te
kennen.
Aanduiding
bedieningsklavier
Naam
Beschrijving
Aandachtspunt
Oplossing
(4) Fout : Motoruitgang wordt afgeschakeld en foutsignaal wordt gegenereerd via de uitgang.
Aanduiding
bedieningsklavier
Naam
Beschrijving
Aandachtspunt
Oplossing
______________________________________________________________________________________________
FN
Fout koelventilator
Geldig voor de frequentieregelaars welke uitgerust zijn met een koelventilator, verschijnt
dit alarm wanneer de koelventilator stopt of verschilt van de instelling van parameter
Pr.244 – selectie werking koelventilator – Zie Hoofdstuk 11.14, Pag.122
Kijk de koelventilator na
Kontakteer uw vertegenwoordiger, mogelijk moet de koelventilator vervangen worden.
E.OC1
Overstroom tijdens acceleratie
Wanneer de uitgangsstroom van de frequentieregelaar ca. 200% van zijn nominale
waarde bereikt tijdens acceleratie, wordt het beveiligingscircuit geaktiveerd en valt de
regelaar in fout.
1. Kijk na voor plotse acceleratie van de motor.
2. Kijk na of de acceleratietijd bij neergaande beweging van een vertikale lift niet te
hoog is.
3. Kijk na of de motoruitgang niet kortgesloten is of massafout.
4. Kijk na of parameter Pr.3 – basisfrekwentie motor – Zie Hoofdstuk 6.3, Pag.53 –
korrekt ingesteld staat.
5. Kijk na of de overbelastingsgrens – ingesteld via parameter Pr.22 - korrekt ingesteld
is.
6. Kijk na of regeneratie niet frekwent voorkomt. (Kijk na dat de uitgangsspanning hoger
wordt dan de V/f referentiewaarde bij regeneratie en overstroom voorkomt ten
gevolge van een verhoging van motorstroom).
1. Verhoog de acceleratietijd (verlaag de acceleratietijd bij neergaande beweging van
een vertikale lift).
2. Wanneer "E.OC1" altijd zichtbaar is bij start, ontkoppel de motor en start de regelaar.
Indien "E.OC1" nog steeds zichtbaar is, kontakteer uw vertegenwoordiger.
3. Kijk de bekabeling na om zeker te zijn dat geen kortsluiting of massafout optreedt
aan de motoruitgang.
4. Stel parameter Pr.3 – basisfrekwentie motor – in op de korrekte waarde.
5. Stel de overbelastingsgrens – parameter Pr.22 – op een geschikte waarde in.
6. Stel de korrekte basisspanning in (nominale spanning van de motor, zie kenplaatje
motor) via parameter Pr.19.
FR-PU04
FN
FR-PU07
FR-PU04
E.OC1
FR-PU07
FR-D700 en FR-E700 series
FR-D700 en FR-E700 series
Pagina 140