Motorolie verversen
1.
Start de motor en laat deze 5 minuten lopen.
Opmerking:
Warme olie kan beter worden
afgetapt.
2.
Parkeer de tractie-eenheid zo dat de aftapkant
iets lager staat dan de andere kant zodat alle
olie kan weglopen.
3.
Breng de laadarmen omhoog en bevestig
met de cilindervergrendelingen; zie
Cilindervergrendelingen aanbrengen (bladz.
31).
4.
Stel de parkeerrem in werking, zet de motor af
en verwijder het sleuteltje.
5.
Tap de olie af onder het platform
VOORZICHTIG
Onderdelen kunnen heet zijn als de
tractie-eenheid heeft gedraaid. U kunt
zich verbranden als u hete onderdelen
aanraakt.
Laat de tractie-eenheid afkoelen voordat
u onderhoudswerkzaamheden uitvoert of
onderdelen onder de motorkap aanraakt.
(Figuur
49).
6.
7.
8.
9.
Motoroliefilter vervangen
1.
2.
3.
4.
5.
36
Figuur 49
Verwijder de olievuldop en giet langzaam
ongeveer 80% van de gespecificeerde
hoeveelheid olie in het klepdeksel.
Controleer het oliepeil; zie
controleren (bladz.
21).
Giet langzaam extra olie bij totdat het oliepeil de
bovenste opening op de peilstok bereikt.
Plaats de vuldop terug.
Breng de laadarmen omhoog en bevestig
met de cilindervergrendelingen; zie
Cilindervergrendelingen aanbrengen (bladz.
31).
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het
contact.
Open de motorkap en zet deze vast met de
steunstang.
Verwijder het rechter zijscherm; zie
verwijderen (bladz.
33).
Laat de olie uit de motor lopen; raadpleeg
Motorolie verversen (bladz.
g031212
g029385
Het motoroliepeil
Zijschermen
36).