REMKO MVT
Montageaanwijzingen voor vakpersoneel
Belangrijke aanwijzingen
voor het installeren
OPMERKING
Markeer de
koudemiddelleidingen
(inspuit- en zuigleiding)
evenals de daarbij horende
elektrische stuurleiding van
elke binnenunit met een letter.
Sluit de leidingen alleen aan
op de aansluitingen die bij
elkaar horen.
Voor het installeren van de
■
totale installatie moeten de
gebruiks-handleidingen van de
binnen- en buitenunit worden
opgevolgd.
Breng het apparaat in de
■
originele verpakking zo dicht
mogelijk bij de montagelocatie.
Zo vermijdt u transportschade.
Controleer de inhoud van de
■
verpakking op volledigheid
en het apparaat op zichtbare
transportschade.
Meld eventuele schade
onmiddellijk aan uw leverancier
en de transporteur.
Til het apparaat op aan
■
de hoeken en niet aan
de koudemiddel- of
condensaansluitingen op.
De koudemiddelleidingen
■
(inspuit- en zuigleiding),
kleppen en verbindingen
moeten dampdiffusiedicht
worden geïsoleerd. Eventueel
moet ook de condensleiding
worden geïsoleerd.
Kies een montageplaats, die
■
een vrije luchttoe- en -afvoer
waarborgt (zie de paragraaf
"Minimale vrije ruimte")
Installeer het apparaat niet
■
in de onmiddellijke nabijheid
van apparaten met een sterke
warmtestraling.
De montage in de buurt van
warmtebronnen vermindert de
capaciteit van het apparaat.
12
Open de afsluitkleppen van
■
de koudemiddelleidingen
pas na het afronden van alle
installatiewerkzaamheden.
Sluit open koude-
■
middelleidingen tegen het
binnendringen van vocht
door geschikte doppen,
resp. plakband en de
koelmiddelleidingen niet
knikken of er op drukken.
Vermijdt onnodige bochten.
■
Zo wordt het drukverlies in
de koudemiddelleidingen
geminimaliseerd en wordt de
vrije terugstroming van de
compressorolie gewaarborgd.
Neem speciale maatregelen
■
voor de terugvoer van
de olie als de buitenunit
boven de binnenunit
geplaatst is (zie paragraaf
lieterugstromingsmaatregelen).
Is de enkele lengte van de
■
koudemiddelleiding langer dan
5 meter, moet koudemiddel
worden toegevoegd worden.
De hoeveelheid bij te vullen
koudemiddel kunt u vinden in
het hoofdstuk «Koudemiddel
bijvullen».
Gebruik alleen de
■
meegeleverde wartels voor
de koudemiddelleidingen
en verwijder deze pas vlak
voor het aansluiten van de
koudemiddelleidingen.
Sluit de elektrische
■
aansluitingen aan volgens
de geldende DIN- en VDE-
bepalingen.
Sluit de elektrische leidingen
■
altijd volgens de voorschriften
aan op de elektrische
aansluitklemmen. Anders kan er
brand ontstaan.
LET OP!
Let beslist op de juiste
combinaties en aansluitposities
van elektrische- en
koudemiddelleidingen!
De aansluitingen van de
individuele kringlopen mogen
niet onderling verwisseld worden.
Een verwisseling kan fatale
gevolgen hebben!
OPMERKING
Afhankelijk van de
koelcapaciteit van de
binnenunit zijn verschillende
koudemiddelleidingen
noodzakelijk.
Wanddoorvoeren
Er moet een opening in de wand
■
worden gemaakt van min. 70
mm doorsnede en 10 mm verval
van binnen naar buiten per
binnenunit gemaakt worden.
Wij raden u aan, de
■
binnenwanden van het gat
af te smeren of bijv. met
een PVC-buis te bekleden,
om beschadigingen aan de
leidingen te voorkomen.
(pagina 11, afbeelding 1).
Na de montage moeten de
■
wanddoorvoeren met een
geschikt afdichtmiddel worden
afgesloten.Gebruik geen
cement- of kalkhoudende
materialen!
Montagemateriaal
De binnenunit wordt met 4 bouten
met een wandframe tegen de
wand of op een vloerconsole aan
de vloer bevestigd.
OPMERKING
Gebruik alleen voor de
toepassing goedgekeurde
bevestigingsmaterialen.