3
Druk op
of
bedieningstoets om "SYNC REC" te
selecteren, en druk vervolgens op
ENT.
4
Druk op
of
bedieningstoets om "ON" te
selecteren, en druk vervolgens op
ENT.
5
Druk op
(stoppen) om de
menustand af te sluiten.
6
Sluit andere apparatuur op de
IC-recorder aan wanneer de IC-
recorder in de stopstand staat.
Sluit de audioaansluiting
(stereoministekker) van andere
apparatuur aan op de
aansluiting van de IC-recorder via een
audiokabel*.
NL
op de
op de
(microfoon)
"SELECT INPUT" wordt weergegeven in
het display.
7
Druk op
of
bedieningstoets om "AUDIO IN" te
selecteren, en druk vervolgens op
ENT.
8
Druk op
(opnemen/pauze) om
met opnemen te beginnen.
"
" verschijnt en de IC-
recorder schakelt over naar de
opnamepauzestand.
9
Start het afspelen op de
component die op de IC-recorder is
aangesloten.
"
" verschijnt in het display en
gesynchroniseerd opnemen begint.
De gesynchroniseerde opname
wordt onderbroken als er langer
dan 2 seconden geen geluid wordt
waargenomen en "
De IC-recorder begint weer met
opnemen als nieuw bericht wanneer
geluid wordt waargenomen.
op de
" knippert.