— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
Nuttige naaitips
Hieronder worden enkele manieren beschreven om betere resultaten te bereiken. Raadpleeg deze tips bij
het naaien.
Proefnaaien
Nadat u de geschikte draad en naald hebt
geïnstalleerd voor de stof die u wilt naaien, worden
de draadspanning, de steeklengte en de steekbreedte
voor de geselecteerde steek automatisch ingesteld.
Het is echter raadzaam een proeflap te naaien omdat
u soms niet de gewenste resultaten krijgt, afhankelijk
van de soort stof en de steken die worden gemaakt.
Voor het proefnaaien gebruikt u dezelfde stof en
draad als voor uw naaiwerk. Controleer de
draadspanning, de steeklengte en de steekbreedte.
Aangezien de resultaten verschillen afhankelijk van
de soort steek en het aantal lagen stof, moet u het
proefnaaien op exact dezelfde manier doen als uw
echte naaiwerk.
Van naairichting veranderen
a
Wanneer u bij een hoek komt, stopt u de
naaimachine.
Laat de naald omlaag (in de stof) staan. Als de
naald omhoog is blijven staan toen de machine
stopte, drukt u op
naald omlaag te zetten.
b
Breng de persvoethendel omhoog en draai de
stof.
U draait de stof met de naald als as.
c
Breng de persvoethendel weer omlaag en ga
door met naaien.
(naaldstandtoets) om de
Rondingen naaien
Stop met naaien en wijzig vervolgens de naairichting
enigszins om rond de bocht te naaien. Zie
"Evenwijdige marge naaien" (pagina 59) voor meer
informatie over naaien met een gelijkmatige marge.
Wanneer u met een zigzagsteek langs een bocht
naait, selecteert u een kortere steeklengte, zodat u
een fijnere steek krijgt.
Nuttige naaitips 57
2