Inhoudsopgave
Advertenties
Optie
Verbinding
Gekoppelde
apparaten
Bluetooth
Verzenden
indien
uitgesch.
Standaardw. herstellen
* Zie "Het toetsenbord voor tekstinvoer bedienen" (A132) voor meer informatie over de
invoermethode.
C
Bluetooth-communicatieaanduiding en aanduiding voor Wi-Fi-communicatie
op het opnamescherm
Informatie over de Bluetooth-communicatieaanduiding
- Als de camera met een smartapparaat is verbonden via Bluetooth, wordt L weergegeven.
- Als de camera wacht totdat de verbinding met een smartapparaat wordt hersteld, knippert L.
De aanduiding knippert ook als de Bluetooth-communicatie wordt verbroken tijdens het
uploaden van beelden (A155).
Informatie over de aanduiding voor Wi-Fi-communicatie
- Als de camera voorbereidingen treft voor verbinding met een smartapparaat via Wi-Fi, knippert
h.
- Als de camera met een smartapparaat is verbonden via Wi-Fi, wordt h weergegeven.
Het menu gebruiken
Het menu Netwerk
Selecteer Inschakelen of Uitschakelen voor
Bluetooth-communicatie.
Geef smartapparaten weer die zijn gekoppeld.
U kunt het smartapparaat waarmee u verbinding wilt maken
wijzigen of gekoppelde smartapparaten verwijderen.
Deze camera kan worden gekoppeld aan maximaal vijf
smartapparaten (er kan telkens slechts één apparaat worden
verbonden).
Selecteer Aan of Uit om in te stellen of de camera met het
smartapparaat communiceert als de camera is uitgeschakeld of
in de stand-bystand staat (A19).
Tijdens de communicatie via Verzenden indien uitgesch.,
brandt het camera-aan-lampje zelfs als de camera is
uitgeschakeld.
Herstel de standaardwaarden voor alle instellingen van het
menu Netwerk.
131
Beschrijving
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
