COMPACT 10DX - COMPACT 2668RT - COMPACT 12DX - COMPACT 3368RT
C
- Controle vóór gebruik
4.2 -
A
CTIVERING VAN DE BEDIENINGEN
De activatieschakelaar moet geactiveerd worden om alle bewegingen mogelijk te maken.
Het systeem van de "activatieschakelaar" is afhankelijk van de configuratie van de machine
en bestaant uit een van de volgende onderdelen :
• Hendel van de schakelaar op het bedieningspaneel van het platform.
• Voetpedaal in de mand (Indien uitgerust).
• Activeringsbediening op de bedieningspost beneden.
4.3 -
D
ETECTOR IN GEBREK
O
.:D
PM
E AANWEZIGHEID VAN DEZE INRICHTING HANGT AF VAN DE MACHINEOPSTELLING
Het storingslampje knippert om een interne werkstoring aan te geven.
De machine gaat over op de vertraagde stand.
Sommige bewegingen kunnen begrensd of verboden zijn om de veiligheid van de gebruiker te
garanderen.
4.3.1 - Tests geluidswaarschuwingen (buzzers)
Stap
Trek de noodstopdrukknoppen ( 15 ) op de bedieningsposten beneden en ( 46 ) op de bedieningspost op
1
het platform.
2
Selecteer de bovenbediening (72).
Het controlelampje ( 31 ) van de bedieningspost boven licht op, er wordt een geluidssignaal (pieptoon)
3
weergegeven.
4.4 -
A
UTOMATISCHE UITSCHAKELING VAN DE MOTOR
De motor wordt automatisch uitgeschakeld in de volgende situaties :
• Onderbreking van de werking van de wisselstroomdynamo.
• Te hoge motortemperatuur.
• Te lage oliedruk.
• De noodstopknop(pen) wordt (worden) ingedrukt.
54
4001029730
Vanaf de bedieningspost beneden
Handeling
E 07.22
.
NL