Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Kettingsteken Naaien; Naaitips; Plooien Naaien; In Cirkels Naaien - Husqvarna VIKING HUSKYLOCK S21 Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

KETTINGSTEKEN NAAIEN

De kettingsteek wordt genaaid met twee draden, één naald
en één grijper. Gewoonlijk snijdt de machine de stofrand
af terwijl de naad wordt genaaid. Een kettingsteeknaad kan
echter op iedere gewenste afstand van de rand van de stof
worden genaaid door het bovenmesje in positie C te zetten,
de bovenste grijper uit te schakelen en deksteektabel C te
installeren.
Zet de hoofdschakelaar uit en haal de stekker van de
machine uit het stopcontact.
De machine instellen
1. Schakel het beweegbare bovenmesje uit (positie C)
(zie pagina 10). De stof moet bij deze steek niet worden
afgesneden.
2. Schakel de bovenste grijper uit (pagina 11).
3. Verwijder de bedekking van mesje S en installeer de
deksteektabel C (pagina 12) De schaalverdeling op de
deksteektabel geeft de afstand aan, in cm en in inches,
vanaf de middelste deksteeknaald. Gebruik de tabel als
geleide bij het plaatsen van de stofrand.
Begin en einde naaien
Wanneer u begint te naaien, trekt u de draadketting iets naar
de achterkant van de machine totdat de naald in de stof prikt.
Wanneer u na het inrijgen van de machine begint te naaien,
naai dan eerst 2-3 cm op een proe apje en maak een
draadketting (zie pagina 30).
Trek als u klaar bent met naaien de stof lichtjes naar de
achterkant van de machine en maak een draadketting.

NAAITIPS

Plooien naaien

1. Naai decoratieve plooien op de stof voordat u het
kledingstuk uitknipt.
2. Gebruik de rechter overlocknaald en zet de
stekenselectieknop op A voor een smalle 3-draads
overlocksteek.
Let op: De rolzoomsteek kan ook voor deze techniek worden gebruikt.
3. Schakel het beweegbare bovenmesje uit (positie C) (zie
pagina 10). De stof moet bij deze steek niet worden
afgesneden.
4. Markeer het gewenste aantal plooien op de stof met een
wateroplosbare markeerpen.
5. Vouw de stof met de verkeerde kanten op elkaar en naai.
6. Pers de plooien in dezelfde richting.
34

In cirkels naaien

(alleen geschikt voor dikke en normale stof)
Er zitten 13 gaatjes in de aanschuiftafel die worden gebruikt
om in cirkels te naaien. Naai cirkels met het bovenmesje
ingeschakeld (positie C) (zie pagina 10) voor een mooie rand,
of schakel het beweegbare bovenmesje uit (positie S) en naai
ronde versieringen.
1. Markeer een stip in het midden van het gedeelte dat de
cirkel wordt en leg versteviging onder de stof.
2. Doorboor de stof op de markering met
de scherpe punt van de punaise (A).
Plaats de punaise in het geselecteerde gat
op de aanschuiftafel. Duw de punaise en
de onderkant (B) op elkaar.
3. Breng de naaivoet omlaag en naai. De
stof wordt in een cirkel om de punaise getransporteerd.
4. Wanneer de cirkel voltooid is, laat u de naad nog
enkele centimeters overlappen. Rijg de draden in een
handwerknaald met een groot oog, trek ze naar de
verkeerde kant van de stof en zet ze vast.

De draadketting vastzetten

1. Rijg de ketting in een handwerknaald met een groot oog.
2. Steek de naald in het uiteinde van de naald en trek de
draadketting in de naad om de draden vast te zetten.

Vlechten door een draadketting te maken

1. Schakel het beweegbare bovenmesje uit (positie C) (zie
pagina 10).
2. Breng een vulkoord, zoals dik garen of keperband aan
door het gaatje in de voorkant van de naaivoet.
3. Plaats het vulkoord onder de naaivoet en maak een
draadketting van de gewenste lengte.
4. De draadkettingvlechten kunnen apart worden gebruikt
of in 3- of 4-voudige vlechten worden geweven.
A
B

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave