Figuur 49
1. Luchtinlaatrooster
2. Ventilatorbehuizing
3. Handstarter
g001472
4. Bout
5. Moer
Onderhouden remmen
De parkeerrem testen
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
Voor elk gebruik moet u de parkeerrem controleren op
een horizontaal oppervlak en een helling.
Stel de parkeerrem altijd in werking wanneer u de
machine stopt of onbeheerd achterlaat. Als de
parkeerrem niet goed werkt, moet u deze afstellen.
1.
Schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem
in werking
2.
Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje
en wacht totdat alle bewegende onderdelen
tot stilstand zijn gekomen voordat u de
bestuurderspositie verlaat.
3.
Schakel de parkeerrem uit.
4.
Schakel de remhendel in en zorg ervoor dat de
machine niet beweegt.
5.
Stel de rem af indien dit nodig is.
Parkeerrem afstellen
1.
Parkeer de machine op een horizontaal
oppervlak en schakel de aftakas uit.
2.
Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje
en wacht totdat alle bewegende onderdelen
tot stilstand zijn gekomen voordat u de
bestuurderspositie verlaat.
3.
Zet de parkeerrem vrij.
4.
Maak de bout op de kabelklem aan de linkerkant
van de machine los
1. Kabel
2. Kabelklem
5.
Trek de kabels omlaag tot ze vastzitten.
6.
Draai de moer vast.
39
(Figuur
50).
Figuur 50
3. Bout en moer
g031396