Onderhoud
Opmerking:
Bepaal vanuit de normale bestuurderspositie de linker- en rechterzijde van de machine.
De machine veilig
onderhouden
•
Doe het volgende voordat u de machine
afstelt, schoonmaakt, verlaat of er
onderhoudswerkzaamheden aan verricht:
– Parkeer de machine op een horizontaal
oppervlak.
– Zet de gashendel op laag stationair.
– Schakel de maai-eenheden uit.
– Zorg dat de transmissie in neutraal staat.
– Stel de parkeerrem in werking.
– Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het
contact.
– Wacht totdat alle bewegende onderdelen tot
stilstand zijn gekomen.
– Laat de onderdelen van de machine afkoelen
voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert.
•
Laat personeel dat niet bekend is met de
instructies nooit onderhoudswerkzaamheden aan
de machine uitvoeren.
•
Als de motor moet lopen om onderhouds- of
afstelwerkzaamheden uit te voeren, moet u uw
kleding, handen, voeten en andere lichaamsdelen
Aanbevolen onderhoudsschema
Onderhoudsinterval
Na de eerste 8 bedrijfsuren
Na de eerste 50 bedrijfsuren
Na de eerste 100
bedrijfsuren
Bij elk gebruik of dagelijks
Om de 25 bedrijfsuren
Om de 50 bedrijfsuren
Onderhoudsprocedure
• Ververs de motorolie.
• Hydraulische filters vervangen en hydraulische vloeistof verversen.
• De wielmoeren controleren.
• Controleer het veiligheidssysteem.
• Het motoroliepeil controleren.
• Reinig het luchtinlaatrooster.
• Verwijder het gras en vuil van het luchtinlaatrooster.
• De parkeerrem testen.
• De maaimessen controleren.
• Controleer de grasgeleider op schade.
• Maaidek reinigen.
• De lagers van de zwenkwielen smeren.
• Het schuimelement van het luchtfilter reinigen.
• Alle riemen op slijtage en scheurtjes controleren.
• Het papierelement van het luchtfilter controleren.
• Hydraulische vloeistof controleren.
uit de buurt van de maai-eenheid, werktuigen en
bewegende delen houden. Houd omstanders op
een afstand.
•
Houd alle onderdelen in goede staat. Vervang
versleten, beschadigde en ontbrekende
onderdelen en stickers. Draai al het
bevestigingsmateriaal regelmatig strak aan, zodat
de machine steeds veilig kan worden gebruikt.
•
Controleer regelmatig de onderdelen van de
grasvanger en vervang ze wanneer ze versleten
of beschadigd zijn.
•
Verwijder gras en vuil van de maai-eenheid, de
aandrijvingen, de geluiddemper, het koelscherm
en de motor om brand te voorkomen. Neem
gemorste olie of brandstof op.
•
Controleer de werking van de remmen regelmatig.
Indien nodig moet u de rem afstellen en een
onderhoudsbeurt geven.
•
Haal voorzichtig de druk van onderdelen met
opgeslagen energie.
•
Om veilige en optimale prestaties van de machine
te verkrijgen, moet u ter vervanging alleen
originele Toro onderdelen gebruiken. Gebruik
ter vervanging nooit onderdelen van andere
fabrikanten, omdat dit gevaarlijk kan zijn en de
productgarantie hierdoor kan vervallen.
23