78
GEBRUIK
Standaard
ECO: Actieradiusgeoptimali-
seerd rijden.
RAIN: Rijden op een natgere-
gende rijbaan.
ROAD: Rijden op een droge
rijbaan.
met rijmodi Pro
Met rijmodi Pro
ENDURO: Terreinritten met
wegbanden.
DYNAMIC: Dynamisch rijden
op een droge rijbaan.
ENDURO PRO: Terreinrit-
ten met offroad banden met
grove noppen met inachtne-
ming van instellingen door de
berijder.
DYNAMIC PRO: Dynamische
ritten op een droge rijbaan
met inachtneming van instel-
lingen door de berijder.
Voor elk van deze scenario's
wordt telkens het optimale sa-
menspel tussen de motorka-
rakteristiek, DTC, ABS en MSR
beschikbaar gesteld.
met Dynamic ESA
Ook de onderstelinstellingen
kunnen aan het gewenste sce-
nario worden aangepast.
Voor meer informatie over
de rijmodi, zie het hoofdstuk
"Techniek in detail" (
SU
SU
167).
Voorselectie rijmodus
De tijdens het rijden beschik-
bare rijmodi kunnen vooraf
worden geselecteerd. Er kan
tegelijkertijd worden geselec-
teer tussen twee en vier rij-
modi.
Fabrieksinstelling:
ECO, RAIN en ROAD
Met rijmodi Pro
bovendien: ENDURO
Rijmodus voorselecteren
Contact inschakelen (
Het menu
Instellingen
Voertuiginstellingen
Rijmodusvoorkeuze
roepen.
Rijmodi selecteren.
U kunt kiezen tussen de vol-
gende rijmodi:
: Voor actieradiusgeopti-
ECO
maliseerd rijden.
: Voor ritten op een nat-
RAIN
geregende rijbaan.
: Voor ritten op een
ROAD
droge rijbaan.
met rijmodi Pro
Daarnaast kunnen de volgende
rijmodi worden geselecteerd:
: Voor dynamische
DYNAMIC
ritten op een droge rijbaan.
: Voor terreinritten
ENDURO
met wegbanden.
DYNAMIC PRO
mische ritten op een droge
60).
,
,
op-
SU
: Voor dyna-