LASTMOMENTBEGRENZING
Deze hoogwerker wordt gecontroleerd door een automatische lastmomentbegrenzing, die de stabiliteit
onder normale werkomstandigheden garandeerd. Deze lastmomentbegrenzing werkt als volgt :
-
De meertraps teleskooparm kan maar tot een bepaald bereik uitgeschoven worden. Is deze vast
ingestelde waarde bereikt, dan zijn dalen hoofdmast en uitteleskoperen niet meer mogelijk en is
alleen zwenken, heffen hoofdmast en inteleskoperen nog mogelijk.
Een rood verklikkerlampje
bereik is bereikt. Als het lampje oplicht, is de lastmomentbegrenzing ingeschakeld. Verhoog in
dit geval niet de last in de werkbak, want dit kan tot instabiliteit van de gehele voeren.
Rustige en gelijkmatige aansturing van de functies, veroorloven een maximaal gebruik van de
mogelijkheden van deze hoogwerker. Abrupte of gehaaste bewegingen laten de
lastmomentbegrenzing vervroegd inschakelen.
MAANDELIJKS DE WERKING VAN DE LASTMOMENTBEGRENZING CONTROLEREN.
Controleer als volgt :
-
verdeel het op de werkbak aangegeven gewicht, gelijkmatig op de bodem van de werkbak
-
hef de teleskooparm op, tot onder een hoek van ca. 15°, (komt overeen met ca. 64 cm zichtbare
cylinderstang van de hefcylinder) en teleskopeer uit
-
de hoogwerker moet bij het op de werkcurve aangegeven zijdelings bereik, stoppen
-
markeer voor het uitteleskoperen op de grond, waar ongeveer het bereik zou moeten stoppen.
Indien de mast verder uitschuiven kan dan de markering op de grond en/of u heeft twijfels over
de juiste werking van de bereikbergrenzing, contacteer dan de fabriek
-
onder deze hoek mag bij afgeschakelde lastmomentbegrenzing, de hoofdmast niet dalen
-
doe deze tests op open terrein
-
controleer daarna, of bij het afschakelen door de lastmomentbegrenzing, het rode lampje, op het
werkbakbedienpult brandt
ZET DE MACHINE NIET IN, INDIEN ER TWIJFEL BESTAAT OVER HET FUNCTIONEREN
VAN DE LASTMOMENTBEGRENZING
Deze hoogwerker heeft twee druksensoren ingebouwd, die gelijktijdig (redundant) moeten schakelen om
de lastmomentbegrenzing te laten werken. Schakelen beide niet gelijktijdig, treedt er een storing op en
stopt de hoogwerker compleet. In dit geval wordt het systeem weer vrijgegeven, door het drukken en
losdraaien van de noodstopknop. Blijft de storing bestaan neem dan contact op met een mechanicien
van de fabriek.
Bij een hoek van minder dan 10° boven de horizontale van de mast, kan ook bij het inschakelen van
de lastmomentbegrenzing de daalbeweging ingezet worden.Het dalen van de hoofdmast onder deze
hoek, vergroot niet dhet zijdelingse bereik en verandert niet de positie van de werkbak in een ongunstigere
positie.
op de bedienpult van de werkbak gaat aan, als het maximale
19