INSTALLATIE- EN PROGRAMMEERHANDLEIDING
5. PROGRAMMA BESCHRIJVING
[11] Systeem sabotage
De PGM-uitgang zal geactiveerd worden bij een sabotage alarm. Hij zal gedeactiveerd worden wanneer alle
sabotagesituaties opgelost zijn.
[12] TLM en alarm
De PGM-uitgang schakelt wanneer het systeem een alarm en een telefoonlijn storing detecteert. Als het
systeem is ingeschakeld zal de uitgang alleen worden gedeactiveerd door invoeren van een geldige code of
door het herstellen van de telefoonlijn. Als het systeem is uitgeschakeld zal de uitgang wordt gedeactiveerd
door invoeren van een geldige code gedurende de sirenetijd, of bij het herstellen van de telefoonlijn. De
uitgang zal ook deactiveren als het systeem wordt ingeschakeld na afloop van de sirenetijd.
OPMERKING: Deze uitgang wordt geactiveerd bij zowel stil als luid alarm, met uitzondering van
alarmen onder dwang en 24-uurs PGM ingangen.
[13] Kissoff
De PGM-uitgang zal gedurende 2 seconden geactiveerd worden nadat het systeem het kissoff-signaal van de
meldkamer heeft ontvangen.
[14] Niet gebruikt
[15] Bediening op afstand (DLS)
Deze uitgang kan op afstand geactiveerd en gedeactiveerd worden m.b.v. de DLS software.
[16] Niet gebruikt
[17] Status afwezig inschakelen
Als het systeem ingeschakeld is in de afwezigmode zal deze PGM-uitgang geactiveerd worden bij het begin
van de uitgangsvertraging. De uitgang wordt gedeactiveerd bij het uitschakelen van het systeem.
[18] Status aanwezig inschakelen
Als het systeem ingeschakeld is in de aanwezigmode zal deze PGM-uitgang geactiveerd worden bij het begin
van de uitgangsvertraging. Deze uitgang wordt gedeactiveerd bij het uitschakelen van het systeem.
[19] [*] [7] [1] Bevel uitgang #1
[20] [*] [7] [2] Bevel uitgang #2
Deze uitgangen worden geïnitieerd door de gebruiker door het invoeren van [*] [7] [1-2] op een willekeurig
bediendeel. Als een uitgang geactiveerd wordt zal de bediening als bevestiging 3 tonen genereren.
OPMERKING: optie [20] [*] [7] [2]:
Voer in [*] [7] [2] [toegangscode indien nodig] om een uitgang geprogrammeerd als optie [03] of [20] te
activeren.
Normaal is [*] [7] [2] gereserveerd voor het resetten van brandmelders.
Brandmelders dienen geprogrammeerd te worden als optie [03] „Resetten brandmelders".
OPMERKING: Enkel één van de opties [03] resetten brandmelders of [20] Bevel uitgang #2 mag op het
zelfde systeem geprogrammeerd worden.
[21] - [22] Niet gebruikt
[23] 24 uur Stil (alleen PGM2)
Een paniekknop kan op het aansluitpunt PGM2 aangesloten worden voor het gebruik van een 24-uurs paniek
melding. Het alarm wordt niet op het bediendeel getoond en de sirene zal niet geactiveerd worden, de PGM 2
alarmcode wordt wel naar de meldkamer verstuurd.
PGM optie [23] activeert geen anderen uitgangen en de ingang volgt niet de swinger shutdown.
Technische en functionele specificaties kunnen zonder voorafgaande mededeling worden gewijzigd.
Rev. INS.INB.EC6150V2.1DJRU.DSC.106TVE.V1.1.NL
Centraal Controle Paneel
EC 6150
PC 1565 versie 2.1DJRU
45