Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

INSTALLATIE- EN PROGRAMMEERHANDLEIDING
3. FUNCTIES BEDIENDEEL
Als binnen die tijd een geldige gebruikerscode wordt ingevoerd, wordt de auto inschakeling geannuleerd.
OPMERKING: Het nummer van de gebruiker die de auto inschakeling heeft geannuleerd wordt in het
geheugen geregistreerd.
Als er geen code wordt ingevoerd, zal het systeem automatisch ingeschakeld worden. Als een groep wordt
verstoord, zal het systeem de transmissiecode Gedeeltelijke inschakeling verzenden, indien die is
geprogrammeerd, om aan te geven dat het systeem niet vrij was. Indien de groep in rust komt dan zal deze
opnieuw worden opgenomen in het systeem.
OPMERKING: De auto inschakeling kan alleen door een geldige toegangscode worden geannuleerd.

3.4 [*]-COMMANDOS

De [*] toets commando's bieden een eenvoudig gebruik in de bediening. De gebruiker kan middels deze toets
de systeem status controleren, de storingscondities laten zien of het geheugen laten verschijnen op het display
van het LCD bediendeel.
De [*] commando's kunnen op een LED- en een LCD bediendeel worden uitgevoerd. Op een LED bediendeel
geven de groep indicatorlampjes de informatie over het commando, een LCD bediendeel geeft de informatie
weer in tekstvorm.
In dit hoofdstuk zijn gaan we er vanuit dat u een LED bediendeel gebruikt. Als u een LCD bediendeel gebruikt
kunt u middels de pijltoetsen (<>) door de informatie heen stappen.
De functies zijn gelijk voor beide bediendelen.
[*] + [1] Overbrugging en activering van Aanwezig / Afwezig groepen
Het bediendeel commando [*] [1] kan gebruikt worden om afzonderlijke groepen te overbruggen, bijvoorbeeld
wanneer de gebruiker toegang wil tot een bepaalde groep terwijl het systeem is ingeschakeld of om een
defecte groep te overbruggen tot een technicus het defect heeft hersteld.
Het systeem kan ingeschakeld worden met een overbrugde groep. Een overbrugde groep zal geen alarm
geven.
OPMERKING: Groepen kunnen enkel overbrugd worden wanneer het systeem is uitgeschakeld.
Indien de optie Code nodig voor overbrugging is geactiveerd (Parameter [015], optie [5]), zal een groep
enkel middels gebruikerscodes (waarvan het kenmerk Overbruggen is geactiveerd) overbrugt kunnen worden.
(Hoofdstuk 5.1 „Programmering veiligheidscodes").
Indien de optie Toestand overbruggen aangeduid als ingeschakeld geactiveerd is, zal het lampje
„Overbruggen" (of „Systeem") AAN zijn terwijl het systeem is ingeschakeld om op deze manier te tonen dat er
groepen overbrugd zijn (hoofdstuk 5.17 „Opties In / uitschakeling").
OPMERKING: Als het systeem uitgeschakeld wordt, zal de overbrug optie voor alle manueel
overbrugde groepen ongedaan gemaakt worden.
Heractiveren Aanwezig / Afwezig groepen
Als het systeem ingeschakeld is in de Aanwezig modus, kan het commando [*] [1] gebruikt worden om de
Aanwezig Afwezig groepen te heractiveren.
[*] + [2] Storingsweergave
Het systeem controleert zichzelf constant op verschillende storingen. Als zich een storing voordoet, zal het
lampje "Storing" (of „Systeem") continu branden en het bediendeel zal om de 10 seconden een signaal geven.
Als het systeem is uitgeschakeld, kan de gebruiker het signaal van de codebediening in het geval van
sabotage en fouten uitschakelen door invoeren van een toegangscode, voor andere storingen kan de
gebruiker het signaal uitschakelen door een willekeurige toets op een bediendeel in te drukken.
Indien de optie Sirene bij storing is geactiveerd (parameter [014], optie [5]), zal de sirene in geval van een
storing om de 10 seconden een signaal laten klinken.
Technische en functionele specificaties kunnen zonder voorafgaande mededeling worden gewijzigd.
Rev. INS.INB.EC6150V2.1DJRU.DSC.106TVE.V1.1.NL
Centraal Controle Paneel
EC 6150
PC 1565 versie 2.1DJRU
19

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave