8.6.3 Storingsmelding en bedrijfsmelding (optie)
Voor het aansluiten van een storingsmelding en een bedrijfsmelding is een AM3-sig-
naleringsprint noodzakelijk (als optie leverbaar). Sluit de print aan op de voorbedrade
connectoren volgens het meegeleverde aansluitschema.
Op de ketel aansluitklemmenstrook klemmen 21 en 22 komt dan een potentiaalvrij
contact beschikbaar voor storingsmelding. Het contact opent wanneer de ketel in ver-
grendeling gaat. Blokkeringen worden niet doorgemeld.
Op de klemmen 23 en 24 komt een potentieelvrij contact beschikbaar voor bedrijfsmel-
ding. Het contact sluit bij warmtevraag en draaiende ventilator. Het contact opent,
zodra het gasblok sluit. Hiermee kunt u dus ook een extra gasklep aansturen.
8.6.4 Externe beveiliging
Op de 24-polige klemmenstrook zijn de klemmen 10 en 14 aan de ketelzijde doorver-
bonden. Deze doorverbinding kan worden verwijderd, waarna een externe beveiliging
kan worden aangesloten (bijvoorbeeld externe maximaalthermostaat). Bij het openen
van het externe contact tijdens warmtevraag, wordt het toestel uitgeschakeld (blokke-
ringscode b@^). Als er geen warmtevraag is, gebeurt er niets.
8.7 Elektrisch schema
afb. 22
Elektrisch schema
00.W4H.SC.00009
61