Remeha
Quinta 45/65
8.6 Overige aansluitingen
8.6.1 Externe circulatiepomp
Als de interne circulatiepomp van de Remeha Quinta niet voldoet, of als een interne
pomp i.v.m. de hydraulische aansluitingen niet wenselijk is, kan de Quinta worden
uitgevoerd met een externe circulatiepomp. De interne pomp moet in dit geval worden
uitgebouwd en vervangen door een pomppasstuk (als optie leverbaar). De externe cir-
culatiepomp kan vervolgens aangesloten worden op de klemmen 19 en 20 van de 24-
polige klemmenstrook en de aardrail. Het maximum opgenomen vermogen bedraagt
220 VA.
8.6.2 Vorstbeveiliging
Het toestel moet in een vorstvrije ruimte worden opgehangen i.v.m. mogelijke bevrie-
zing van de condensafvoerleiding. Als het c.v.-water te ver in temperatuur daalt, treedt
de ingebouwde toestelbeveiliging in werking.
Als de watertemperatuur:
- Lager is dan 7°C wordt de circulatiepomp ingeschakeld(bij een externe pomp geldt
dit alleen wanneer de pomp op de automaat is aangesloten)
- Lager is dan 3°C wordt de ketel ingeschakeld
- Hoger is dan 10°C worden ketel en circulatiepomp weer uitgeschakeld.
Let op:
Dit is dus alleen een beveiliging voor de ketel en niet voor de installatie.
In vorstgevaarlijke ruimtes is het aan te bevelen een vorstthermostaat te plaatsen en
aan te sluiten op de klemmen 3 en 4 van de 24-polige klemmenstrook (op dezelfde
klemmen waar ook de eventuele aan/uit-kamerthermostaat wordt aangesloten). Wan-
neer de vorstthermostaat inschakelt zal het toestel in bedrijf komen met als begrenzing
de geprogrammeerde maximale aanvoertemperatuur, of bij de buitentemperatuur
behorende aanvoertemperatuur als een buitenvoeler is aangesloten. Dit gebeurt ook
als een modulerende regelaar is aangesloten.
Let op:
Als er een externe 0 -10 V interface is aangesloten, dan werkt deze functie niet!
60