8.4.2 Analoge regeling (0 -10 V)
Met behulp van een speciale interface (als accessoire leverbaar) die in de ketel kan
worden geplaatst (zie afb 19), is modulerende aansturing door middel van een 0 -10
volt signaal (potentiaalvrij) mogelijk. De stuurspanning aansluiten op klem 2 en de
massa op klem 1 van de ketel aansluitklemmenstrook. Er kan worden gekozen voor
het regelen op temperatuur (A= 4y) of op belasting (A= 5y), voor programme-
ring, zie Par. 6.5.4.
Analoog regelen op temperatuur (A= 4y)
Het 0 -10 V signaal regelt de ketelaanvoertemperatuur.
0,0 tot 0,5 V
0,5 tot 10 V
De relatie (steilheid) tussen ingangsspanning en ketelaanvoertemperatuur is instel-
baar. Het instelbereik is:
0 V (parameter Q):
10 V (parameter Y): + 50 tot + 299°C
In afb. 19 is parameter Q ingesteld op 0°C en parameter Y op 100°C. De ketel
schakelt in bij 0,5 volt (= 5°C) en schakelt uit bij
10 volt (= 80°C). De 80°C in dit voorbeeld, is ingesteld met behulp van parameter !;
deze instelling geldt altijd als uitschakeltemperatuur!
afb. 19 Relatie tussen ingangsspanning en aanvoertemperatuur
pdf
= ketel uit
= ketel aan
- 50 tot + 50°C en
55