Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Inhoudsopgave

1
ALGEMEEN ...................................................................................... 4
1.1
Overzicht ......................................................................................... 4
1.2
Eigenschappen ............................................................................... 4
2
BEDIENING EN COMMUNICATIE .................................................. 6
2.1
Bediening......................................................................................... 6
2.1.1
Keuze bedrijfssoort ........................................................................... 6
2.1.2
Infomenu ........................................................................................... 6
2.1.3
Wijziging van ketelparameters .......................................................... 7
2.1.3.1
Instelbare parameters KM 628 ......................................................... 8
2.1.3.2
Parameter ketelopties ...................................................................... 9
2.1.4
Reset toets ........................................................................................ 9
2.2
Diagnose systeem .......................................................................... 9
2.2.1
Storingsmeldingen .......................................................................... 10
2.2.2
Storingsrecorder ............................................................................. 10
2.3
Servicefuncties met PC ................................................................ 11
2.3.1
Veiligheidsrelevante parameters..................................................... 11
2.3.2
Veiligheidsrelevante parameters KM628 ........................................ 12
3
KM-BUSCONNECTOR .................................................................. 13
3.1
Bedieningsmodule BME ............................................................... 13
4
KETELBESTURING ....................................................................... 15
4.1
4.1.1
Modulerende regelaar ..................................................................... 15
4.1.1.1
4.1.1.2
4.1.1.3
4.1.2
Tweepuntsregelaar ......................................................................... 16
4.1.3
Ruimtethermostaatingang ............................................................... 16
4.2
Ketelpompbesturing ..................................................................... 16
4.2.1
Pompkick ........................................................................................ 16
4.2.2
Nalooptijd pomp .............................................................................. 16
4.2.3
Toerengeregelde pomp .................................................................. 16
4.2.4
Verschiltemperatuur-regelaar ......................................................... 17
4.3
Tapwater regeling ......................................................................... 18
4.3.1
Boiler laadpomp .............................................................................. 18
4.3.2
Laadpomp automaat ....................................................................... 18
4.3.2.1
Boilerlaadpomp nalooptijd .............................................................. 18
4.3.3
Vraagafhankelijke regeling ............................................................. 18
4.4
Kasakade - regeling ...................................................................... 19
4.5
Bewakingsfuncties ....................................................................... 20
4.5.1
Temperatuurbewaking .................................................................... 20
4.5.1.1
Ketelcircuit ..................................................................................... 20
4.5.1.2
Rookgasbewaking .......................................................................... 20
4.5.1.3
Verdeler-temperatuurregistratie ..................................................... 21
4.5.2
Voelerbewaking .............................................................................. 21
4.5.2.1
Ketelvoeler ..................................................................................... 21
4.5.2.2
Buitenvoeler ................................................................................... 21
4.5.2.3
Tapwatervoeler .............................................................................. 21
4.5.2.4
Rookgasvoeler ............................................................................... 21
4.5.2.5
Verdelervoeler ................................................................................ 21
4.5.3
Vorstbeveiliging ............................................................................... 21
4.5.3.1
Vorstbeveiliging met buitenvoeler .................................................. 21
4.5.3.2
Vorstbeveiliging zonder buitenvoeler ............................................. 22
4.5.4
Bij storingen .................................................................................... 22
4.5.4.1
Noodbedrijf ..................................................................................... 22
KM01A
ketelcircuut .......................................... 15
.................................................................... 15
p
.............................................................................. 15
......................................................................... 15
2

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor elco KM628-0010

  • Pagina 1: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave ALGEMEEN ..................4 Overzicht ..................4 Eigenschappen ................4 BEDIENING EN COMMUNICATIE ..........6 Bediening..................6 2.1.1 Keuze bedrijfssoort ................6 2.1.2 Infomenu ................... 6 2.1.3 Wijziging van ketelparameters ............7 2.1.3.1 Instelbare parameters KM 628 ............8 2.1.3.2 Parameter ketelopties ..............
  • Pagina 2 BRANDERBESTURING ..............23 Ontstekingsmechanisme ............. 23 Gasklep Twee-kringsbesturing ........... 23 Stromingsschakelaar SW ............. 23 Ventilatorbesturing ............... 24 5.4.1 Toerentalregelaar ................24 5.4.1.1 Proportioneel aandeel K ............... 24 5.4.1.2 Integraal aandeel K ..............24 5.4.2 Toerental-terugmelding ..............25 Luchtdrukbewaking ..............25 Vlambewaking ................
  • Pagina 3: Algemeen

    ALGEMEEN Deze dokumentatie geldt voor zowel de KM628-0010 als voor de KM628-R500. De aanvullende funkties en eigenschappen van de KM628- R500 worden in een cusief lettertype weergegeven. Overzicht De branderautomaat KM628 is met de uitbreidingsmodule de basis van het besturingssysteem van de ketel . Het bevat alle regel-, beveiligings- en bedieningsfuncties die voor de goede werking van de ketel noodzakelijk zijn.
  • Pagina 4 Door middel van het softwarepakket “Kesslab”, een Optische interface en een PC kan veel informatie uit het geheugen van de ketelmodule worden gehaald. Hiervoor wordt de Opto adapter met een standaard COM- aansluiting van een PC verbonden en aan de optische connector (standaard aanwezig) van de KM628 aangesloten.
  • Pagina 5: Bediening En Communicatie

    BEDIENING EN COMMUNICATIE Bediening Op de geïntegreerde ketelbediening zijn de volgende bedienmogelijkheden voor de ketelgebruiker beschikbaar:  Draaiknop om bedrijfsoort, functie en programmering te kiezen  LCD-display weergave  Stooraanduiding  Reset toets 2.1.1 Keuze bedrijfssoort Er kan uit 5 bedrijfssoorten worden gekozen. De keuze van de bedrijfssoort vindt plaats door te draaien aan de draaiknop met gesloten infoklep.
  • Pagina 6: Wijziging Van Ketelparameters

    Aan de onderste rand van de aanduiding staan 10 menupunten ter beschikking. De verschillende menupunten worden d.m.v. de draaiknop gekozen. Daarbij geeft de pijl de onderste rand van het venster op het gekozen menupunt aan en in het venster verschijnt de actuele meetwaarde. Menupunt Aanduiding Ingave actuele aanvoertemperatuur in °C...
  • Pagina 7: Instelbare Parameters Km 628

    2.1.3.1 Instelbare parameters Parameter min. max. default eenheid Bedienfunctie KM 628 Bedrijfsmodus IqFj12 Informatie Gewenste/instellen aanvoertemperatuur °C Gewenste/instellen tapwatertemperatuur °C gewenste aanvoertemperatuur gemeten °C actuele buitentemperatuur gemeten °C actuele verdelertemperatuur gemeten °C max. ketelbelasting in CV-bedrijf =P17/19 ·100% betrokken op P19 Parameters Toegangscode max.
  • Pagina 8: Parameter Ketelopties

    2.1.3.2 Parameter ketelopties Met de parameter ketelopties kunnen een veelvoud van funkties aan de ketel ingesteld worden. De programmering wordt als volgt doorgevoerd: 1. Kies de parameter ketelopties 2. Druk de resetknop om de parameters te veranderen 3. Geef overeenkomstig uw wensen een getal tussen 0 en 255 in. Betekenis van in te geven getalwaarde voor parameter 30: Pompstop Hydrauliek...
  • Pagina 9: Storingsmeldingen

    2.2.1 Storingsmeldingen Naam beschrijving reactie oplossing max. thermostaat De temp. van de ketel is boven brander wordt wachten/ont- (STB) de bij parameter STB ingestelde uitgeschakeld grendelen waarde gekomen. (b.v. 100 °C) gasdruk te laag Voor branderstart was niet brander wordt gastoevoer voldoende gasdruk aanwezig.
  • Pagina 10: Servicefuncties Met Pc

    Een automatische bewakingsfunctie in de ketelmodule controleert permanent de gegevens van de storingsrecorder. Bij de weergave van een storingsmelding in het display valt het OK-signaal (klemmen 12-13) weg (KM628-0010). Indien 3 dezelfde storingsmeldingen binnen de laatste 6 minuten hebben plaatsgevonden, wordt een waarschuwing in het display weergegeven en het in bedrijf meldcontact valt uit.
  • Pagina 11: Veiligheidsrelevante Parameters Km628

    2.3.2 Veiligheidsrelevante Parameter min. max. default eenheid parameters KM628 voorventilatie-tijd 25,5 15,0 Ontsteektijd 25,5 veiligheidstijd 10,0 Naventilatie-tijd 25,5 25,0 onstekingsbelasting / ontstekingstoerental 0..10V-uitgang naar ventilator PWM-uitgang naar ventilator voorventilatiebel. / voorventilatietoerental 0..10V-uitgang naar ventilator PWM-uitgang naar ventilator Naventilatitiebel. / Naventilatitietoerental 0..10V-uitgang naar ventilator PWM-uitgang naar ventilator maximale toerental alleen bij...
  • Pagina 12: Km-Busconnector

    KM-BUSCONNECTOR De in de ketelmodule geïntegreerde busconnector wordt voor de aansluiting van externe regelapparatuur gebruikt. Hiermee is een digitale data- uitwisseling tussen de apparaten mogelijk.  Aansluiting van een bedieningsmodule BME: Het is mogelijk de bedieningsmodule direct aan te sluiten. Hiervoor dient een twee-aderige kabel aan de BUS- en aan de BUS+ aange- sloten te worden.
  • Pagina 13 Indien er geen separate ruimtethermostaat aangesloten wordt, dient de ruimtethermostaat-ingang te worden overbrugd. De hier volgende tabel geeft een overzicht over de doorsnede en de maximale kabellengte van koperen leidingen voor de busaansluiting. /m Opp. in mm² D in mm E-bus (tweedraads) maximale = 25 ) kabellengte (R...
  • Pagina 14: Ketelbesturing

    KETELBESTURING Temperatuurregeling Bij warmtevraag wordt de ketel gestart. De in de KM geintegreerde ketelcircuut temperatuurregelaar zorgt, door verandering van de ketelbelasting, voor het bereiken en het constant houden van de keteltemperatuur op de gewenste waarde. 4.1.1 Modulerende regelaar De ketelmodule KM 628 is bij uitstek geschikt voor het aansturen van modulerende ketels met een pneumatische gas/lucht regeling.
  • Pagina 15: Tweepuntsregelaar

    4.1.2 Tweepuntsregelaar De in de KM geïntegreerde tweepuntsregelaar zorgt ervoor dat de ketel bij het overschrijden van een bepaalde uitschakeltemperatuur buiten bedrijf genomen wordt. Deze uitschakeltemperatuur wordt bepaald aan de hand van de gewenste waarde inclusief de parameter hysterese: Voorbeeld: gewenste waarde = 50 °C, hysterese = 10 K Bij onderschrijding van 50 °C wordt de ketel gestart en de modulatie vrijgegeven.
  • Pagina 16: Verschiltemperatuur-Regelaar

    Het pompvermogen van het ketelcrcuit wordt bepaald aan de hand van het momenteel modulerende ketelvermogen. Bij toenemend ketelvermogen wordt ook het pompvermogen proportioneel verhoogd. Om te programmeren is voorzien in 3 parameters: 30…100 % - minimaal pompvermogen tijdens verwarmingsbedrijf 30…100 % - 100 % pompvermogen bij x % ketelvermogen 0…100 % - pompvermogen bij tapwaterbedrijf...
  • Pagina 17: Tapwater Regeling

    Primair doel van de regeling: stijgend brandervermogen >> stijgende pom- popbrengst. De uitgang van deze regeling wordt door de functie pompopbrengst in relatie tot het brandervermogen overstemt. De aftasttijd voor deze regeling bedraagt 1 seconde (in single-bedrijf). Hierbij wordt een gemiddelde waarde van de laatste twee waarden bepaald.
  • Pagina 18: Kasakade - Regeling

    Kaskade - regeling Vermogensregeling In kaskadebedrijf is een zuivere belastingsregeling van de brander mogelijk. Hiervoor wordt door de KKM een belastingswaarde in procenten aan de KM overgeboden. De KM start de brander op de aangeboden belasting. Belasting Belastingswaarden worden door de KKM in het bereik 0..100 % aangeboden aan de KM.
  • Pagina 19: Bewakingsfuncties

    Bewakingsfuncties 4.5.1 Temperatuurbewaking De speciale veiligheidstechnische constructie maakt het gebruik van slechts één voeler mogelijk voor zowel regeling als veiligheidstechnische functies. Dit alles conform de van toepassing zijnde normen. Hierdoor behoeft geen gebruik te worden gemaakt van externe mechanische temperatuurbegrenzer. 4.5.1.1 Ketelcircuit Voor het ketelcircuit worden de navolgende functies in één enkele voeler...
  • Pagina 20: Verdeler-Temperatuurregistratie

    4.5.1.3 Verdeler- Op de ingang ST13 van de KM628 kan een temperatuursensor van het type temperatuurregistratie KTY (1010 Ohm bij 25°C) worden aangesloten. Als alternatief kan in cascade-bedrijf deze voeler ook op de KKM worden aangesloten. De gemeten temperatuur wordt van de KKM naar de KM gestuurd. Het waardebereik van de te meten temperatuur bedraagt -39 °C…..110 °C.
  • Pagina 21: Vorstbeveiliging Zonder Buitenvoeler

    4.5.3.2 Vorstbeveiliging zonder Zonder buitenvoeler schakelt de vorstbeveiliging de ketel in, wanneer de ke- buitenvoeler teltemperatuur lager dan +5 °C of de tapwatertemperatuur lager dan °C wordt. Wanneer, na inschakelen, de temperatuur +5 K gestegen is, zal het toestel uitgeschakeld worden. De pomp zal echter blijven nalopen. De waardes zijn programmeerbaar.
  • Pagina 22: Branderbesturing

    BRANDERBESTURING De ketelregelaar controleert alle programmastappen van de besturingseen- heid. Alle parameters kunnen binnen toelaatbare grenzen vrij gekozen wor- den. Als de ketel start, worden vereiste beveiligingscontroles, volgens de brand- erautomaten-norm EN 298 en de overeenkomstige gebruikersnormen (bijv. EN 483) doorgevoerd. Bij een eventuele ketelstoring wordt de betreffende storingsmeldingen zichtbaar gemaakt.
  • Pagina 23: Ventilatorbesturing

    Indien er onvoldoende water door de ketel stroomt zal de stromings- schakelaar dit signaleren door de ketel vergrendelend buiten bedrijf te stel- len. Ventilatorbesturing Door de branderautomaat wordt een ventilator met variabel toerental met PWM signaal en toerental-terugmelding aangestuurd. De toerental terug- melding kan op 1,2,3 of 4 impulsen per omwenteling geparametreerd wor- den.
  • Pagina 24: Toerental-Terugmelding

    Tijdens bedrijf wordt vervolgens het ventilatortoerental gecontroleerd waarbij de drukbewaking zelfs bij kleinere afwijkingen niet mag afvallen. KM628-0010 (Optie „zonder LDW-check“) Deze optie is bij de KM628-0010 vastgesteld en komt overeen met de hier- boven beschreven optie „permanente LDW-check“ aan. Vlambewaking De vlam wordt volgens het ionisatie-principe gecontroleerd.
  • Pagina 25: Voorspoelen

    Algemene programma-afloop bij inschakelen netspanning: V1/ V2 VSDZ Modulatiebereik NSDZ netspanning ruststands- voorspoelen ontsteking/regelvrijgave controle WA: warmtevraag; FS: vlamsignaal; LDW: luchtdrukschakelaar; GDW: gasdrukschakelaar; V1/V2: gaskleppen; ZD: ontsteking; GDZ: ventilatortoerental; ZDZ: ontstekingstoerental; FDZ: vrijgave toerental; NSDZ: Naventilatie toerental; VSDZ: Vorspoeltoerental; SZ: veiligheidstijd. 5.7.1 Voorspoelen Als bij warmtevraag de stilstandcontrole van de ventilator en de stilstandcon- trole van de luchtdrukbewaking gecontroleerd zijn, volgt een verhoging van...
  • Pagina 26: Naspoelen

    5.7.4.1 Naspoelen Na iedere branderstart, na storingen en na uit-aanschakelen van de netspanning zal de ventilator met het naventilatietoerental gedurende de naventilatietijd naventileren. De parameters van het naventilatietoerental en de naventilatietijd zijn programmeerbaar. Gedrag bij Branderstoringen, die met de vlamvorming verband houden, worden al naar branderstoringen gelang hun oorzaak met verschillende storingscodes aangeduid.
  • Pagina 27: Technische Gegevens

    TECHNISCHE GEGEVENS Constructie Het elektrisch gedeelte is in een kunststop kastje gemonteerd, dat direct in het bedieningspaneel van de ketel geplaatst wordt. De afmetingen zijn standaardmaten voor regelapparatuur van 144 x 96 mm (zie hoofdstuk inbouwmaten). De elektrische aansluitingen zijn aan de ach- terkant en kunnen met onverwisselbare stekerverbinding of via schroefver- bindingen Voor het in bedrijf nemen zijn een externe ontsteking en een ex- terne 230 V transformator bestemd.
  • Pagina 28: Levensduur

    Bij het bedraden en aansluiten dient men de betreffende voorschriften in acht te nemen. Let op: Let op de juiste polariteit van het net. Bij verwisseling van fase en nul ontstaat bij branderstart geen ionisatiesignaal en zal de ketelaansturing geen branderstoring laten zien.
  • Pagina 29: Elektrische Signalen

    6.10 Elektrische signalen 6.10.1 Ingangen Vlamdetectie Ionisatieelektrode aanraakbaar, afvoerstroom < 0,1 mA-AC Kabelisolatie voor 230 VAC, lengte < 5m < 1 μA-DC Schakelpunt: < 3 μA-DC In bedrijf: Afschakelende binaire-ingang 24 VAC, 0,007 A** Minimum luchtdrukschakelaar 24 VAC, 0,007 A Stromingsschakelaar 24 VAC, 0,007 A Ruimtethermostaat...
  • Pagina 30: Toerentallen

    6.12 Toerentallen (klantspecifiek vast instelbaar, normen in acht nemen!!) Toerentalregeling Toerentalsturing (gelijkstroomventilator) (frequentiegeregelde ventilator) Voorventilatie 0...9.960 nw/min. 0...100 % Ontsteking 0...9.960 n/min. 0...100 % Vrijgave regeling 0...9.960 n/min. 0...100 % Naventilatie 0...9.960 n/min. 0...100 % Min. bewaking 300 n/min. Max. bewaking 0...9.960 n/min Tolerantie ±...
  • Pagina 31: Inbouwmaten Km628

    INBOUWMATEN KM628 KM01A...
  • Pagina 32: Aansluitingen

    AANSLUITINGEN Stekers achterzijde behuizing KM01A...
  • Pagina 33: Tabel Stekerbezetting

    Tabel stekerbezetting potentiaal funktie aanslui- waarde ting 230 VAC relaiskontakt voor alleen 230 VAC, 1 A voedings- 230 VAC alleen 230 VAC, 1 A spanning KM628:*OP1 voor 230 VAC-actor veilige span- buitenvoeler-aansluiting betreft AFS ning (SELV) AFS voor PTC-sensor PTC+ max.
  • Pagina 34 st11 230 VAC voe- *OP9-warmwaterpomp N-nul dings- aansl. of omkeerklep Pu-L L-230 VAC, max. 1A spanning 230 VAC *OP10-ketelpomp aansluiting 230 VAC N-nul Pu-L L-230 VAC, max. 1A st12 230 VAC voe- ionisatieaansluiting 230 230VAC, max. 0,1mA dings- spanning N-nul ontstekingstrafo aanslu- ontste- L-230 VAC, max.
  • Pagina 35: Tabel Gebruikte Stekerverbindingen

    Tabel gebruikte stekerverbindingen Steker Stift aan KM-achterzijde Aanbevolen contrasteker RAST5, gecodeerd, voor indi- 3641-02-K13 3611-02-K13 Schroefkl. recte aansluiting (Fa. Lumberg) 3623, 3625 Snijkl. RAST5, gecodeerd, voor indi- 3641-02-K01 3611-02-K01 Schroefkl. recte aansluiting (Fa. Lumberg) 3623, 3625 Snijkl. Molex-Minifit jr., gecodeerd, 5566 vertical header 5557 receptacle voor indirecte aansluiting...
  • Pagina 36: Temperatuurvoeler Weerstandstabel

    Identietijdsnummer Omschrijving Sensorelement 35450196 Schroefvoeler NTC-Type G1/8“ 5 kOhm 35450624 O-ring- NTC-Type insteekvoeler 5 kOhm Aansluiting KM62X-kant Sensor-kant Signaal soort van de stekerer- 4-polig 4-polig binding voor Aansluit- Molex 39-01- Molex 39-01- leiding 2040 2040 Verbinding tussen Pin NTC+ Verbinding tussen Pin NTC+ Verbinding tussen Pin NTC-...
  • Pagina 37: Ketel- En Rookgasvoelers

    10.1 Ketel- en rookgasvoelers gebruikt. T[°C] RT[] T[°C] RT[] T[°C] RT[ T[°C] RT[] T[°C] RT[] 48180,0 11485,7 3405,7 1201,1 487,0 45481,4 10940,9 3267,4 1158,9 472,1 42950,1 10425,0 3135,5 1118,4 457,7 40574,8 9936,3 3009,5 1079,6 443,8 38344,9 9473,2 2889,3 1042,2 430,4 36250,9 9034,4 2774,6...
  • Pagina 38 588,1 787,7 1025,5 1301,3 1615,2 593,6 794,4 1033,3 1310,3 1625,3 599,1 801,1 1041,1 1319,3 1635,5 604,7 807,8 1049,0 1328,3 1645,6 610,3 814,5 1056,9 1337,3 1655,8 615,9 821,3 1064,8 1346,4 1666,1 621,6 828,1 1072,8 1355,6 1676,4 627,3 835,0 1080,8 1364,7 1686,7 633,0 841,9 1088,9...
  • Pagina 39: Pwm-Signaal

    Let op: Alle aangesloten componenten dienen “absoluut gescheiden” te zijn van het net (SELV). De signaalleidinglengten mogen de 1 meter niet overschrijden. Electrisch schema KM62x PWM-signaal ventilator voor de inzet van gelijkstroom-ventilatoren van fabrikant EBM / Papst / SEL, etc. Omschrijving Waarde +bedrijfsspanning...
  • Pagina 40 KM01A...
  • Pagina 41 PWM-signaal ketelpomp für den Einsatz von PWM-Pumpen der Hersteller Grundfos, Wilo, etc. Bedeutung Pegel PWM1 PWM-Steuersignal zur U=5VDC, Imax=20mA, f = 4kHz, Tastverhält- Drehzahlveränderung nis=0..100% Motorstopp bei T=0% max. Drehzahl bei T=100% oder Leitungsbruch Ausgang ist nicht kurzschlußfest CGround Masse Bezugspotential KM01A...
  • Pagina 42 KM01A...

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Km628-r500

Inhoudsopgave