b)
Duw met een waterpomptang op het dopje
van de koppeling om de draden in de
koppeling te bevestigen.
11. Bevestig de geleidingsdraden aan de grond
met behulp van haringen of begraaf de
geleidingsdraden in de grond. Zie
positioneren met krammen op pagina 21 of De
begrenzingsdraad of geleidingsdraad ingraven op
pagina 21 .
12. Sluit het laadstation aan op het stopcontact.
3.6 De draad positioneren met
krammen
OPGELET:
Zorg ervoor dat de staken
de begrenzingsdraad en de geleidingsdraad
tegen de grond houden.
OPGELET:
De kabelisolatie kan
beschadigd raken wanneer het gras meteen
na de installatie te kort wordt gemaaid.
Beschadigingen aan de isolatie zorgen
soms pas weken of maanden later voor
problemen.
1.
Plaats de begrenzingsdraad en de geleidingsdraad
op de grond.
2.
Zet de staken maximaal 75 cm/30 inch van elkaar.
3.
Bevestig de staken in de grond met een (kunststof)
hamer.
Let op:
De draad is na enkele weken overgroeid met
gras en niet meer zichtbaar.
3.7 De begrenzingsdraad of
geleidingsdraad ingraven
•
Snijd met een kantsnijder of een rechte schop een
groef in de grond.
•
Plaats de begrenzingsdraad of de geleidingsdraad
1-20 cm/0.4-8 inch in de grond.
1201 - 006 - 04.03.2022
3.8 De begrenzingsdraad of
geleidingsdraad verlengen
Let op:
geleidingsdraad als deze te kort is voor het werkgebied.
Gebruik originele reserveonderdelen, bijvoorbeeld
koppelingen.
1.
Ontkoppel het laadstation van het stopcontact.
2.
Knip de begrenzingsdraad of geleidingsdraad
af met een draadtang op de plaats waar het
verlengstuk moet worden geplaatst.
3.
Voeg draad toe aan de locatie waar het
verlengstuk moet worden geplaatst.
4.
Plaats de begrenzingsdraad of de geleidingsdraad
in positie.
De draad
5.
Plaats de draaduiteinden in een koppeling.
Let op:
begrenzingsdraad of de geleidingsdraad door het
transparante gedeelte van de koppeling heen kunt
zien.
6.
Duw met een waterpomptang op het dopje van
de koppeling om de draden in de koppeling te
bevestigen.
7.
Positioneer de begrenzingsdraad of de
geleidingsdraad met staken.
8.
Sluit het laadstation aan op het stopcontact.
3.9 Na de installatie van het product
3.9.1 Visuele controle van het laadstation
uitvoeren
1.
Controleer of de led-indicator op het laadstation
groen brandt.
Verleng de begrenzingsdraad of
Zorg ervoor dat u de uiteinden van de
Installatie - 21