PCA
3 Handleiding
Afbeelding 5-8. Uitvoeren van een verbrandingstest
1.
Druk op de RUN/HOLD-toets om de test te starten. U hoort nu dat de pomp
begint te werken en bovenin de verbrandingstest-scherm verschijnt het
woord RUN (start).
Sensor-indicatoren: De volgende indicators verschijnen in het
gegevensveld van de sensor, afhankelijk van de omstandigheden:
(***)
(XXX)
(- - -)
2.
Gebruik de pijltjestoetsen omhoog en omlaag om naar de T-RGA-waarde te
scrollen. Draai de schroefstop op de sondestop los en verplaats de sonde in
en uit het rookkanaal totdat de kerntemperatuur van het rookkanaal (hot
spot) is gelokaliseerd, aangeduid door middel van de hoogste TRGA-
waarde. Draai daarna de schroefstop vast om verder verplaatsing van de
sonde te voorkomen. De lokaliseren van de hoogste rookgastemperatuur is
van groot belang voor nauwkeurige rendementsberekeningen.
3.
U kunt nu de branderservice-procedures starten. De waarden van de
analysator veranderen snel en geven gewijzigde prestaties van de brander
aan.
4.
Als u de RUN/HOLD-toets indrukt, worden de metingen gestopt, stopt de
pomp en wordt het STOP verbrandingstest-scherm weergegeven. Druk op
de ▲▼ toetsen om door alle testwaarden te scrollen. Druk opnieuw op de
RUN/HOLD-toets op de pomp opnieuw te starten en verder te gaan met de
test.
48
Sensor is niet gekalibreerd of niet geplaatst.
Gemeten sensor-waarde ligt buiten het
meetbereik
De berekende gegevens kunnen niet worden
weergegeven, omdat de gemeten gegevens die
nodig zijn voor deze berekening liggen buiten het
meetbereik liggen (bijvoorbeeld: zuurstofniveau is
hoger dan 18,8%).
LET OP! Positioneer de condensaatval zo dat de
gasstroompijl omhoog is gericht. Voorkom dat
watercondensaat boven de kop van de stijgbuis stijgt. De
sensoren kunnen beschadigd worden als er water in de
analysator dringt. Leeg de condensaatval na elke
verbrandingstest. Zie Emptying the Water Trap op pagina 59
en 88.
0024-9473 Rev 4