Als de printer is ingeschakeld, drukt u op de knop AAN (ON) om de printer uit te schakelen.
De printer in- en uitschakelen
Belangrijk
• Koppel de printer niet los terwijl het statuslampje brandt of knippert. Dit kan storingen of schade
aan de printer veroorzaken, waardoor de printer niet meer kan afdrukken.
2.
2. Open de scaneenheid / klep.
3.
3. Sluit het inktklepje.
Sluit het inktklepje door de hendel van het inktklepje goed naar rechts te kantelen.
Belangrijk
• Als u de printer verpakt zonder het inktklepje te sluiten, kan er inkt lekken. Zorg dat het
•
inktklepje is gesloten voordat u de printer verpakt.
Opmerking
• Als de hendel van het inktklepje al naar rechts is gekanteld en het inktklepje is gesloten, laat
•
deze dan op hun plaats zitten.
4. Zorg dat de tankkapjes goed zijn gesloten.
4.
517