Achteruitrijcamera
gebruiken
(optioneel)
Wanneer een optionele achteruitrijcamera aangesloten is, kunnen de
beelden van de achteruitrijcamera op de monitor worden weergegeven.
• Stel "Camera IN" altijd in op "ON" voordat u de achteruitrijcamera
gebruikt. Raadpleeg "De invoer van de camera achteraan instellen"
op pagina 39.
Overschakelen naar het scherm voor de
achteruitrijcamera (optioneel)
De beelden van de achteruitrijcamera worden in de volgende twee
situaties weergegeven.
De beelden van de achteruitrijcamera
weergeven als de auto in de
achteruitversnelling staat
1
Schakel de versnellingspook naar de
achteruitpositie (R).
Zolang de auto in zijn achteruit staat, worden de beelden
van de achteruitrijcamera weergegeven.
2
Als u de versnellingspook naar een andere positie
dan achteruit (R) schakelt, geeft de monitor opnieuw
het vorige scherm weer.
• Kijk ook zelf achter de auto. Gebruik de camerabeelden als
bijkomende hulp om de omstandigheden achter de auto te zien.
• Deze functie is van kracht als de achteruit-kabel correct is
aangesloten.
• Geen geluiduitvoer tijdens de cameraweergave wanneer AAN is
ingesteld bij "Instelling geluidsdemping camera" (pagina 40).
De beelden van de achteruitrijcamera
handmatig weergeven
1
Druk op SOURCE/
.
Het selectiescherm SOURCE (bron) wordt weergegeven.
2
Raak [Camera] aan.
De cameramodus wordt geactiveerd en de beelden van de
achteruitrijcamera worden weergegeven.
3
Raak [Guide ON] of [Guide OFF] aan om in te
stellen of de camerarichtlijn al dan niet wordt
weergegeven.
4
Raak [
] aan om naar het selectiescherm Visual te
gaan en raak vervolgens [Normal] aan om terug te
keren naar het vorige hoofdscherm.
Navigatiesysteem
(optioneel)
Overschakelen naar het navigatiescherm
(optioneel)
Als een optioneel Alpine-navigatiesysteem aangesloten is op de
IVE-W530BT, kan het navigatiescherm op dit toestel worden
weergegeven.
1
Druk op SOURCE/
.
Het selectiescherm SOURCE (bron) wordt weergegeven.
2
Raak [Nav.] aan.
Het navigatiescherm wordt weergegeven.
Bediening is mogelijk met de bijgeleverde navigatie-
afstandsbediening.
Meer informatie over bediening van navigatie kunt u vinden
in de gebruiksaanwijzing van de navigator.
• U kunt [V.Sel] aanraken om het scherm Visual Sel. te activeren en
vervolgens [Nav.] aanraken. De navigatiemodus wordt geactiveerd
via de modus Visual Sel. zonder de normale audio te onderbreken.
Raadpleeg "Alleen de Visual-bron wijzigen (simultane functie)" op
pagina 30 voor meer informatie.
• U kunt ook rechtstreeks naar het navigatiescherm gaan door op
[
] te drukken op het hoofdbronscherm. Raadpleeg "De bron
terug oproepen" op pagina 13 voor meer informatie.
• Als het menu van de navigatiemodus niet wordt weergegeven op het
hoofdmenuscherm, selecteert u ON in "De navigatiemodus instellen"
(pagina 40).
• Wanneer het navigatiesysteem is ingeschakeld en is ingesteld op de
hulpmodus, onderbreken de stemboodschappen en de navigatiekaart
de huidige audiobron.
49
-NL