1.
Druk op [MENU].
2.
Selecteer d.m.v. [ ] en [ ] de "Instellen"
indextab.
3.
Selecteer d.m.v. [ ] en [ ] het item dat u wilt
configureren ("Sluimer" of "Automatisch
Spanning Uit") en druk vervolgens op [ ].
4.
Selecteer d.m.v. [ ] en [ ] de inschakeltijd
voor de sluimerfunctie of de automatische
stroomonderbreker (Automatisch Spanning
Uit) en druk daarna op [SET] (instellen).
Door "Uit" te selecteren als de sluimerinstelling wordt de
sluimerfunctie uitgeschakeld.
LET OP
• Wanneer de instellingen van de sluimerfunctie en de
automatische stroomonderbreker hetzelfde zijn, krijgt de
automatische stroomonderbreker voorrang.
• De sluimerfunctie en de automatische stroomonderbreker
worden onder de volgende omstandigheden uitgeschakeld.
– Wanneer er een aansluiting tot stand is gebracht tussen
de camera en een computer of een ander toestel
– Tijdens weergave of opname met spraakopname
– Tijdens filmopname en -weergave
Gebruiken van een geheugenkaart
U kunt beelden die u met de camera opneemt opslaan op een
geheugenkaart. Het wordt aan u overgelaten om een in de
handel verkrijgbare geheugenkaart aan te schaffen. Naast
geheugenkaartopslag heeft de camera ook een ingebouwd
geheugen dat genoeg is om enkele foto's of een kort filmpje op
te slaan. Gebruik het ingebouwde geheugen om te testen, voor
urgent gebruik, enz.
LET OP
• Beelden kunnen gekopieerd worden tussen het
ingebouwde geheugen van de camera en een
geheugenkaart (pagina 185).
• De volgende data worden opgeslagen in het ingebouwde
geheugen. De data kunnen niet gekopieerd worden naar
een geheugenkaart.
– Gezichtherkenningsdata opgenomen met Fam. registr.
– Gebruikersbeeldinformatie van de BEST SHOT functie
– FAVORITE map
– Functiegeheugen instellingen
– Startschermbeeld
45
VOORBEREIDINGEN