De hydraulische tank vullen met
vloeistof
1.
Vul de hydraulische tank met de voorgeschreven
hydraulische vloeistof; zie
hydraulische vloeistof (bladz. 56)
van de hydraulische vloeistof controleren (bladz.
57).
Belangrijk:
Gebruik uitsluitend de
voorgeschreven typen hydraulische
vloeistof; andere hydraulische vloeistoffen
kunnen het systeem beschadigen.
2.
Laat de motor lopen en stel alle hydraulische
systemen in werking totdat de hydraulische
vloeistof warm is.
3.
Controleer het vloeistofpeil en vul indien nodig
totdat het peil de bovenste markering op het
kijkglas heeft bereikt.
4.
Monteer het opslagcompartiment; zie
opslagcompartiment monteren (bladz.
Specificaties
en
Het peil
Het
42).
59
Cutting Units
Veiligheid van de messen
Versleten of beschadigde messen of ondermessen
kunnen breken en een stuk ervan kan naar u of
naar omstanders worden uitgeworpen en zo ernstig
lichamelijk of dodelijk letsel toebrengen.
•
Controleer op gezette tijden de maaimessen
en ondermessen op overmatige slijtage en
beschadigingen.
•
Wees voorzichtig als u de messen controleert.
Draag handschoenen en wees voorzichtig als
u onderhoudswerkzaamheden uitvoert aan de
messenkooien. De maaimessen en ondermessen
mogen alleen worden vervangen of gewet; probeer
ze nooit te rechten of eraan te lassen.
•
Let op bij machines met meerdere maai-eenheden:
als u één maai-eenheid draait, kunnen de
messenkooien in de andere maai-eenheden ook
in beweging komen.
Messen vervangen
Onderhoudsinterval: Jaarlijks—Vervang de messen.
Om de balans te bewaren, moet u een mes altijd
tegelijk met het tegenoverliggende mes vervangen,
ofwel moet u de hele rotor tegelijkertijd vervangen.
Vervang ook het lager, de bout en de borgmoer
als u een mes vervangt. Er zijn 2 onderhoudssets
verkrijgbaar om messen te vervangen; raadpleeg de
Onderdelencatalogus.
1.
Hef de maaidekken op en vergrendel ze met de
transportvergrendelingen.
2.
Stel de parkeerrem in werking, zet de motor af
en verwijder het sleuteltje.
3.
Als u messen van de middelste maai-eenheid
vervangt, verwijder dan de gehele maai-eenheid,
tenzij een hijswerktuig voorhanden is.
4.
Draai de rotor langzaam met de hand zodat elke
rij klepels in de gewenste positie staat en u er
gemakkelijk bij kunt.
5.
Zet de rotor vast met het bevestigingswerktuig
voor de rotor (bij de messlijpset geleverd).
6.
Verwijder vuil van de boutkop en de moer
en gebruik een staalborstel om het zichtbare
gedeelte van de schroefdraad te reinigen.
7.
Markeer de positie van de boutkop zodat u de
bouten langs dezelfde kant kunt vervangen.
8.
Houd het mes vast met een vod of een gevoerde
handschoen terwijl u de moer, bout, bus en het
mes verwijdert
(Figuur
74).